Selecteer een pagina

Scheidingen en Deilingen

Beginnende den 21e jannuarij 1670 en eijndigende met 3e meij 1696

Fol. 1r

            Scheijdinge ende erff-smaeldeelinge

Tusschen de gelijcke negen kinderen van Theunis Adriaenss Cuijl ende Jan Corneliss Timmermans deselve verweckt bij Maijke Corneliss d’outste, bij namen Cornelis Anthoniss Cuijl Jan Anthoniss Cuijl, Anneke Anthonis Cuijl, geassisteert met Cornelis Jochums Rijcken, heemraet in Waspick, Peeter Jans Frolick als getrout sijnde met Dingentje Anthonis Cuijl, Anthonis Wouters Zeijlmans als man ende vooght van Maijken Anthonis Cuijl, Arien Anthonis Cuijl den jongste, Sijmon Anthonis Cuijl ende Wouter Huibrechtss als getrout sijnde met Jacomijntje Jans Timmermans, tsamen inder qualiteijt en erffgenamen van Jenneke Cornelis Rutten, hare moetje laetstelijck weduwe van Adriaen Aertss Suermont in haer leven gewoont laetst int lant van Altena op den Hille. Ende dat vande naergelaten goederen vande voornoemde Jenneken Cornelis Rutten voor soo veel als hen bij generale deelinge tegens de kinderen van Rocus Cornelis Rutten soo op den Hil als te Waspick respective te deelen gevallen ende alnoch gemeen sijn hebbende. Aldus gedaen ende gepasseert voor stadthouder ende schepenen in Waspick ende geschreve den 21 jannuarij 1670.

A

Item inden eersten soo sijn Cornelis Anthonis Cuijl ende Anthonis Wouters Zeijlmans in qualite voorss bij blinde loote gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van een parceel weij ende zaijlant, gelegen onder Dussen Muijlkerck van oudes genamet Ravelsche en Hoeff, gemeen en onbedeelt mette erffgenamen vande heer Wevelinchoven ende dat in alle forme ende manieren soo groot ende cleijn als Adriaen Aertss Zuermont bij coope vercregen heeft, gelegen tusschen erffenisse Domine Pastorus, predicant opde Made gelegen ten oosten. Streckende vande straet aende ? Dussen tot de ca vanden Hill toe. Groot ontrent dese voorss helft vier mergen (niets ingevuld) hontsijnde deselve leen roerigh onder de heer van Dussen ende Muijlkerck Geëxtimeert op                                                                                                                                            2000 gulden

Dan moet de letter A ontfangen vande letter B ende D tot de egalisatie elx xxxj gulden v stuijvers. Ende van de letter E ses gulden.

In de kantlijn:Anthonis Wouterse Zeijlmans ende Adriaen Anthoniss Cuijl uijtden naem van Cornelis Anthoniss Cuijl bekende voor mijn door handen van Anneken Anthoniss Cuijl ontfangen te hebben de somme van ses gulden vijff stuijvers in voldoeninge vande uijtreijckinge. Actum desn 8e jannuarij 1672

In de kantlijn: Ick Anthonis Zeijlmans bekenne ontfangen te hebben door handen Peeter Janss Frolick de somme van 15 gulden 12 stuijvers 8 penningen in voldoeninge vande uijtreijckinge. Actum den 8e jannuarij 1672

In de kantlijn: Anthonis Wouterss Zeijlmans bekenden voor mijn ontfangen te hebben door handen Adriaen Anthoniss Cuijl de somme van 15-12 8 penningen in voldoeninge van dese uijtreijckinge. Actum den 8e october 1675.

B

Item hiertegens soo sijn Adriaen Anthoniss Cuijl ende Peeter Janss Frolick in qualite voorss tsamen ende elck voorde gerechte helft bij blinde loth gelot, gecavelt ende beërfdeelt op drie geerden en een half ende een half vierendeel hooij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspick, in een meerder stuck van vijfthien geerden, gemeen en onbedeelt met Jan de Bont ende Adriaen Corneliss Camp, gelegen tusschen erffenisse Peter Melss cum suis oost ende Meerten Adriaenss van Gesel west, Streckende vande ambacht van xj½ Hoeve uijtden suijden noortwaert in die halver Oude Mase toe. Geëxtimeert op         1800 gulden

B

Item alnoch soo sijn den voornoemden Adriaen Anthoniss Cuijl ende Peeter Janss Frolick in qualite voorss tsamen ende elck voorde gerechte helft bij blint lot gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een binnendelleken gelegen achter den hoeff van Dingentje Empers ?? ten westen van Vrouken vaert in Sgravelduijn Waspick daetvan beleent de erffgenamen van Aert Peters Cuijl cum suis ten noorden ende erffgenamen van Wouter Wouterss suijden. Streckende vanden erve ende hoeff vande voornoemde Dingentje uijt den oosten westwaerts in totte stede ende erve van Aert Peterss Cuijl toe Geëxtimeert op de somme van 300 gulden. Dan moet B uijtreijcken aen de letter A de somme van xxxj gulden v stuijvers.

In de kantlijn:Cornelis Anthonis Cuijl bekenden voor mijn voor eerst ontfangen te hebben van Sijmon Anthoniss Cuijl door handen Arien Anthoniss Cuijl den Oudste de somme van 15-12-8 als alnoch van Anneken Anthoniss Cuijl door handen voorss 3-2-8 mitsgaders door handen den voorss Arien Cuijl 15-12-8 maeckt tesamen een somme van 39-7-8 alles in voldoeninge vande selve hare portie van uijtreijckinge gelijck bijde bed ? ende … voorden Cornelis getackent, desen 27e mart 1672, Cornelis Anthoniss Cuijl.

C

Item hiertegens soo is Jan Anthoniss Cuijl bij blint lot geloth, gecavelt ende beërfdeelt op op de gerechte helft van eenen acker zaijlant mette weij en hooijvelden buijtendijcx daeraen behoorenden, gemeen en onbedeelt mette kinderen van Rocus Cornelis Rutten daer van beleent Jacob de Bruijn cum suis noirden ende de erffgenamen van Anthonis Janss Snijder suijden. Streckende uijt den oosten vande erffgenamen van Adriaen Jacobss Baes haren erven westwaerts in overden dijck tot den S’gravelduijn slot toe. Geëxtimeert op  625 gulden

C

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Anthoniss Cuijl bij blint lot geloth, gecavelt ende beërfdeelt op een buijtendelleken gecomen van Spirgen, gelegen in Sgravelduijn Waspick voorss. Daer van beleent d’erffgenamen van Anthonis Janss Snijder oost ende Maerten Adriaensen van Gesel west. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noortwaert in tot den landen van Cleijn Waspick toe. Geëxtimeert op de somme van                                                                                                                       400 gulden

Dan moet C ontfangen van E negen gulden 7 stuijvers 8 penningen.

In de kantlijn:Jan Anthoniss Cuijl bekenden voor mijn door handen Anneken Anthoniss Cuijl ontfangen te hebben de somme van 9 gulden 7 stuijvers 8 penningen in voldoeninge van dese uijtreijckinge. Actum desen 8e jannuarij 1672.

D

Item hiertegens soo sijn Adriaen Anthoniss Kuijl den jongste ende Sijmon Anthoniss Kuijl tsamen ende elck voorde gerechte helft bij blint lot geloth, gecavelt ende beërfdeelt op drie geerden hoij ende weijlant gelegen inde ambachte van Nederveen Cappel, gemeen en onbedeelt met de kinderen van Rocus Corneliss Rutten in een meerder stuck van ses geerden. Daer van beleent oost Aert Adriaenss de Bruijn cum suis ende de erffgenamen van Gerrit Franss west. Streckende uijt den zuijden vanden ambachte van s’Gravelduijn Cappel ofte Staepeleijnt mede genaemt d’Oude straet noirtwaert in tot Joffrouw weijde toe. Geëxtimeert op     2100 gulden

Dan moet D uijtreijcken aan A xxxj gulden v stuijvers

E

Item hiertegens soo is Anneken Anthoniss Cuijl geassisteert als voren bij blint lot gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een acker zaijlant, gelegen bij Anthonis Joosten stede in s’Gravelduijn Waspick. Daer van beleent west Anthonis Joosten vanden Hoeck ende oost Adriaen Jan Matheuss. Streckende vande erfgenamen van Peter Thomass haren erven uijt den zuijden noirtwaert in tot Peter Jochem Berthouts erffgenamen ??? ??? toe. Geëxtimeert op de somme van

                                                                                                                                          400 gulden

E

Item alnoch soo is de voornoemde Anneken met haren assitant bij blint lot gelot, gecavelt ende beërfdeelt op seeckere mergen gronden, gelegen onder den bannen van Dussen Munsterkerck ofte Soo groot ende cleijn als den selve aldaer in sijnen hoeff gelegen is ende den selve bij Adriaen Aertss Suermont bij coope vercregen soude mogen hebben. Ende volgens de generalijcke deelinge tusschen haer ende de erffgenamen van Rocus Cornelis Rutten ende den voornoemden Suermont en erffgenamen gepasseert voor toetthouder ? vanden Hill in date den (niets ingevuld). Geëxtimeert op                                                                   250 gulden

E

Item alnoch ende ten laetsten soo is den voornoemden Anneken geassisteert als vooren bij blint lot gelot, gecavelt ende beërfdeelt op seeckere rentebrieff staende gehijpotijcqueert op de stede ende lant van Cornelis Potters, schouteth van Dussen Muijlkerck, inhoudende vier hondert gulden cappitael. Ende dat alles in conform ende inhouden vanden selven. Dan moet E uijtreijcken aen C jx gulden vij stuijvers viij penningen ende aen A ses gulden v stuijvers

F

Item hiertegens soo is Wouter Huijbertss in sijn voornoemde qualiteijt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op seeckere huijsinge, erff, hoff, ackerlant mette houtwassen daer op staende, gestaen ende gelegen inden dorpen van Sgravenmoer. Daer van beleent ten noirden Dommini van Lith, predikant Terheijden ende Sijken Rocuss en suijden. Streckende vanden halven sloot gelegen aent oost neffens den voetpat westwaerts in tot het hol vande Donge toe. Geëxtimeert op

                                                                                                  1034 gulden 7 stuijvers 8 penningen

Aldus soo verclaerden de voorss erfgenamen hiermede vanden anderen gescheijden ende gedeelt te wesen soo als voorss is. Ende sal een ijder sijne parthagien ende gedeelten aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gestaltenisse als die iegenwoordigh sijn. Ende dat met alle gebuerelijcke rechten van stegen, wegen, waterlopen ende gangen metten last van contrabutie, meulen ende sluijs gelden den goederen subject daer op staende ende behoorende sonder d’een den anderen daer mede te belasten ofte malkanderen in meerder ofte minder maten iet te vergoeden. Alsoo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parcheelen gelijck die in hunnen hoeffslach sijn liggende ende bij den voornoemden Suermont ende Jenneken Corneliss Rutten gepossideert ende beseten sijn geweest ende als boven sijn gelegen. Dan alleenlijck soo moet ende blijft Wouter Huijbrechtss gehouden aende voorss sijne swagers ende susters respective uitreijcken ende te betalen de somme van 222 gulden spruijtende uijt de huijse vande stede bij hem voor desen gebruijckt ende nu bij suijvere reeckeninge aende voornoemde sijne swagers ende suster schuldich gebleven. Waer vooren hij is verbindende twee achterste blockskens van sijne acker, gelegen inde voorss sijne stede dan daer iet meer daer op comende van in eenige verdere renten, commeren, actien ofte calandien alnu noch onbekent hoedanich die wesen mochten. Deselve belovende de voorss erffgenamen malkanderen af te helpen dragen naer behooren sonder daer van te sijn ende te blijven in gebreken. Dan wert alnoch geconditioneert ende besproken dat Anthonis Wouterss Zeijlmans ende Cornelis Anthoniss Kuijl off het quame dat den voorss Anthonis Wouterss gereserveert werden omme henne portie ende gedeelt te vercoopen, soo is sulcx daerinne den voorss Cornelis Anthoniss is accorderende. Ende oock bij desen belovende daerop te voldoen t welck de gelijcke erffgenamen sijn approbeerende ende daerin sijn consenterende totte voorss vercoopinge mitsdien verstaende dat de penningen vande portie van Cornelis Anthoniss comende sullen worden uijtgeseth op intrest onder behoorlijcke inventaris ende die te leveren in handen vande voorss erffgenamen. Item is alnoch geconditioneert ende geaccordeert dat de gene die het halfbosch, gelegen in Sgravelduijn Waspick, gemeen met Willem Jacobss cum suis, sal comen aen te nemen soo veel eerden sal mogen halen vande drie geerden, een half ende een half vierendeel, gelegen gemeen en onbedeelt met Jan de Bont ende Adriaen Cornelis Camp int voorsten block van vijftiendalve geerden, gelegen binnendijcks inden polder van Groot Waspick, als hij van noode sal mogen hebben omme den dijck ende ondervoet van het gemelte bosch eens mede op te maken. Soo ende gelijck als hem aennemer der voornoemde bosch ende erve goet duncken ende believen sal. Item verclaert Cornelis Anthoniss Cuijl mede voldaen ende betaelt te sijn van het legaet bij sijne moetje Jenneke Cornelis tot laste vande voornoemde comparanten aen hem gemaeckt volgens den contracte daer van gepasseert voorden notaris Joris de Roij ende seeckere getuijgen resiederende binnen der stadt van Dordreght voors. Sonder op t selve te houden eenige actien ofte reserve maer verclaerende de voorss comparanten dit te wesen hunnen mindelijcke accoort belovende den selve accoode ende deelinge is dese alle hare punten ? ende leden also als voorss is te achtervolgen daerop sij comparanten vertijdende ende vertegen d’een tot des anders proffijt soo als recht is. Verbindende daer voren generaleijken hunne respective persoonen ende specialijcken alle haren goederen, roerende ende onroerende. Stellende de selve ten onderpant als naer echten. Aldus gepasseert voor stadthouder Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans, schepenen, ende mij secretaris present.

In de kantlijn: Wij Anthonis Wouterss Zeijlmans als man ende voocht van Marijken Anthoniss Cuijl, Adriaen ende Jan Anthoniss Cuijl dese onderteeckent persoonen selve mitsgaders haer mede sterckmaekende voorde verdere erffgenamen in dese smaldeelinge genimeert bekende wel ende dankelijck ontfangen te hebben door handen van Wouter Huijbrechtss haer luijden swager de somma van 222 gulden, spruijtende uijtte heure vande stede bijde deelinge geinsireert ende des in oirconde desen 28e meij 1676.

In de kantlijn: Adriaen Anthonissen, Johan Thoniss die haer sijn sterckmackende voor Anthonis Wouterss Seijlmans ende Leijsbet Aerts … … waer weduwe was van Adriaen Anthoniss Cuijl ende Anneken Thuniss Cuijl, Dingetje Theuniss Cuijl, Joost vander Hoeven voor sijn vrouwe soon die sij verweckt heeft bij Sijmen Anthoniss Cuijl. Soo verclaere dese voorss erffgenamen te volle ende al voldaen te sijn vande 222 gulden die Anthonis Cuijl den Ouden ontfangen had van Wouter Huijbrechts haere swager waermede de deelinge van uijtreijckinge gecasseert ende geroijeert. Desen 31e jannewarij 1683 in presentie van mijn secretaris Peeter Seijlmans, Adriaen Teunissen Cuijl, Jan Tonissen Kuijl, Lesken Adriaenssen Cluijt… Dingenken Anthonissen, Anneken Antoenissen Cuijl

Fol. 2v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de ses voorkinderen van zaliger Steven Huijbrechtss Clauwaerts de welcke hij verweckt heeft in echten bedde bij Adriaenken Adriaenss bij namen Adriaen Stevenss Clauwaerts, woonende binnen der stadt van Rotterdam soo voor hem selven als mede schriftelijcken last ende procuratie hebbende van Cornelis Corneliss Rancken in houwelijck hebbende Dina Steven Clauwaerts ende Hendrick Janss de Vries als man ende momboir van Maria Stevenss Klauwaerts, deselve procuratie gepasseert voor schepen van Wemeldinge in Zuijtbeverlant in date den 23e september 1669, mitsgaders mede alsnoch schriftelijcke last ende procuratie hebbende van Gerrit Corneliss Camp als in houwelijck hebbende Jenneke Stevenss Clauwaerts ende Cornelia Stevenss Klauwaerts, d’selve procuratie gepasseert voorden notaris Philips Basteels ende seeckere getuijgen resiederende binnen der stadt Rotterdam, in dato den 12e februarij 1670 ons schepenen gebleken ende voorgelesen ende deselve procuratie alhier mede geregistreert ende Aert Janss Fiers als in houwelijcke hebbende Wilmken Steven Clauwaerts, woonende binnen der stadt van Breda. Alsulcke goederen als sij kinderen tsamen inde respective dorpen van Oosterhout, Dongen, Sgravenmoer, Cappel ende Waspick liggende hebben ende bij haren voorss vader ende moeder zaliger in tochten beseten ende gepossideert sijn geweest uitcrachten van seeckere testamente op gericht bij Adriaen Michiels in sijnen leven schouteth in Sgravenmoer. Belast staende mette clausule van vierde commis alhier voor recht gepasseert op den 8e februarij 1670.

Item inden eersten soo is den voornoemde Aert Janss Fiers in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op vijff geerden hoij ende weijlants, gelegen inden polder van Groot Waspick, bedeelt binnes dijcx met Domini vander Lith op den westen van twaelf geerden ende onbedeelt met den voornoemden vander Lith, gelegen tusschen erffenis Jan Cornelis Springer cum suis mette wederhelft binnen ten oosten ende buijeten begraven sijnde ende Adriaentje Peters Jevits cum suis met dertien geerden westwaerts. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijt den suijden noirtwaerts in tot de Oude Mase toe. Geextimeert op 2400 gulden. Dan wel verstaende sal desen voornoemden lote aende naervolgende loten tot egalisatie vande selve moeten uijtreijcken ende betalen een somme van een duijsent seve hondert drie en tseventich gulden seven stuijvers. Deselve somme van penningen te betalen in drie termijnen ende jaer paijen daer een derde part gereet en contant bijde opdrachte deser. Ende soo voorts telcken jaren op date vandien tot dat den eersten penning met den lesten voldaen ende betaelt sal, sonder langer.

In de kantlijn: Ad Stevens Clauwaerts in qualite voorss ofte bij hooff van deelinge g…eert bekenden ontfangen te hebben (te hebben) door handen Aert Janse Fiers de somme van een duijsent seven hondert drie en tseventich gulden seven stuijvers. Waer mede hij bekent van dese uijreijckingen vol ende al betaelt te sijn. Toirconden geteeckent desen 21e meij 1672, Arij Stevenssen Clauwaerts.

Item hiertegens soo is Adriaen Steven Klauwaerts voor hem selven als mede in qualite voorss tsamen gelot, gecavelt ende beërfdeelt op voor eerst op een parceel hoeij ofte weijlant, gelegen onder de vrijheijt van Oosterhout, aenden Groenen dijck, gemeen en onbedeelt mette erfgenamen van Embrecht Wouter Doemen, sijnde groot ontrent drie lopensaet ofte soo groot ende cleijn als thaer tselve uijtden hoofden vanden voornoemden schout aengecomen is. Geëxtimeert op 200 gulden.

Item is den voornoemden Adriaen Steven Clauwaerts als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op seeckere anderhalve veertel lants, gelegen aende Swanck onder Sgravenmoer tusschen erffenisse Thomas Zeijlmans, secretaris in Waspik, cum suis ten noirden ende Thomas Kleijpoel, schouteth tot Dongen, ten suijden. Streckende vant hol vande vaert uijt de oosten, westwaerst in tot de Oude vaert toe. Ende dat alles in allen formen gelijck tselve hem uijtden hoofden voorss aengecomen ende aldaer tusschen erffenisse voorss gelegen is. Geëxtimeert op de somme van 400 gulden.

Item alnoch soo is den voornoemden Adriaen Clauwaerts als in qualite tsamen gelot, gecavelt ende beërfdeelt op anderhalven mergen uijtgedolven moergronden, gelegen onder Cappel inde Lange Mate. Ende dat in allen forme ende manieren soo groot ende cleijn als deselve bij haren vader uijtcrachten vanden voornoemden testament beseten ende gepossideert is geweest. Geëxtimeert op 135 gulden

Item alnoch soo is den voornoemden Klauwaerts voor hem als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen halver mergen moergronden, gelegen onder Cappel mede inde Lange Maten. Ofte Soo groot ende cleijn als den selve uijt den hoofden voorss haer aengecomen ende aldaer in sijnen hoefslach is liggende. Geëxtimeert op 140 gulden.

Item alnoch soo is den voornoemden Klauwaerts voor hem als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft van een weij ofte hoij landeken, gelegen onder Dongen, gemeen met Claes Jacobss Tack, daer vanden dijck van Sgravenmoer gelegen is ten noirden ende dat soo groot ende cleijn als tselve uijtden hoofden vanden voornoemden schouteth haer aengecomen ende mede aldaer in sijnen hoefslach is leggende. Geëxtimeert op 200 gulden

Item alnoch soo is den voornoemden Klauwaerts voor hem als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op seeckere penningen als Peeter Cornelis Swart tot Sgravenmoer belooft heeft aen Steven Clauwaerts over coope van ontrent vier loopensaet moer metten gront gelegen inde Lange Mate onder Cappel. Voorss bij hem gecoft inden jare anno 1669 voorde sommen 285 £. Deselve vercoft op drie termijnen des jaers 95 £ waer op alrede over eenige bij Adriaen Clauwaerts is ontfangen den eersten termijn tot 95 £.

Aldus verclarende de voornoemde comparanten voor haer selven als mede uijt crachten van procuratie metten anderen ten overstaen van schepenen ondergenoemt naergecomen calculatie, egalisatie ende voorgaende taxatie alsoo gescheijden ende gedeelt te wesen, soo als voors is ende sal een ider sijn parthaijen ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gesteltenisse als de iegenwoordige liggende ende gepossideert sijn. Ende dat met alle behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als oock alle gebuerlijcke rechten van wegen stegen, schauwen, waterlopen ende gangen mette verdere laste van contrabutie meulen ende sluijs gelden alle de goederen subject daer toe ende aen behoorende, sonder dat d’een den anderen daermede sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maten sullen hebben te vergoeden. Al soo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parcelen gelijck die altoos bij hunnen voorsaten altoos beseten ende gepossideert ende aldaer in haren hoefslach sijn leggende ende mede volgens des testamente daer van sijnde ende hier boven staen gespecificeert dan wel verstaende daer iet meer op comende als voorss is van eenige verdere renten, commeren, actien ofte calandien die noch onbekent. Belovende Adriaen Stevens Klauwaerts soo voor hem selven als in qualiteijt vande voornoemde procuratie daer voor hij belooft de rato caveren ende Aert Janss Fiers malkanderen soodanige calandien te helpen weren ende afdragen soo en gelijck t selve naer echten behooren costelijck ende schadeloos sonder eenige contradictie ofte tegenseggen. Dit verclarende sij comparanten in qualite voorss te wesen hunne mindelijcke accoort stellende ende verbindende daer voren generalijcke hare respective persoone ende specialijck hare goederen, roerende als onroerende, present als toecomende, submitterende deselve ende de keure vandien onder verbant als na rechten. Aldus gepasseert voor Cornelis Jochemss Rijcken, Johan Zeijlmans ende Jan Otgens, schepenen, opden 8e februarij 1670 voorss.

Fol. 4r

Staet en inventaris vande erffelicke als haeffelijcke goederen, inkomende ende uijtgaende schulden de welcke Adriaen Willem Blanckers ende Maijken Peterss bij staende huuwelijck hebben beseten ende bijden voornoemden Blanckers metter door geruijmt ende naergelaten heeft ende dat van ’t overlijden desselfs alhier bijde voornoemde Maijken Peters wed wijlen zaliger Blanckers voor recht overgebracht den 8e februarij 1670.

            Eerstelijck de erffgoederen

Item een huijs, hoff, erff ende boomgaert daer op staende, gestaen ende gelegen inden xj½ Hoeve onder Waspick, daer van beleent de ween van Joost Daemen west ende Aert Dingemans oost. Streckende vander halver Her straet en uijtden noirden tot de halve sloot vande acker toe. Getaxeert (niets ingevuld)

Item alnoch een binnen delle aenden wiel onder Waspick in xj½ Hoeve naest beleent oost Jacob Adriaenss Baes ende Jan Otgens west. Streckende vander halver Her straten uijt den suijden noirtwaert in tot den polder van Groot Waspick toe. Getaxeert                                                                            (niets ingevuld)

Item alnoch eenen acker metten bijster soo suijden als noirden vanden voornoemden acker gelegen daer van naest beleent west de kinderen van Peeter Thomass, secretaris, ende Meerten Turcken d’een teijnden den anderen ende oost Adriaen Buijs cum suis. Streckende vander halver Her straten uijt den noirden zuijtwaert in tot den Sgravelduijn sloot toe. getaxeert op                                                             (niets ingevuld)

Item alnoch eenen halven acker onbedeelt met Jan Huijberden daer teijnde aen gelegen een veldeken beleent west de erffgenamen van Adriaen Willemss oost, de weduwe van Jacob Wouterss Visser. Streckende uijt den noirden van het goet van Wouter Arienss zuijtwaert op tot de graefflijckheijt goet toe. Getaceert op        (niets ingevuld)

Item alnoch enen acker met eenen bijster zuijden daer aen gelegen in xj½ Hoeve naest beleent west de erffgenamen van Joost Damen ende oost binnen den dijck Arien Buijs ende achter Cornelis Claess ende Jan Janss cum suis ende dat streckende uijtden noorden vande goederen van Willem Janss Buijs zuijtwaert op tot de graefflijckheijt erve toe. Getaxeert op de somme van

                                                                                                                                   (niets ingevuld)

Item alnoch twee geerden en een half lants gelegen inden polder van Groot Waspick, in een stuck van sestien geerden, onbedeelt met Jacob de Bruijn ende andere cum suis ende beleent west Huijbert Peterss ende oost de heer Volbergen. Streckende uijtden zuijden vanden Kaijsloot af noortwaerts op ter halver sloot toe. Getaxeert op                                                                                                             (niets ingevuld)

Item alnoch anderhalf geert lants gelegen inden polder van Groot Waspick, in een stuck van achtien geerden, bedeelt inden oostense ses geerden met de kinderen van Peter Jochemss Berthouts ende naest de Armen van Groot Waspick oost ende wederom de kinderen van Berthouts west ende dat streckende uijtden suijden van xj½ Hoeven noortwaert op ter halver Schaijsloot toe. Getaxeert op                (niets ingevuld)

Item alnoch drie geerden min een vierendeel lants gelegen in een stuck van elf geerden, bedeelt op den oostensen cant met Giel Otgens cum suis ende beleent west d’erffgenamen van Willem Commeren ende oost Cornelis den Ruijmen ende dat streckende uijtden suijden vande xj½ Hoeven af noortwaert op ter halver Scheijsloot toe. Getaxeert                                                                                         (niets ingevuld)

            Haeffelijcke goederen

Een paert met een veulen

Drie melck koeijen met twee hockelinghe ende drie kalveren

Item alnoch twee bedden, twee hooftpeulen met 4 oorkussens, drie deeckens, 16 slaeplakens, 18 fluwijnen, 8 hemden, 2 lange pellen tafellakens, 30 ellen wit linde laken, 18 servetten, 4 besten, twee gordijnen voort bet.

Item eenen swarten mans rock met eenen root scharlaken hemt, noch met eenen swarten hoet.

            Tinne werck

Item 6 tinne schotelen met 2 tinne tefelborden, met 2 tinne commen, een soutvat, met een mosterpot, 18 tinne lepels.

            Coperwerck

Item een koeijketel, 2 hantketels, 2 cleijn ketels, 2 koperen melckkannen, een coperen pot, een aker emmer, een vierpan, eenen koperen vijsel, 2 kandelaers, een schuijmspaen.

            Iserwerck

Item een isere pot, 2 roosters, een hangiser, een vouthengel, een hael, een koeckpan, een isere rijcken, een blaesbalck, een strijckijser, een spaeij, een ruijvel, een schoep, een seijsie, een sloothou, een hackmes, een bijl, een sicht, 3 riecken, 6 vurcken, een vierijser, een tangh.

            Houtwerck

Item een wagenschotte kasken, drie wagenschotten kisten, met een tafel, met een eetenstresoir, eenen neerslach, eenen trogh, twee spinnenwielen, eenen kersbomen biesen grooten stoel, met 6 biesen stoelen soo groot als cleijn, 6 plancken stoelen, een recken, een lepelbort, met een spiegel, een lanteernen

Item een cleermant, 2 korven, met 2 drinckenskannen, met ses eerdetafelborden, met 6 keulsche schotelen.

Item een kerringe met melcktonnen, met een vleeston, een scherbort, noch een wit tonneken. Item noch eenen wan met snijback.

Item eenen wagen met ploegh ende egh, met een eertkar, turfleeren ende hoijleeren.

            De granen

Item 10 veertelen rogge met 10 veertelen boeckweijt, een veertel tarwe met drei veertelen boonen, met wat hoi, ontrent 20 voeijeren hoij, met twee hondert bossen strooij.

            Silverwerck

Item 2 silvere onderriemen met t silvere ketens met eenen silvere haeck, noch een cleijn kettekens, met eenen gouden rinck

            Incomende penningen

Item eerstelijck int sterfhuijs bevonden aen geld 350: 0: 0
Item alnoch goet comt aen Gerrit Swaens over leverantie van hoij gelevert int jaer 1668, de somme 156: 0: 0
Item noch staet te ontfangen van Cornelis Jochemss over leverantie van 16 voeijers hoij, ider voeijer 3-12½ comt 58: 0: 0
Item noch staet te ontfangen van Jan de Bont de somme van 24: 0: 0
Item staet te ontfangen van Coenraet Ariens de somme van 12: 0: 0
Item noch staet te ontfangen van Jan Hendricx tot Loon 13: 0: 0

Uitgaende schulden

Item eerstelijck staet te betalen aen Adriaen Lamberden de somme van 75: 0: 0

Aldus dese voorst goederen opgetekent per memorie vandem vooght ende toesiender vande kinderen van Blanckers omme haer te dienen in tijden daer des van noden wesen sal. Ter presentie ende ten overstaen vanden stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans als schepenen. Date ut supra. Ende mij secretaris present.

Fol. 5v

Staet ende inventaris vande goederen soo haeffelijcke als erffelijcke van Theunken Thomas Zeijlmans ende Jan Gijsbrechtss Coninx haren man tsamen in haren leven bij staende huijwelijck beseten hebbende ende bijden voornoemden Theunken Thomas Zeijlmans met der doot ontruijmt ende naer gelaten. Over gebracht bijden gemelten Jan Gijsbrechtss Coninx op den 12e februarij 1670.

            Eerstelijck de erffgoederen

Item een huijs, hoff ende erffenisse daer aen ende toebehoorende gestaen ende gelegen inden ambacht van Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Adriaen Adriaenss de Jongen met sijne stede ende gronden.

Item noch sevend’alve geerde hoij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspick, binnen dijcx, bedeelt opden westencant van dertien geerden ende buijten op sijn selven tot sevendalven geerden daer van Mels Thomass Zeijlmans mette wederhelft oosten ende d’erffgenamen van Joffrouw Judith vanden Water west. Streckende vanden ambacht van xj½ Hoeven noirtwaerts in tot de Oude Mase toe. Getaxeert op 2600 £.

Item alnoch twee geerden lants gelegen inden ambacht van Groot Wasbeeck, gemeen en onbedeelt Huijbrecht Gijsbertss in ses ? geerden gelegen in een meerden stuck van twaelf geerden daer van den voornoemden Huijbrecht Gijsbertss int selve stuck met drie geerden is gelegen west ende Zeger Wouterss cum suijs int selve stuck … geerden oost. Streckende vanden ambacht van xj½ Hoeve uijt den suijden noortwaert in tot de Oude Masetoe. Getaxeert op 800 £.

Item alnoch een binnendelle gelegen inden ambacht van xj½ Hoeve aende twee wielen daer van gelegen oost de weeuw van Jan Hendricx ende hare kinderen met Dingeman Peterss ende west Coenraet Janss Smit. Streckende vander halver Her straten uijtden suijden noortwaerts in tot het ambacht van Groot Waspick toe. getaxeert op 800 £.

Item alnoch een gerechte vierde part van een delle, gelegen buijtendijcx inden polder van Groot Waspick, gemeen en onbedeelt met Thomas Peterss Zeijlmans ende Aert Dingemans tusschen erffenisse weeu ende kinderen van Hendrick de Hoogh oost ende Hendrick Jochemss Schoenmaker west. Streckende vander halver Her straten noortwaert in tot het ambacht van Groot Waspick toe. getaxeert op 250 £.

Item alnoch de helft van ander half veertel hoij ende weijlant, gelegen aenden Swanck onder ’S Gravenmoer, gemeen met Thomas Peterss Zeijlmans, tusschen erffenisse de erffgenamen van Stevens Klauwaerts gelegen zuijden ende de vaert noorden. Getaxeert op 150 £.

Item alnoch eenen acker zaijlants gelegen in Sgravelduijn Waspick genaemt de Bree Plack, groot ontrent eene mergen, tusschen erffenisse Jan Otgens cum suis oost ende Seger Wouterss ende den ?ijck… Getaxeert op 900 £

Noch aen Jan de Krameraende vaert ter somme van 3: 0: 0
Noch staet te betalen aen Hendrick Francen ende Anthonis Joosten in qualite armmeesters over reste van lantpacht 70: 0: 0
Noch staet te betalen aen Coenraet Adriaenss Baes 12:10: 0
Noch staet te betalen aende borgemeesters vande jaer 1669 vande verpondinge ter somme van 14: 0: 0
Noch staet te betalen aen Mathijs Willem Huijgen over reste van 9: 0: 0
Noch staet te betalen aenden heer Johan Teulings over reste van lantpacht de somme van 37:10: 0

In de kantlijn: begin 1670 – eijnd 1690

[bij folio  is men met 7 verder gegaan]

Fol. 7r

Op huijden den 12e februarij 1670 soo compareerde Jan Gijsbertss Coninx weduwenaer van Theunke Zeijlmans woonende alhier tot Waspick ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen sijne drie onmondige kinderen verweckt bij den voornoemden Theunijs [= Theunken] Thomass Zeijlmans. Ende dat van Mels Thomass Zeijlmans als oom ende rechte bestorven bloetvooght der voorss kinderen ende voorts met advijs ende ten overstaen van schepenen ondergeschreven als oppervoogden van alle wesen ende dat omme dese sijne kinderen te onderhouden in eten, drincken, cleden, reden, linden, wollen, schoen en cousen, soo wel sieck als gesont, genen tijt van perikel uijtgesondert, te schole te laten gaen omme te leren lesen en schrijven eerlijck ende deugdelijck naer haren staet ende gelijck een eerlijck vader met eeren schuldich is sijne kinderen te doen ende onderhouden. Ende dat der voorss kinderen haren mondige dagen, houwelijck ofte ander geapprobeerde state toe. Ende dat voor den usufruckt ende het gebruijck der voorss drie kinderen hare erffgoederen volgens seeckere deelinge vandate voorss. Dan is alnoch geconditioneert dat den voorss vader sal blijven besitten sijn leven lanck de stede daer hij iegenwoordigh op woonende is op conditie dat hij vader voorss de voorss goederen sal hebben te vrijen van alles ende eenen igelijcke lasten den goederen subject sijnde. Item is alnoch expresselijck geconditioneert dat de voorss vader der drie kinderen belooft uijt te reijcken ende te laten volgen als deselve tot haren mondigen dagen, houwelijck ofte andere geapprobeerde staet gecomen sullen sijn ider een coeij met een bedde met sijn toebehoorte. Ende off eene van dese kinderen deser werelt quamen te overlijden voor sijne mondigen dagen sonder wettege oir ofte oiren achter te laten sullen deselve erven ende besterven vant een tot ander tot het leste van dese drie kinderen toe. Ende ofte dese drie kinderen deser werelt quamen te overlijden sonder wettege oir ofte oiren achter te laten sullen deselve goederen gaen ende blijven aender vader voorss die ongehouden sal sijn deselve aende andere broeders alrede mondigh sijnde te laten volgen. Verbindende hij Jan Gijsbertss Conincx voor het op brengen der voorss sijne kinderen als voor het uutreijcken desselfs sijne persoon ende goederen, soo have als erve, present als toecomende. Stellende deselve ten bedwange als naer rechten. Aldus gepasseert voor Cornelis Jochemss Rijcken, Johan Zeijlmans, Steven Cornelis Swart, Coenraet Baes ende Adriaen Jan Matheus als schepenen ende mij als secretaris, T. Seijlmans.

Fol. 7v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Jan Gijsbrechtss Conincx ter eenre ende sijne vijff kinderen in echten bedden verweckt bij Theuntje Thomass Zeijlmans bij namen Thomas ende Gijsbert Janss Conincx ende Mels Thomas Zeijlmans haren oom ende bestorven bloetvooght van wegen ende voorde drie minderjarige kinderen wesende Adriaentje, Maijken ende Jacob Janss Conincx tsamen ter andere zijde. Ende dat allen de goederen den welcke den voornoemden Jan Gijsbregtss Conincx ende Theunken Zeijlmans bij staende huijwelijck beseten ende gepossideert hebbende. Deselve alhier voor reght aengebrocht opden 12e februarij 1670.

Item inden eersten soo is den voornoemden Jan Gijsbert Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op drie geerden een vierendeel hoij ende weijlants gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen en onbedeelt in seven dalve geerden met de voornoemde sijne kinderen, gelegen tusschen erffenisse Mels Thomas Zeijlmans met sevendalve geerden, gelegen binne in t selve stuck ende buijten afgegraven sijnde oostwaert ende de erffgenamen van Judith vande Water met twaelff geerden west. Streckende vanden ambachten van xj½ Hoeve uijt den suijden noortwaerts in tot de Oude Mase toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eene binnen delle, gelegen inde ambachte van xj½ Hoeve aende twee wielen, tusschen erffenisse Coenraet Janss Smidt tot Sgravenmoer gelegen westwaerts ende Dingeman Peters ende de weduwe ende kinderen van Jan Hendricxss Schoenmaker tsamen met haren bosch ende del gelegen oostwaerts. Streckende vander halver Herstraet uijtden suijden noortwaerts in tot den ambachte van Groot Waspick toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de oostense helft van eenen acker saijlants gelegen inden ambachte van Sgravelduijn van outs genaemt de Breede Plack, gelegen tusschen erffenisse van Jan Mathijss Otgens cum suis gelegen oostwaerts ende de kinderen met gerechte wederhelft ten westen.

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Gijsbertss Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft van een banck moergronden gelegen inden Meulenbanck onder de jurisdictie van Cappel van outs genaemt den Endenest, gemeen en onbedeelt met Adriaen Janss Hoijmeijer ende dat in allen forme als den voornoemden Jan Conincx bij coope vercopen vercregen heeft vande weduwe van Sacharie Jans [stuk folio verdwenen, zie RA 59 folio 91r]

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft vande stede daer hij iegenwoordig op woonende is, gestaen ende gelegen inde ambachte can Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt mette voornoemde kinderen ende die soo groot ende cleijn als deselve gelegen is in haren hoefslach tusschen erffenisse leggende is Adriaen Adriaenss de Jonge gelegen ten oosten, Gijsbert Janss ende … … cum suis d’een ‘teijnde den anderen gelegen ten westen [stuk van foilo verdwenen]

Item alnoch soo is den voornoemden Jan Conincx gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft van een veertel lants gelegen aende Swanck onder Sgravenmoer, gemeen en onbedeelt met Thomas Zeijlmans, gelegen tusschen erffenisse d’erffgenamen van Steven Gijsbertss Clauwaerts ten suijden ende de vaert gelegen noirden. Streckende vanden draeij ? uutden oosten westwaerts in tot de Oude Vaert toe.

Item hiertegens soo sijn de voornoemde vijff kinderen als in qualite voorss tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft vande sevendalve geerden, gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen en onverdeelt met haren vader voorss. Streckende, eggende ende ruggende als vooren.

Item alnoch soo sijn de voornoemde vijff kinderen tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte vierde part van een binnen delle, gelegen inde ambachte van xj½ Hoeve voorde stede van Adriaen Joosten, gemeen en onbedeelt met Thomas Zeijlmans ende Aert Dingemans, gelegen tusschen erffenisse de weduwe ende kinderen van Hendrik Hendricx de Hoogh gelegen oostwaert ende Hendrik Jochemss Schoenmakers gelegen westwaerts. Streckende vander Her straten uijt den suijden noirtwaert in tot den polder van Groot Waspick toe.

Item alnoch soo sijn de voornoemde vijff kinderen tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt opden westen cant mette gerechte helft van eenen acker saijlants gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick van outs genaemt de Brede Plack, daer van henne vader mette wederhelft is gelegen ten oosten ende Seger Wouterss ende den dijck gelegen ten westen.

Item alnoch soo sijn de voornoemde vijff kinderen tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op twee geerden hooij ende weijlants, gelegen inden polder van Groot Waspick, onbedeelt in drie geerden met Huijbert Gijben opden oosten cant vande ses geerden, gelegen binnen inde twaelf geerden, tusschen erffenisse Seger Wouterss cum suis met ses geerden gelegen ten oosten ende Huijbert Gijben met alnoch drie geerden int selve stuck gelegen ten westen. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijtden zuijden noirtwaerts in tot de Oude Mase toe.

Item alnoch soo sijn de voornoemde vijff kinderen tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt opde gerechte helft vande huijsinge, hoeff werf, graes, dries, gronden ende houtwasschen daerop staende, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met haren voornoemden vader ende die in allen forme ende manieren soo groot ende cleijn als deselve bij Jan Gjisbertss ende haren moeder zaliger altoos beseten is geweest ende mede aldaer in haeren hoefslach is leggende, tusschen erffenisse Adriaen Adriaenss de Jonge ende verders als voorss.

Item houden den voornoemden vader ende kinderen alnoch gemeen ende onbedeelt een parceel acker zaijlants, groot ontrent drie hont, gelegen inde ambachte van Sgravelduijn Waspick, tusschen erffenisse.

Item houden de vader ende kinderen voorss alnoch gemeen ende onbedeelt het gerechte vierdepart van een uijtgesteken moerdelle, gelegen op den oostenkant van Vroukensvaert in Sgravelduijn Waspick, gemeen ende onbedeelt met Thomas ende Mels Zeijlmans.

Item houden de vader ende kinderen voorss alnoch gemeen ende onbedeelt het gerechte vierdepart in seeckere aenpart ende gedeelte als sij metten voornoemden Thomas ende Mels Zeijlmans hebben leggen inde stede ofte gronden met Hendrick Peterss erffgenamen.

Item houden de vader ende kinderen voorss alnoch gemeen ende onbedeelt seeckere vierdepart als sij alnoch gemeen hebben leggen metten voornoemden Thomas ende Mels Zeijlmans cum suis inden gront gelegen inde Geer, hen aengecomen van Adriaen Michielss in sijn leven schout van Sgravenmoer.

Item houden de vader ende kinderen voorss alnoch gemeen ende onbedeelt seeckere vierdepart als sij alnoch gemeen hebben leggen metten voornoemden Thomas ende Mels Zeijlmans cum suis, hen aengecomen uijtden voorss hooffden.

Item sijn comparanten overcomen ende geaccordeert dat dese vier parcheelen van erve alhier gemeen gehouden sullen blijven aenden vader voorss sijnen daermede to mogen doen.

Aldus verclarende de voorss comparanten elck in hare qualiteijt als voorss metten anderen naergecomen calculatie, egalisatie ende voorgaende taxatie alsoo gescheijden ende gedeelt te wesen, soo als voors is ende sal een ider sijn parthagien ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gesteltenisse als de iegenwoordigh liggende ende gepossideert sijn. Ende dat met alle behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als mede oock alle gebuerlijcke rechten van wegen, stegen, schauwen, waterlopen ende gangen metten verdere last van contrabutie meulen ende sluijs gelden den goederen subject daer toe behoorende, sonder dat d’een den anderen daermede sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maten sullen hebben te vergoeden. Al soo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parcheelen gelijck die altoos bij den voornoemden Jan Conincx ende sijne overledene huijsvrouw beseten ende gepossideert sijnde geweest. Item sijnde de voornoemde comparanten ten overstaen van schepenen ondergeschreven in allen vrientschap ende minnen verders geaccordeert ende wel geconditioneert dat den voornoemden vader sal hebben ende behouden in vrijen pueren eijgendomme boven sijne gedeelte ende parthagien seecker perceel zaijlants, groot ontrent drie hont hier vooren bij het 12e perceel uijtgedruckt als sij comparanten aldaer onbedeelt metten vader voorss hebben gehouden. Ende dat in alle forme ende manieren als tselve aldaer in sijnen hoefslach gelegen is. Mitsgaders alle meublen ende haeffelijcke goederen, imboel ende huijsraet alles volgens den staet ende inventaris daer van sijnde waer vooren hij vader voorss belooft ende oock gehouden sal sijn te betalen alle de uijtgaende schulden, alles bij den voornoemde staet gespecificeert, alwaert schoon dar deselve daer niet gespecificeert en waren soo dat alle proffijtelijcke ende uijtgaende schulden sullen sijn ende blijven tot proffijte ende tot laste van hem vader voorss geen ter werelt gereserveert gelt, silver, gemunt ende ongemunt, renuncerende ? partijen dienvolgende van alle voor deelinge exceptie naer gevende ende vertijd ende dselve over d’een tot des anders proffijte met hant alm ende monde soo als recht is, sonder daer tegens te doen ofte gedogen gedaen te werden tsij met middelen van rechten ofte daer buijten. Daer vooren sij comparanten verbindende generalijcke hare respective persoonen ende specialijcke hare goederen. Stellende deselve onder verbant als naer rechten. Aldus deese deelinge, taxatie ende egalisatie gedaen, gepasseert naer hare forme ende inhouden als voorss staet. Actum Cornelis Jochem Rijken, Jan Zeijlmans, Thomas Bommelaer ende Jan Thijs, schepenen, ende mij als secretaris, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 9r

Scheijdinge ende erffsmaldeelinge tusschen de voorss vijff kinderen bij namen bij namen Thomas Janss Conincx, Gijsbert Janss Conincx, Mels Thomas Zeijlmans in qualite als vooght ende Jan Gijsbertss Conincx als vader ende toesiender van Adriaentje, Maijken ende Jacob Janss Conincx als onmondige kinderen. Ende dat alsulcken goederen als sij hiervooren bij generale deelinge bevallen sijn. Alhier voor recht aengebrocht desen 12e februarij 1670.

Item inden eersten soo is den voornoemden Thomas ende Gijsbert Janss Conincx tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op twee geerden een vierendeel hoij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspick, binnen onbedeelt in een stuck van dertien geerden ende buijten in sevend’alve geerde, gemeen en onbedeelt met den vader ende verdere erffgenamen, gelegen tusschen erffenisse Mels Zeijlmans binnen met elf geerden ende buijten metten wederhelft oostwaert ende de erffgenamen van Joffrouw Judith vanden Water met hare twaelf geerden gelegen westwaerts. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijt den suijden noirtwaerts in tot de Oude Mase toe.

Item alnoch sijn Thomas ende Gijsbert Janss voorss tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte vierde part van een binnen delle, gelegen gemeen en onbedeelt met Thomas Zeijlmans ende Aert Dingemans, gelegen voor de stede van Adriaen Joosten neder in xj½ Hoeve, tusschen erffenisse Hendrik Hendricx de Hoogh sijn weeu ende kinderen tsamen gelegen oost ende Hendrik Jochemss Schoenmakers west. Streckende vander halver Her straten uijt den zuijden noortwaerts in tot het ambacht van Groot Waspick toe. Dan wel verstaende sal Thomas ende Gijsbert Janss Coninx tsamen tot egalisatie aende naervolgende loten moeten uijtreijcken ende betalen bijde opdrachte deser de somme van 30 £

Item hiertegens soo is Mels Zeijlmans ende Jan Gijsbertss in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt ten behoeve vande drie onmondige kinderen op eenen halven acker saijlant gelegen bedeelt opden westencant vanden voornoemden heelen acker bijde generale deling geroert, gelegen Sgravelduijn Waspick genaemt den Bree Plack, tusschen erffenisse den vader voorss met de gerechte wederhelft oostwaerts ende Seger Wouterss ende den dijck westwaerts ende dat soo groot ende cleijn als den selve aldaer in sijnen hoefslach gelegen is.

Item alnoch soo sijn den voornoemden voogt ende toesiender in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op twee geerden lants, bedeelt met Huijbert Gijsbertss Coninx in drie geerden binnen in een stuck van twaelf geerden ende buijten is ses geerden opden oostenkant, tusschen erffenisse Seger Wouterss Zeijlmans cum suis binnen int selve stuck met ses geerden ten oosten ende afgegraven sijnde buijtendijcx mede oost doorgaens ende den voornoemden Huijbert Coninx mette de resterende drie geerden ten westen. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijtden zuijden noortwaerts in tot de Oude Mase toe.

Item alnoch soo sijn den voornoemden voogt ende toesiender in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een gaerde hoij ende weijlant, gelegen inden voornoemden polder, gemeen en onbedeelt met haren vader voorss ende broeders respective. Ende dat eggende ende ruggende als voorss staet.

Item houden de voorss kinderen alnoch gemeen en onbedeelt de gerechte helft vande stede bestaende in huijs, hoeff en werf, graes, driessen ende houtwasschen, alle gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met haren voornoemden vader voorss ende die in allen formen ende manieren soo groot ende cleijn als deselve aldaer in haeren hoeffslach is leggende, tusschen erffenisse eggende ende ruggende als vooren.

Aldus verclarende de voorss comparanten elck in haren qualiteijt metten anderen ten overstaen van schepenen bij voorgaende taxatie, calculatie ende genomen egalisatie alsoo wettelijck gescheijden ende geërffdeelt te wesen, soo als voors staet ende sal een ider sijn parthagien ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gesteltenisse als die iegenwoordigh leggende sijn. Ende dat met alle behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als oock gebuerlijcke rechten van wegen, stegen, schauwen, waterlopen ende gangen als oock met last van contrabutie meulen ende sluijs gelden alles wat de goederen subject sijnde sonder dat d’een den anderen in meerder ofte minder maten sal hebben te vergoeden. Alsoo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parcelen gelijck die aldaer in haren hoefslach gelegen sijn leggende. Dan wel verstaende wort alhier geconditioneeert ende geaccordeert gelijck sij comparanten conditioneren ende in minne en vrientschappen sijn accorderende in desen boven allen t gene voorss is. Soo is sulcx dat bij den voornoemden voogt ende toesiender ten behoeve vande voorss wesen, hier voren genomineert, sullen hebben houden en trecken het usufruckt ende het jaarlijcks gebruijck vande gerechte helft vande voornoemde stede, gemeen en onbedeelt met haren vader voornoemt, soo ende gelijck deselve in haren hoefslach is leggende. Ende dat soolangh als den voornoemden vader leven sal. Ende off het quame dat haren vader alvorens quame te sterven aleer het jongste der voorss drie kinderen mondigh ware soo sullen evenwel de usufrukten blijven tot proffijt vande minderjarige tot dat het selve mondigh sal sijn. Ende dan egael wederom gepart ende gedeelt werden als naer rechten waer voren comt te cederen doot ende teniet soodanige penningen als anders de gene Thomas ende Gijsbert Janss tot subsivisum ende onderstant van haren houwelijck uijtden geheelen boedel souden mogen hebben genoten. Dit verclarende de voorss comparanten te wesen henne minnelijcke accoort sonder d’een op d’ander te reserveren. Ter presentie van schepenen voornoemt. T. Seijlmans, secretaris 1670

Fol. 10r

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haeffelijck als erffelijck, incomende ende uijtgaende schulden, de welcke Willem Jacobs ende Maijken Willems tsamen bij staende houwelijck beseten hebben ende bij den voornoemden Maijken metter doot geruijmt ende naergelaten heeft. Deselve alhier bij den voornoemden Willem Jacobs desselfs weduwenaer aengebrocht desen 18e februarij 1670.

Eerstelijck een huijs, hoefken, erff ende houtwassen daerop staende aende aen behoorende, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, tusschen erffenisse Hendrick Franse Boeser gelegen oost ende west Adriaen Ars de Jonge, Streckende vander halver Het straten uijtden noirden zuijtswaert in tot den acker toe. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item noch een buijten delle gelegen inden ambachte voorss ende die in allen formen ende manieren gelijck die van Michiel Pieterss Blanckerts bij coope vercregen is daer oost de erffgenamen van Janneken Cornelisse Rutten ende Aert de Bruijn west, groot ontrent eenen margen. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item noch het gerechte vierde part van eene binnen delle, gelegen inde ambachte van xj½ Hoeve, gemeen en onbedeelt met Gerrit Janss ende Mathijs Cornelisse Camp, daer van gelegen oost Aert Bommelaer cum suis west Dingeman Peters cum suis, groot ontrent 690 roeden int geheel. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item alnoch het gerechte vierde part in ses geerden, gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen en onbedeelt met Gerrit Janss ende den voornoemden Camp ende onbedeelt opden westense helft van elf geerden, daer van het Heijlige Geest Huijs van Geertruijdenbergh gelegen west ende Maijken Peters cum suis mette wederhelft oost. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijtden zuijden noortwaerts in tot de Oude Mase toe. getaxeert het gerechte vierde part op de somme van (niets ingevuld)

Item alnoch het gerechte vierde part vande stede, erve ende landerijen daeraen gelegen ende behoorende ende onbedeelt als vooren, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss, tusschen erffenisse Peter Gerritss Cleermaker met sijne stede ende Aehtje Corneliss Buijs metten bijster ende gedeelte ackerlant d’een neffens den anderen west Mels Thomas neffens den acker mede west oost de stede van Eijltje Janss Fiers ende Jan Janss Camp d’een teijnden den anderen. Streckende vander halver Her straten uitden noirden suijtwaerts in tot Kuijpers Leij toe. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item alnoch een gerechte vierde part van eenen hoef ende erve gelegen inden ambchte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt mette voornoemde Gerrit Janss ende Camp daer west den voorss de Jonge. Streckende vander halver Her straten uutden noorden zuijtwaerts in tot Maerten Adriaenss van Gesel cum suis hare erve toe. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item noch een perceelken hoeff, bijster ende ackerlant gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss. Ende dat in alle forme ende amnieren gelijck tselve bij Joost Willemss geseten is geweest, gelegen tusschen erffenisse Hendrick Franse ende d’erffgenamen van Jan Cornelisse Zeeuw d’een teijnde den anderen gelegen west ende Wouter Jan Mathijs mette stede, bijster ende de ses seste parten vande acker tsamen d’een teijnde den anderen gelegen oost. Streckende vander halver Her straten uijtden noirden zuijrwaert in tot de Corte Maten toe. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Noch een halve geerde hoeij ende weijlants gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick in een meerder stuck van ses geerden onverdeelt met Gerrit Janss ende Campen cum suis. Streckende vanden vanden ambchte van Sgravelduijn Waspick uijtden suijden noortwaerts in tot het Schipsdiep toe, daet van gelegen oost de heer Johan van Gils ende west Cornelis den Ruijmen. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item alnoch een gerechte vierde part vaneen parceel van erve ende bosschen, gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Thomas Zeijlmans cum suis, den wiel van Adriuaen Janss Locht ende Wouter Huijbertss oost ende Jacob Jacobss ende de erffgenamen van Anneke Bommelaeren west. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item alnoch eenen Geer gelegen op het Stapeleijnt onder Cappel tusschen erffenisse Peter Jacobss oost ende de weeu ende kinderen van Aert Peters Kuijl west. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item alnoch een buijtendelleken gelegen ontrent de coren meulen van Cappel daer van gelegen oost Lijntje weeu van Zagharias Janss ende west Willem Joosten Brock. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noortwaerts in tot het ambacht van Nederveen toe, groot ontrent drie hont en een halve. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item alnoch een binnendelleke gelegen opden westen cant van Willem van Gents vaart daer van noirden gelegen Peter vander Puntten ende de erffgenamen van Jan Sijmonss Suijden. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item alnoch een binnen delleken gelegen mede opden voorss vaertkant daer naest geërft Willem Joosten ten noirden Mels Janss Croel gelegen ten zuijden. Ende dat in allen forme gelijck Willem Joosten Brock tselve beseten heeft. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

Item alnoch ontrent twee hont ackerlant opden voornoemden vaertkant, bedeelt inde stede van Willem Joosten voorss daer van ten noirden de steegh vanden hoeff ende zuijden Jan Anthonis van Pas. Geëxtimeert op (niets ingevuld)

            Imboel

Item twee bedden met haer toebehoorten, vier slaeplakens, ses fluwijnen, vier slaeplakens, vier hemden.

            Tinne werck

Item vijftien tinne schotelen, 12 tinne lepels, een soutvat, 12 tinne tafelborden, twee sousierkens.

            Coperwerck

Eenen coperen koewijketel, 2 coperen melckcannen, eenen aecker, 2 hantketels, een vierpan, een coperen kandelaer, drie coperen potten, eenen suijcker doos.

            Yserwerck

Item eenen ijseren pot, drie halen, 2 hangijsers, eenen rustel, een fouthengel, een brantijser, een roijer, een tangh, 2 kapmessen.

            Houtwerck

Item een wagenschotten cas, een vueren cas met een wagenschotten tresoor, 2 wagenschotten tafelkens, 2 vieren kistkens, 1 trogh, 1 kleermant, 1 lockmant, twee korfkens, 10 stoelen, 1 cleijn mandeken, 2 vresen tonnekens, een melck ton, eenen melck emer, 1 karren, 1 boterteijl, quaeij tonnen, noch eenigh kuls goet, 2 tapkannen, 2 kleijne kannekens, eenen stroijen korf, noch een cleijn stroijen korfken, 1 spaeij, 1 schop, een ruijffel, 2 riecken, 4 vorcken, 1 eeck, een hoijseijsien, 1 sieght, 1 haergetouw, noch wat quaeij ijser, 1 echt, ploegh.

Item hammen, schouweren ende de zijden van twee verckens, 2 stucks geroockt vleesch, een eerbeugel, een graeff.

Item ontrent 12 voeder hoij ende toemaet, ontrent 200 hondert bosen strooij, een wan, een stroijen loopen korff.

Item een peert met een veulen, drie melck koeijen, 2 hockelinge, 3 kalveren, een wagen met drie vaer leeren, 2 greel ende sijn toebehoorten, 1 snijback, 1 sneij, 1 krengen, 1 baggernet, 25 vaet roggen en boeckweijt, ontrent 2 vaten tartoen, ontrent een vat boonen.

            Incomende penningen

Eerstelijck inden voornoemden sterffhuijs in contante penningen bevonden de somme van  
Item staet te ontfangen van Gerrit Jacobs Wittens tot Tilborch over rest van huere van een del 3: 3: 0
Item staet alnoch te ontfangen van Adriaen Pouwelse van ‘Sgravenmoer over coop van hoij de somme van 3: 3: 0
Item staet mede te ontfangen van Hendrick Gielen Grooten tot Cappel over reste van lantpacht de somme van 2:15: 0
Item staet mede te ontfangen van Adriaen Huijbertss Berrevoets over verdienden arbeijtsloon de somme van 1:19: 0
Item staet mede te ontfangen van Jan Mathijs Otgens aende kerck over verdienden arbeijtsloon de somme van 0:17: 0
Item staet mede te ontfangen over vercoopen van hoij vande 12 geerden van Cornelis Michielss, vercoft anno 1669 voor 93: 0: 0

            Uitgaende schulden

Inden eersten staet te betalen aende kinderen ende erffgenamen van Michiel Blanckerts per obligatie de somme van drie hondert vier gulden capitael aldus 304: 0: 0
Item staet mede te betalen den intrest van ’t voorss capitael tegens vijff ten hondert verschenen den (niets ingevuld) februarij 1670 bedragende de somme van 15: 4: 0
Item staet mede te betalen aen Willem Joosten Brocke in qualiteijt als voocht van Paulus Hendrickss Mulder de somme van drie hondert gulden met een jaer verschenen intreste tegens vijf ten hondert verschenen anno (niets ingevuld) februarij 1670 monterende tsamen 315: 0: 0
Item staet mede te betalen aen Adriaen Corsten per obligatie de somme van een hondert vijftich gulden staende ten intreijste vijff ten hondert daer van het tweede jaer intrest sal verschijnen te meij eerstkomende, comt het capitael sonder den intreste de somme van 150: 0: 0
Item staet te betalen Barent Dircxss woonende tot Test ? per obligatie de somme van 140: 0: 0
Staende ten intreste tegens vier gulden thondert monterende over elff maenden de somme van 5: 7: 0
Item staet te betalen aen Meerten Adriaense Turck per obligatie de somme van hondert vijftich gulden capitael staende ten intreste vier gulden tien stuijvers verschenen twee jaren comt te monteren tsamen de somme van 163:10: 0
Item staet te betalen aen Anneken Poetsen per obligatie de somme van 200: 0: 0
Staende ten intrese vijff ten hondert daer op verschenen tien maenden comt te monteren  
Item staet te betalen aen Sijmon Anthoniss per obligatie de somme van een hondert gulden capitael staende ten intreste vijff gulden, comt het capitael alsoo de penningen eerst sijn onder genomen de somme van 100: 0: 0
Item staet te betalen aen Hendrick Fransen ende Anthonij Joosten vanden Hoeck in qualite als armmeesters over reste van lanthuer vanden jare 1669 de somme van 49: 3: 8
Item staet mede te betalen aende graeffelijckheijt van Hollant over reste van lantpacht verschenen anno 1669 de somme 13: 0: 0
Item staet mede te betalen aende weduwe ende kinderen van Cornelis Michielss over lantpacht de anno 1669 163: 4: 0

Aldus dese voorss goederen voor recht gebrocht ende opgetekent tot na berichtinge vande wesen bijden voornoemden Willem Jacobss ter presentie van Johan Zeijlmans ende Jan Otgens, schepenen. Datum ut supra ende mij als secretaris present.

Fol. 12r

Scheijdinge ende erffsmaldeelinge tusschen de gelijcke erffgenamen van Jacob Rocus Rutten bij namen Crijn Rocus Rutten, Cornelis Rocus Rutten, Sijken Rocus Rutten geassisteert met Johan Zeijlmans, heemraet in wette alhier, Roelof Rocus Rutten, Thonis Rocus Rutten voor hem selven als mede in qualite tesamen …voocht vande vier onmondige weeskinderen van Adriaen Janss Seters waer moeder van was Anneken Rocus Rutten ende Peter Rocus Rutten alle woonende binne de stadt Rotterdam ende de dorpe van Sgravenmoer. Respective broeders, susters ende susterskinderen ab intestato erffgenamen voorss mede uijtweijsens den testament daer van gepasseert voorden notaris Dirck mrs ?? ende seeckere getuijgen resiederende der voornoemde stadt Rotterdam in date den 9e december 1669 ons stadthouder ende heemraden getoont ende voorgelesen. Ende dat van alsulcke goederen als den voornoemden haren broeder haer metter doot ontruijmt ende naer gelaeten heeft. Voor soo veel als hem voor een achsten part bij generale deelinge uijtden hoofden van sijne moeijtjen Jenneken Cornelis Rutten tegens de kinderen van Maijken Cornelis d’outsten soo op den Hil als tot Waspick bevallen sijn ende alnoch gemeen met de selve hadde leggende tsamen ter eenre ende den voornoemden Crijn Rocus Rutten in qualite als vader ende vooght van sijne soon Rocus Crijnen daer moeder van is Dingentje Janss als een mede erffgenaam inde goederen van Jenneken Cornelis Rutten volgens den testamente daer van gepasseert voorden notaris de Rooij ende seeckere getuijgen resiederende binnen de stadt Dordrecht Cornelis Rocus Rutten, Sijken Cornelis Rutten geassisteert als vooren, Roeloff Rocus Rutten, Thonis Rocus Rutten ende Pieter Rocus Rutten, Adriaen Jan Seters, soo voor hem seleven als in qualite vader ende vooght van sijne vier onmondige weeskinderen voorss tsamen inde qualiteijt erffgenamen vande voornoemde Jenneke Cornelis Rutten hare moetje ende oudtmoetje respective lest weduwe van Adriaen Aertss Suermont overleden int lant van Altena inden dorpe vande Hille ende dat van alsulcke goederen als de voorss condividente erffgenamen met haren broeder Jacob Rocus Rutten bij generale deelinge tegens de kinderen van Maijken Cornelis Rutten d’outste soo op den Hil als tot Waspick respective bevallen sijn ende noch gemeen hadden liggende tsamen ter andere sijde. Aldus gepasseert ende aengebrocht voor recht desen 20e februarij 1670.

Item inden eersten soo sijn de gelijcke erffgenamen van Jacob Rocus Rutten int hoft van desen genomineert tsamen ende elck voor een sevende part vandes selfs naergelaten goederen gevallen ende bedeelt op eene somme van een duijsent een hondert vijffendartich gulden twee stuijvers 8 penningen te ontfangen uijt den eersten ende tweede termijn van seeckere cooppenningen de welcke bedongen sijn ende bedongen sullen worden van drie geerden lants gelegen in een stuck van ses geerden inden ambachte van Cleijn Waspick bijde voornoemde gelijcke erffgenamen int gemeen op geveijlt sijnde ende alrede in geset bij Sijmon Anthoniss Cuijl vore 1848 gulden.

In de kantlijn: de portie tot segge 1129: 2:19

In de kantlijn: Cornelis ende Roelof Rocussen Rutten voor hen selven als hen sterckmakende voor Theunis ende Pieter Rocussen Rutten mitsgaders voorde weesen van Anneken Rocussen Rutten, Crijn Rocussen Rutten ende Sijcken Rocussen tsamen erffgenamen Jacob Rocussen Rutten bekenden ende verclaerden in qualite voorss ontfangen vanden eersten ende tweeden termijn te hebben vande cooppenningen vande drie geerden gecoft bij Sijmon Anthoniss Cuijl de somme van 1291: 2:19. Ende verclaren daer mede voldaen ende betaelt te sijn voor hunne portie hier vooren geroert. Actum den 5e julij 1671.

Item hier tegens soo sijn de gelijcke erffgenamen van Jenneke Cornelis Rutten int hooft van desen genomineert tesamen gelot, gecavelt ende geërffdeelt op het gerechte achtste part vande twintich stalve geerden hoij ende weijlant, gelegen inde ambachte van Cleijn Waspick, gemeen en onbedeelt met de heer Jacob Volbergen cum suis. Geëxtimeert op 1700 gulden.

Item alnoch soo sijn de gelijcke erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op drie mergen 500 roeden weijlant gelegen opden Hil int lant van Altena, genaemt Ruijm Schotels Hoeff. Geëxtimeert op 1800 gulden.

Item alnoch soo sijn de voornoemde gelijcke erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op op de gerechte helft van 8 mergen 300 roeden weijlant gelegen inden Meuwen Dooren int lant van Altena, genaemt Baltjens Weer. Geëxtimeert op 2100 gulden.

Item alnoch soo sijn de gelijcke erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een halven acker zaijlant gelegen inden ambacht van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Jan Anthonissen Cuijl, Geëxtimeert den halven acker op 500 £ mitsgaders houdende de buijtendelle daer aen behoorende metten voorss Cuijl alnoch gemeen ende onbedeelt. Geëxtimeert op 85 gulden.

Item alnoch soo sijn de gelijcke erffgenamen voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een buijtendelle gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss tusschen erffenisse Willem Jacobs met sijne delle west ende Peter Gerrits Cleermaker met sijn delle oost. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noortwaerts in tot den ambachte van Cleijn Waspick toe, sijnde groot ontrent ses hont. Getaxeert opde somme van 500 £.

Item alnoch sijn de voorss erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de resterende cooppenningen vande voornoemde drie geerden die alvorens bijden voornoemden Sijmon Anthoniss Cuijl sijn in geset. De rest vandien te ontfangen als alrede bedongen sijnde ofte bij de conditien bedongen sullen worden op dagen ende termijnen inde conditie geinsereert. Sijnde de somme wegens t insetten 718:17: 2 segge 718:17: 2.

Item alnoch soo sijnde voornoemde erffgenamen voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen bijster moergronden gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick gelegen tusschen erffenisse de erffgenamen van Anneke Bommelers gelegen oost ende de kinderen van Dirck Leendertss west. Streckende vander halver Her straten uijtden noorden suijtwaert in ter halver waterganck toe, groot ontrent drie hondert roeden. Getaxeert op 103 £ 3 stuijvers.

Item alnoch soo sijn de voorss gelijcke erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een binnen delle gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Peter Huijbertss de Bont gelegen ten suijden ende de erffgenamen van Jacob Jan Mathijss noirden. Streckende vander Vroukensvaert uutden oosten westwaert in totte delle vande erffgenamen van Aert Peters Cuijl toe, groot ontrent drie hondert roeijen. Getaxeert op 250 £.

In de kantlijn: Adriaen Janss Seters bekenden voor mijn door handen Sijcken Rocussen Rutten ontfangen te hebben de somme van vijfftich gulden ende dat in voldoeninge van sijne portie uutte ondergeschreven 400 gulden. T’oirconde geteckent desen 25e april 1672. Adriaen Janssen van Seters.

Item alnoch souden de voorss gelijcke erffgenamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de twee parthijkens moer met den gront gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick. Geëxtimeert 15 gulden.

Item bedraegt den voorss boedel 9133 £ 2 stuijvers 8 penningen daer op houdende de voorss erffgenamen int gemeen de voorss buijten delle met Jan Anthonisse Kuijl, geëxtimeert op 85 £ mitsgaders alnoch twee parthijkens moer van 15 gulden. Afgetrocken de voorss drie parthijen opde 9133 gulden 2 stuijvers 8 penningen blijft int goet 9033 £ deselve gepart bij acht clughten. Ider clught tot 1129 – 2 – 19 dan wel verstaende deselve clughten op hare portie moeten misse 52 £ over taxatie vande drie geerde lants die wert bevonden minder ingeset te sijn als bij taxatie voor seven clughten 78??: 1: 6 is elck 1121:14:??

In de kantlijn: Roelof Rocussen bekenden voor mijn door handen Sijcken Rocussen Rutten ontfangen te hebben de somme van vijfftich gulden ende dat in voldoeninge van sijne portie uutte ondergeschreven 400 gulden. T’oirconde desen geteckent desen 23e febrarij 1675. Roelof Rockussen

Aldus verclarende de voorss comparanten voor haer selven als in voorss qualite voorss metten andere ten overstaen van stadthouder ende schepenen ondergenoemt naer voorgaende taxatie, calculatie ende gedaene egalisatie alsoo gescheijden ende gedeelt te wesen, soo als voors is ende sal een ider sijn partagien ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gesteltenisse als die iegenwoordigh liggende ende gepossideert sijn geweest. Ende dat met allen behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als mede oock allen gebuerlijcke rechten van wegen, steken, schauwen, waterlopen, contrabutie meulen ende sluijs gelden alles den goederen subject sijnde sonder dat d’een den anderen sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maten sullen hebben te vergoeden. Al soo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parcheelen gelijck die in haren hoefslach gelegen sijn. Dan wel verstaende daer iet meer opcomende als voorss is van eenige verdere renten, commeren, actien ofte calangien die noch onbekent belovende sij comparanten deselve malcanderen te helpen weren ende af te dragen costelijck ende schadeloos sonder eenige contradictie of tegenseggen. Dit verclarende sij comparanten te wesen haer minnelijcke accoort ende daer op vertijdende ende vertegende soo als recht is renuncierende van alle voordelinge exceptien dan met dien verstanden houdens de voors condividenten alnoch gereserveert boven alt gene voorss is sekere vier hondert gulden capitael als Sijcken Rocus Rutten weduwe voorss aenden gemeenen boedel schuldigh staet ende bij den voornoemde Jenneke ende Adriaen Aertss Suermont gewesenen houwelijcke luijden aen haren man geleent ende onder gedaen hadde over eenige tijt van jaren dien volgende de voorss erffgenamen tegens d’anders erffgenamen vande voorss Zuermont ende de kinderen van Maijken Corneliss Rutten de outste als mede de erffgenamen vande voorss Jenneke Corneliss Rutten tegens andere penningen alsoo te deele gevallen sijnde. Belovende sij Sijke Rocuss Rutten weduwe verstaende voornoemde comparanten voor soo veel elck hare continigent neffens haer weduwe soude mogen wesen inde voorss somme van 400 gulden te laten volgen ende te betalen uijt der eerste penningen de welcke sij weduwe sal comen te bedingen vande gerechte helft van een achtste part in twintighstalve geerde gemeen met Adriaen Seters ende sijne kinderen, gelegen inde ambachte van Cleijn Waspick daer van sijn weduwe eerdaegs belooft coopdach te houden. Dan of het quam dat sij tot het vercopen vant voorss lant niet en conde geraken tot redelijke prijs binnen den tijt van vier eerstcomende maenden naer date van dese soo belooft sij weduwe voorss voor soo veel hare mede consorten ende erffgenamen aengaet ende gericht soude mogen wesen inde voorss 400 gulden te betalen voor intrest tegens vier gulden vant hondert. Doch en sal sij weduwe voorss de voornoemde penningen onder pretext van intrest te betalen niet langer mogen onderhouden als de crediteuren believen sal, voor welcke betalingen sij weduwe voorss is verbindende hare parthagien ende gedeelte voorss. Stellende deselve ten bedwanck als naer rechten. Aldus gepasseert voor Mels Thomas Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijken ende Johan zeijlmans, schepenen ende mij als secretaris T. Seijlmans, secretaris 1670

Fol. 13v

Scheijdinge ende smaldeelinge tusschen Crijn Rocuss Rutten in qualite als vader ende voocht van sijnen onmondige soone Rocus Krijnen dens elven verweckt aen Dingetje Janss als een mede erffgenaem van Jenneke Corneliss Rutten sijne out moetje volgens den testamente daer van gepasseert voorden notaris Joris de Rooij ende seeckere getuijgen resiederende binnen der stadt Dordrecht in date den (niets ingevuld). Cornelis Rocus Rutten, Roeloff Rocus Rutten, Sijken Rocus Rutten geassisteert als vooren, Adriaen Janss Seters als in houwelijck gehadt hebbende Anneken Rocus Rutten woonende tot Sgravenmoer voor hem selven als vader en voocht van sijne vier onmondige kinderen die hij verweckt heeft aende voorgemelte Anneke Rutten, Anthonis Rocus Rutten ende Peter Rocus Rutten. Tsamen erffgenamen in seven achtste parten inde eene helft vande naergelaten goederen vande voornoemde Jenneke Corneliss Rutten.

Item inden eersten soo is Crijn Rocus Rutten in qualite voorss ten behoeve van sijne onmondige soone Rocus Crijnen gelot, gecavelt ende beërffdeelt opde gerechte helft van een halven acker zaijlant gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Jan Anthoniss Cuijl, gelegen tusschen erffenisse Jacob Huijbertss de Bruijn cum suis noirden ende de erffgenamen van Thonis Janss Snijder suijden. Streckende vanden erffgenamen van Adriaen Jacobss Baes hare erve uijtden oosten westwaert in tot den sloot buijtendijcx gelegen toe. Getaxeert op 500 £

Item alnoch soo is den voornoemden Crijn Rocuss Rutten ten behoeve van sijne soone voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een buijtendelle gelegen alles gelegen inden voornoemden ambachte daer naest ten westen geërft Willem Jacobs ende ten oosten Peter Gerrits Dolck. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noortwaerts in tot den ambachte van Cleijn Waspick toe. Getaxeert op 75 £. [in vorige akte staat 500 £, moet ook 500 zijn gezien het totaal bedrag]

Item alnoch soo is den voornoemden Crijn Rocuss voorss bevallen voor een gedeelte op de cooppenningen vanden acker gecocht bij Adriaen Adriaen Teeuwen voor eerst uit de reede penningen 43: 3 mitsgaders uijtden tweede termijn 90 £ daer op heden ten behoeve van hem verleden is obligatie.

In de kantlijn: Crijn Rocussen Rutten in qualite voorss ter presentie vande erffgenamen bekende voor mijn ontfangen te hebben door handen Adriaen Adriaen Teeuwen voor eerst de somme van 93 – 3 – mitsgaders de 90 £ bij deelinge geinsereert. Actum den 5e julij 1671.

Item alnoch bevallen met 10 £ 5 penningen inden eerste termijn vande coop penningen vande drie geerden lants gecocht bij Sijmon Anthoniss makende tsamen in lant als gelt 1121 ? £ 19 stuijvers 5 penningen. Seggen 1121 £ 19 stuijvers 5 penningen. Dan moet wederom afgetrocken worden 3 £ 11 stuijvers blijft 1118 £ 3 stuijvers 5 penningen volgens de calculatie hier best ?.

[de calculatie lijkt niet te kloppen]

Item hiertegen soo sijn Cornelis Rocus Rutten ende Roeloff Rocus Rutten tsamen ende elck voor de gerechte helft gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een partije weijlant van ontrent 3 mergen 500 roeden gelegen inden dorpe vanden Hil wesende het lant van Altena, genaemt Ruijm Schotels Hoeff, gelegen tusschen erffenisse Cornelis Wouterss met sijn landen west. Geëxtimeert op 1800 gulden.

Item alnoch soo sijn Cornelis ende Roelof Rocus Rutten tsamen bevallen opde penningen vanden bijster gecocht bij Thomas Wouterss tot 103 £ 3 stuijvers mitsgaders alnoch op 46 £ 17 stuijvers uijt de cooppenningen vanden eersten termijn vanhet ackerlant van Adriaen Adriaen Teuwen.

Item sijn Cornelis ende Roeloff Rocus Rutten tsamen bevallen op een gedeelte vanden tweeden ende lesten termijn van seckere cooppenningen van drie geerden lants gecoof bij Sijmon Anthoniss mette somme van 286 gulden 5 stuijvers 12 penningen.

In de kantlijn: Cornelis Rocuss ende Roeloff Rocuss Rutten bekenden voor mijn door handen van Sijmon Anthonissen van coopen van drie geerden lants in … alhier geinsereert ontfangen te hebben de somme van vijftich gulden achtien stuijvers 8 penningen. Actum den 8e junij 1671.

In de kantlijn: Cornelis ende Roeloff Rocussen bekenden voor mijn ontfangen te hebben uijt de cooppenningen van Sijmon Anthoniss de somme van 216 gulden Actum den 20e meij 1672.

Item hiertegens soo is Sijken Rocus Rutten geassisteert als vooren ende Adriaen Janss Seters voor hem als ten behoeve van sijne vier onmondige kinderen voor de eene helft ende de weeu voorss voor d’ander helft tsamen gelot, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte achtste part vande twintichstalve geerden hoij ende weijlant, gelegen inde ambachte van Cleijn Waspick, gemeen en onbedeelt met de heer Jacob van Volbergen cum suis, tusschen erffenisse de erffgenamen van Huijbert Janss de Bont cum suis ten westen ende de weduwe van Johannes Sprangers cum suis gelegen ten oosten. Streckende vanden ambachte van Sgravelduijn Waspick uijt den zuijden noortwaerts in tot het Cleijn Elant toe. Geëxtimeert op 1700 gulden.

Item alnoch soo sijn Sijken Rocus Rutten ende Adriaen Janss Seters in qualite voorss bevallen op de cooppenningen vande delle op Vroukensvaert gecocht bij Thomas Bommelaer op 250 £.

Item soo sijn Sijken Rocus Rutten geassisteert als vooren voor de eene helft ende Adriaen Janss Seters voor hem als ten behoeve voorss tsamen voorde andere helft bevallen op een gedeelte inde cooppenningen vanden tweeden ende derden termijn van seckere drie geerden, gecoof als voors mette somme van 286 gulden 6 stuijvers 12 penningen.

In de kantlijn: Adriaen Janssen Setert voor hem selven als voor sijne kinderen voor een helft ende Sijcken Rocussen Rutten voorde andere helft bekenne ende verclaren tsamen ontfangen te hebben uitte cooppenningen vande voorss drie geerden landts gecooft bij Sijmon Anthoniss de somme van vijfftich gulden achtien stuijvers acht penningen. Actum den 5e juli 1671.

In de kantlijn: Sijcken Rocussen Rutten bekenden voor mijn haer …uijtte cooppenningen van Sijmon Anthoniss ontfangen te hebben mette somme van 108 £.

Adriaen Janss Seterts voor hem als in qualite bekende uijt selve cooppenningen ontfangen te hebben de somme van 108 £. Actum den 20e meij 1672.

Item sijn Thonis Rocus Rutten ende Peeter Rocussen Rutten tsamen bevallen op een gedeelte inde cooppenningen voorss mette sommen van 136 gulden 6 stuijvers 6 penningen.

Tussengevoegd: Thonis Rocussen Rutten voor hem als voor sijn broer Pieter bekenden voor mijn door handen van Sijmon Anthoniss ontfangen te hebben 111 £. Actum den 20e meij 1672

Item bedracht dese smaldelinge de somme van seven duijsent negenhondert drie gulden 17 stuijvers 1 duijt dan wel verstaende de seven clusten moeten missen de somme van Lij gulden over taxatie vande drie geerden gecooft bij Sijmon Anthoniss Cuijl mede bij de geenerale deelinge geroert blijft van voorden seven clusten de somme van 7826:17: 2 is elcke portie 1118: 3: 5.

In de kantlijn: Mitsgaders alnoch 25 gulden over verminderinge van taxatie vande buijtendelle.

In de kantlijn: Op huijden den 20e meij 1672 int liquideren vande cooppenningen van Sijmon Theunis is verstaen bijde erffgenamen dat int gemeen alnoch sullen blijven de resterende 69 £ vande cooppenningen ommedese mede te verminderen de gemeene schulden.

Aldus verclarende de voorss comparanten voor haer selven als mede in qualite voorss metten andere ten overstaen van stadthouder ende schepenen ondergeschreven naer voorgaende taxatie, calculatie ende gedaene egalisatie alsoo gescheijden ende gedeelt te wesen, soo als voorss is ende sal een ider sijn partage ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen ende manieren ofte gesteltenisse als die iegenwoordigh liggende ende gepossideert sijn geweest. Ende dat met alle behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als mede oock alle gebuerlijcke rechten van wegen, steken, dijken, schouwen, waterlopen, contrabutie meulen ende sluijs gelden alles den goederen subject sijnde sonder dat d’een op den anderen sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder mate sullen gehouden sijn te vergoeden. Al soo de voornoemde deelinge geschiet op de groote ende bij parceelen gelijck die in haren hoefslach gelegen is. Dan met dien verstande ofte het quame dat daer iet meer opcomende als voorss is van eenige verdere renten, commeren, actien ofte calangie die noch onbekent belovende sij comparanten deselve malcanderen te helpen weren ende afdragen costelijck ende schadeloos sonder eenige contradictie of tegenseggen. Renuncherende dien volgens van alle voordere exceptien ende verclarende ’t selve te wesen hare minnelijcke accoort daer op vertijdende soo als recht is. Stellende deselve ten bedwanck als na rechten. Present ende ten overstaen vande stadthouder ende schepenen voorss ende mij secretaris T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 14v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de drie voorkinderen van Lijsbeth Jan Mathijss waer van vader van was Adriaen Huijbrechtss Schep bij namen Huijbert Adriaenss Schep, Claes Jan Sijmons als man ende voocht van Jenneke Adriaenss Schep ende Jan Adriaenss Schep. Ende dat van alsulcke goederen als haer condividenten erffgenamen volgens aenneminge van date den 8e september 1653 voor hare vaderlijcke goederen sijn belooft ende deselve alhier voor recht aengebrocht, desen vijffden meert 1670.

Item inden eersten soo sijn Huijbrecht ende Jan Adriaenss Schep tasamen ende elck voorde gerechte helft gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eene geerde ende een half vierendeel hoij lants, gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick, in een meerder stuck van negen geerden, gemeen en onbedeelt met het manhuijs van Geertruijdenbergh cum suis, daernaest geërft ten westen Huijbrecht Peterss ende ten oosten de weduwe vanden doctor van Gelcum van Heusden. Streckende vande oude straet uijtden zuijden noortwaert in tot Joff. Weijde toe. Dan moeten dese loten uijtreijcken aen het naervolgende lot een somme van 40 £.

In de kantlijn: Claes Jan Sijmonss bekende voor mijn secretaris ontfangen te hebben door handen Huijbert Adriaenss Schep ende Jan Adriaenss Schep de somme van 40 gulden in voldoeninge van dese neffens staende uijtreijckinge ende des in oirconden dese onderteeckent desen 22e meij 1677, Claes Jan Sijmons.

Item hiertegens soo is den voornoemden Claes Jan Sijmonss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen hoeff ende boschken gestaen ende gelegen inde ambachte van Sgravelduijn Waspick opde ooste zijde van Vroukens vaert, gelegen tusschen erffenisse Adriaen Jan Matheuss gelegen noirden ende Mathijs Peterss gelegen zuijden. Streckende vander halver Vroukens vaert uijtden westen oostwaerts in tot Willem Huijbertss Zeijlmans erve ende stede toe. Dan moet dit voors loth ontfangen vant voorss loth de somme van 40 £ de welcke sal ontfangen vande eerstcomende huere vande voorss geert ende een 1/8 geert lants, de welcke sal blijven daer vooren verbonden totdat de voorss betalinge sal wesen voldaen.

Aldus sijn partijen vertijt ende vertegen d’een totdes anders proffijt soo als recht is, sonder dat d’een op des anderes lot eenige actien ofte pretentie meer sijn hebbende ofte behouden als voorss staet. Ende gelovende sij erffgenamen voorss dese hare deelinge voor goet vast ende van waerden te houden voor nu ende ten eeuwigen dage. Present ende ten overstaen van den stadthouder Mels Thomas Zeijlmans, Cornelis Jochem Rijken, Adriaen Jan Matheuss ende Jochum Zeijlmans als schepenen ende mij als secretaris present, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 15r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de vier kinderen van Freijs Jans de welcke hij verweckt heeft bij Gouken Corst Marcelissen bij namen Huijbrecht, Marcelis, Jan ende Lambrecht Freijss alle woonende tot Waspick. Ende dat van alsulcke goederen als bij haren vader ende moeder zaliger voorss sijn nagelaten ende metter doot geruijmt. Aldus gedaen ende gepasseert op den 28e april 1670.

Item inden eersten soo is den voornoemden Huijbert Freijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een huijs, hoff, boomgaert ende het ackerlant daer aen gelegen ende behorende. Ende dat in alle formen ende manieren gelijck tselve bij sijne ouders beseten is geweest, gestaen ende gelegen onder den ambachte van Sgravelduijn Waspick, ten oosten van Vroukens vaert, daernaest geërft Anthonis Joosten vanden Hoeck met sijne kinderen ten zuijden ende ten noorden Matheus Peters. Streckende vander halver Vroukens vaert uijtden westen, oostwaerts in tot de geersteegh toe. Dan is geconditioneert dat dese voorss loten tot egalisatie vande naervolgende sal moeten uijtreijcken aen Marcelis Freijss de somme van 50 gulden.

Item hiertegens soo is Marcelis Freijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte vierdepart van Corst Marceliss stede, groot ontrent anderhalf hont, gelegen inde ambachte van Sgravelduijn Waspick, tusschen erffenisse Anthonis Jan Teeuwen cumsuis ten zuijden ende Adriaen Corsten met sijne erve ten noirden, Streckende vande erve van Adriaen Jacobss Baes sijne erffgenamen uijtden westen oostwaerts in tot den dwersackers toe. Dan wert wel besproken ende geconditioneert dat de twee paecheelen ackerlant genaemt den Dwarsacker sullen hebben ende behouden haren weg ten eeuwigen dagen over dit voorss vierde part, gelegen in Corst Marceliss stede, ten ware anders bewese conde werden dat de naer wegen twee parceelen tot eenen halven margen mosten stegen ende wegen overde stede ende erve van Corst Marcelissen.

Item alnoch soo is den voornoemden Marcelis Freijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op drie vierendeel van een hont ackerlant, gelegen in Sgravelduijn Waspick genaemt den Dwersacker, Jan Lauwereijse met 2¼ inden selven acker gelegen oost wesende tsamen eenen halven mergen ende Adriaen Corsten mede inden selve acker gelegen ten westen. Streckende vande erve van Aert Adriaens Bommelaer uijtden suijden noortwaerts in tot de erve van Truijcken Jan Teeuwen toe. Ende dat in alle formen ende manieren gelijck den halven mergen bij hare ouders beseten ende gepossideert is geweest.

Item alnoch soo is den voornoemden Marcelis Lauwereijse gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een delle weijlant gelegen in Sgravelduijn Waspick opden westenkant van Vroukens vaert, Lambert Lauwereijss gelegen noorden met sijne erve ende Digna Peters met hare erve ten zuijden. Streckende uitden oosten vande selve Vroukens vaert westwaert in tot de erve gecomen van Willemken Aert Scheppen toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Marcelis Lauwereijse gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een grasdries, gelegen in Sgravelduijn voorss opden westenkant van Vroukens vaert tusschen erffenisse Jan Arien Kroot met sijne erve ten suijden ende de steegh vanden Armen uijt den oosten westwaert in tot de driessen toebehoorende den Armen van Waspick toe.

Item hiertegens soo is Jan Lauwereijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op twee en een vierendeel hont ackerlant, gelegen inde voorss dwarsacker te weten met drie vierendeel honts aent suijden eijnt aende geersteegh waervan Arien Corsten met drie vierendeel honts is gelegen aent noorteijnde, noch anderhalf hont inden selven acker maken tsamen 2¼ honts als voors waervan Marcelis Lauwereijss met sijn voorss lant inden selven acker is gelegen west ende de voorss Jan ende Arien Corsten tsamen gelegen oost.

Item hiertegens soo is Jan Lauwereijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een binnendelle gelegen opden westencant van Vroukens vaert in Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Lambert Lauwereijss gelegen suijden ende Hendrick Franss Boeser met sijne selle gelegen noorden. Streckende vande halve Vroukens vaert uijt den oosten westwaert in tot de erve gecomen van Willemken Aert Scheppen voorss toe.

Item alnoch soo is den voorss Jan Lauwereijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen grasdries gelegen in Sgravelduijn Waspick ende Cappel respective opden oostenvant van Vroukens vaert tusschen erffenisse Arien Corsten met sijn erve gelegen ten noorden ende de erffgenamen van Peter Jochemss Berthouts met hare erve zuijtwaerts. Streckende vande halve Vroukens vaert uijtden westen oostwaerts in tot de erve gecomen van Peter Wouterss toe.

Item hiertegens soo is Lambert Lauwereijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen acker zaeijlants gelegen in Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Cornelis Lambertss cum suis gelegen oost ende de erffgenamen van Dirck Leendertss gelegen met haren acker westwaerts. Streckende vande erve van Meerten Aertss van Gesel uijt den noorden suijtwaerts in tot de erve van Gerrit Peterss Dolck toe.

Item alnoch soo is den voors Lambert Lauwereijss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op eenen binne delle gelegen in Sgravelduijn Waspick opden westencant van Vroukens vaert gelegen tusschen erffenisse Marcelis Lauwereijss gelegen met sijne erve ten suijden ende Jan Lauwereijss met sijne erve ten noirden. Streckende vande selve Vroukens vaert uijtden oosten westwaert in tot de erve gecomen van Willemken Aertss Scheppen voorss toe. Ende moet op sijne loten uijtreijcken bijde opdrachte deses aen Marcelis Lauwereijss de somme van 100 gulden.

Aldus sijn partijen voorss hier op vertijt ende vertegen d’een totdes anders proffijt soo als recht is, sonder dat d’een op des anderes lot eenige actie ofte pretensie meer sijn hebbende ofte behoudende als voorss is, alles sonder bedroch. Ende gelovende sij alle erffgenamen voorss dese hare deelinge goet vast ende van waerden te houden voor nu ende ten eeuwigen dagen. Present ende ten overstaen van Mels Thomas Zeijlmans, den stadthouder, Jan Otgens, Cornelis Jochum Rijcken, ende Steven Swart, schepenen ende mij als secretaris present, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 16r

In de kantlijn: nota, den staet van desen boedel per abuijs op ’t selverde bladt verder

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Frans Corneliss Swart, Steven Corneliss Swart, Peter Corneliss Swart voor hem selven als schriftelijcken last ende procuratie hebbende van sijnen broeder Gerrit Corneliss Swart daer vooren in dese deelinge rechtelijcke is gestelt tot het verwachten bij blint lot Mels Thomas Zeijlmans, stadthouder alhier, Willem Corneliss Swart ende Anthonij Corneliss Swart. Ende dat van alsulcke goederen voorde ses kinderen hier vooren genomineert bij Adriaentje Franse haren moeder zaliger naergelaten ende metter doot geruijmt sijnde ende dat achtervolgens den testamente dien aengaende daer van gepasseert voorden notaris de Ruijter ende seeckere getuijgen in date den (niets ingevuld). Aldus deselve aengebrocht ende gepasseert voor stadthouder, Jan Otgens, Cornelis Jochem Rijcken ende Thomas Bommelaer, schepenen, desen 29e april 1670.

Item inden eersten soo sijn Frans Corneliss Swart, Anthonij Corneliss Swart, Mels Zeijlmans in qualiteijt voorss ten behoeve van Gerrit Corneliss Swart bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de stede daer Willem Cornelis Swart iegenwoordigh op woonende is, bestaende in huijs, hoff, boomgaert, ackerlant, weij ende hoijlanden, gestaen ende gelegen inde ambachte van ‘Sgravelduijn Waspick mitsgaders een gedeelte onderden dorpen van ‘Sgravenmoer respectieve, daer naest geërft ten noirden de weduwe ende kinderen van Hendrick Janss alias op Hoeck cum suis ende zuijden Cornelis Jochum Rijcken, heemraet tot Waspick. Streckende uijtden oosten vanden acker van Adriaen Corsten westwaerts in totten vaertcant van Sgravenmoer toe. Staende belast met eene rente van eene gulden vijff stuijvers jaerlijcks, dewelcke de voornoemde Frans Anthoniss ende Gerrit Corneliss Swart mede nemen tot haren lasten. Ende daerenboven sal desen loten tot de egalisatie moeten uijtreijcken aen het binne delleken ende den acker over Schout de leij aen Steven Corneliss Swart de somme van 300 gulden.

Item hiertegens soo is Steven Cornelis Swart bij blinde loote gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een binnen delleke gelegen opden westenkant van Vroukens vaert in Sgravelduijn Waspick, noirden naest Jacob de Bruijn cum suis, suijden het bosch ende erff vande weduwe ende kinderen van Aert Peeterss Cuijl. Streckende uijtden oosten vander halver Vroukens vaert westwaert in de stede vanden voornoemden Cuijl eerstijts gecomen van Jan de Cuijper. Item alnoch op eenen acker zaijlants mette gronden daer aen gelegen ende behoorende, gelegen in Sgravelduijn Waspick over Schouten leij, noirden Adriaen Jan Thijss ende de weduwe en de kinderen van Jacob Jan Thijss ende zuijden Corst Berenden. Streckende uijtden oosten vanden nieuwen wegh westwaert in tot Smullen bijster toe. Dan moet dese voorss loten tot de egalisatie ontfangen van Frans, Geerrit ende Anthonis Corneliss Swart de somme van 300 £ mitsgaders van Peter ende Willem Swart de somme van 150 £.

In de kantlijn: Op huijden desen elfden april 1691 compareerde voor ons Gerrit Zeijlmans, schout ende Adriaen Cornelis Buijs ende Frans vande Laer, heemrade, ende hebben voor ons geblecke den quitantie van Anthonie Cornelis Swardt ende Hendrick van Thielborgh dat sij hebben betaelt aen Cornelis van Thielborgh voor sijn suster de somme van drie hondert en drie gulden spruijtende van dese uijtreijckinge. Noch voor ons geblecken een quitantie vande weduwe van Frans Cornelis Swart inhoudende 100 gulden met den intrest van dien volgens quitantie van date den 3e meert 1683 dat sij bij de uijtreijckinge schuldich is. Ons noch geblecken een quitatie waer bij blijckt dat de uijtreijckinge vande kinderen van Peeter Swart volgens quitantie van date den 3e meert 1683 inhoudende de somme van hondert derthien gulden twaelff stuijvers 8 penningen. Monterende dese drie quitanties int geheel met den intrest vandien ter somme van vijff hondert 69 gulden 12 stuijvers 8 penningen als blijckende bijde quitanties hier op genaeijdt. Ergo desen uitreijckinghe met dese quitanties geroijert ende gecasseert als bijde quijtanties werdt bevonden. Actum datum als boven bij ons geteckent, P. Zeijlmans.

Item hiertegens soo is Peter Corneliss Swart bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een huijs, hoff, erff, grint ende delle daer aen gelegen ende behoorende met alle de houtwassen daerop staende in Sgravelduijn Waspick. Daernaest geërft noorden de weduwe ende kinderen van Huijbert de Bruijn, suijden des Heeren straet, west buijten Jan Corstiaenss ofte stege van Aert de Bruijn ende binnen Jacob de Bruijn ende oost buijten ende binnen Peter Huijberts de Bont soo met sijne stee ende hoff. Ende moet desen voorss loten aende voornoemden Steven Cornelis Swart uitreijcken de somme van 75 gulden.

In de kantlijn: Steven Corneliss Swart, heemraet alhier, bekende voor mijn door handen sijen broeder Willem ontfangen te hebben de somme van 75 gulden in voldoeninge van sijne portie van dese uijtreijckinge enmde egalisatie. Actim desen 11e meert 1671.

Item hiertegens soo is Willem Corneliss Swart bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt op een buijten delle gelegen in Sgravelduijn Waspick teijnde de stede van Daem Joosten iegenwoordigh gepossideert werdende bij Adriaen Adriaenss Horeman. Daernaest werf Wouter Wouterss cum suis ende oost de Kercke delle. Streckende vander halver Her strate uijt den zuijden noirden in tot Cleijn Waspick toe. Ende moet op dese lote uitreijcken aen Steven Swart 75 £.

Aldus verclarende de voorss erffgenamen alsoo metten anderen ter presentie van schepenen boven genoemt naer genomen calculatie, egalisatie ende voorgaende taxatie alsoo gescheijden ende gedeelt te sijn, soo als voorss staet ende sal een ider sijn partagien ende gedeelte aenveerden in alsulcken voegen, manieren ofte gesteltenisse als die iegenwoordigh leggende ende gepossideert sijn. Ende dat met allen behoorlijcke ende gebreeckelijcke lasten als oock alle gebuijrlijcke rechten van wegen, steken, dijken, schauwen, contrabutie, renten als andere lasten den goederen subject sijnde daertoe ende aenbehoorende, sonder dat d’een d’ander daermede sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maten sullen hebben te vergoeden. Alsoo de voorss deelinge op de groote ende bij parceelen gelijck die altoos beseten, gepossideert ende in haren hoefslach gelegen sijn. Dan is wel geconditioneert dat Willem Corneliss Swart het besaeijde lant ende tgene noch leegh legt sal besaijen vande voornoemde stede waervoor hij sal genieten de gerechte helft vande schaer ende d’ander helft met het lant te aenveerden bijden voornoemden Frans Gerrit ende Anthonij Swarte. Dan wert wel besproken ende geconditioneert daer iet meer op comende als voorss is van eenige verdere renten, commeren, actien ofte callangien malcanderen soodanige callangien te helpen weeren ende afdragen soo ende gelijck sulcx naer rechten behoort.

Daerop sij comparanten ende erffgenamen voorss vertijdende ende vertegen d’een totdes anders proffijt. Verclarende sij erffgenamen voornoemt te wesen hunnen mindelijcke accoort. Daer vooren verbindende tot naercominge vandese speciale haren respective persoonen ende generalijcke allen hare goederen. Stellende deselve ten onderpant als naer rechten. Present schepenen voornoemt ende mij als secretaris kennelijck, desen dato ut supra, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 17r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Adriaen Hendricks Scheuren ende Leendert Hendrickse Scheuren. Ende dat van seeckere huijsinge, erve en hoff gestaen ende gelegen inde ambachte van Sgravelduijn Waspick. Aengebrocht voor recht desen 29e april 1670.

Op huijden desen 29e april 1670 compareerden voor stadthouder ende schepenen ondergeschreven den eersamen Adriaen Hendricxse Scheuren ter eenre ende Leendert Hendricxse Scheuren ter andere zijden. De welcke alhier ter presentie voornoemt gedeelt in twee cavelen gelot, gecavelt ende beërfdeelt alsulcken huijs, erf ende hoff als sij comparanten tot noch toe gemeen en onbedeelt hebben gehadt, leggende inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss. Daer vanden hoff van Aert de Bruijn gelegen oost en Cornelis Jan Geerden west. Streckende vander halver Her straten uijtden noorden zuijtwaert in tot de erve vande weduwe van Huijbert Aertss de Bruijn toe. Voor eerst soo is den voornoemden Adriaen Scheuren belot, becavelt ende geërffdeelt voor d’eene gerechte helft op d’oostezijde vanden voorss huijsen, achterhuijs, erff ende hoff. Daer tegens is den voornoemden Leendert Scheuren belot, becavelt ende geërffdeelt op de westense zijde vanden voornoemden huijse, achterhuijs, erf ende hoff. Dan wert wel geconditioneert dat de voornoemde comparanten gehouden sullen blijven ten eeuwigen dagen de schou staende inde voornoemde huijsinge alsoo te laten staen, sonder d’een of dander op sijne portie ende gedelte af te sullen mogen breecken. Maer de selve vervallende ider op sijne gedeelte tot sijnen costen weder te repareren. Mitsgaders de scheijmuer tusschen hen comparanten wooninge staende half ende half werden onderhouden sonder dat d’een voor d’ander hare portie ende gedeelte af sal mogen breken dan met voorweten ende gedogen. Item wert noch geconditioneert dat Leendert Scheuren op de sijne gerechte helft vanden dorschvloer aende westen gelegen niet en sal mogen betassen ofte belabberen met eeniger hande dingen maer tot gerieff van Adriaen Scheuren, mette ruijmte van ses voeten breete te weten aent suijteijnt vanden dorschvloer tot het indoen van sijn hoij ende kooren sondermeer … oock altoos op het spoedighste bij hem voort indoen sal moeten geschieden sonder d’een d’anderen te verhinderen. Waer vooren sij comparanten de achterdeure tesamen sullen moeten hangen ende alsoo onderhouden voor hunne ende hunne nacomelingen gelijck deselve duere naer het gebruijck bij den voornoemden Adriaen Scheuren gedaen ende gahadt hebbende alsdan vrij sullen blijven ten behoeve van Leendert Hendricxss Scheuren. Item houden comparanten gemeen den wegh gelegen ten westen vande voornoemde huijsinge mitsgaders den vrijen wegh tusschen malcanderen achter den voornoenmden huijsinge met jagen en rijden voor ter Her straten af. Waer voor sij comparanten te samen sullen sijn belast met t onderhouden vanden gemelten wegh, mitsgaders den stoepe inden dijck. In de kantlijn: Met dien verstande dat sij malcanderen sullen helpen hangen achteraent huijs een hecke ende soo ’tonderhouden.

Item wert oock mede geconditioneert ende geaccordeert ofte iets aen het voorss huijs quame te vervallen dat door malcanderen is geweckt ende d’een sonder d’ander op sijn gedeelte voor hooft niet en conde maken soo belobende de voorss comparanten tsaelve altoos ten simple vermaene te doen. Gelijck wijders geconditioneeert dat alle lasten tsij contributien, schouwen van dijcken, stoepen ende straten met andere nabueren rechten malcanderen oock voor d’eene helft te ontlasten ende bevrijden. Aldus sijn partijen alsoo gelot, gecavelt ende beërffdeelt op ende daer op vertijht ende vertegen soo als recht is sonder d’een opdes anders gedeeltje eenige verdere recht ofte pretentie sijn reserverende. Maer van alle voordeele ende behulpselen sijn renuncerende, sulcx sij comparanten doe bij dese. Actum gepasseert voor stadthouder, Jan Otgens ende Steven Corneliss Swart, schepenen, ende mij als secretaris present, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 17v

Staet ende inventaris van alle de goederen soo erfflijcke, inboel, mitsgaders incomende ende uitgaende schulden, dewelcke bij Adriaentje Adriaenss Bommelaer metter doot geruijmt ende naergelaten sijnde. Alhier voor stadthouder ende schepenen ondergeschreven aengebrocht sijnde desen 28e april 1670.

Eerstelijck het gerechte derdepart van een huijs, hoff, erff ende ackerlant daeraen gelegen ende behorende, gestaen ende gelegen inde ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss, gemeen en onbedeelt met Thomas ende Aert Adriaenss Bommelaer. Daer van beleent de weduwe van Jacob Jan Mathijss ten zuijden ende den voornoemden Aert Bommelaer noorden. Streckende uijtden westen van Vroukens vaert grippel oostwaerts in tot den wal vanden Geer toe.

Item alnoch het gerechte derdepart van een huijsken, hoff, erff ende ackerlant daeraen gelegen ende behoorende, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss, gemeen en onbedeelt als vooren. Beleent ten suijden den voornoemden Thomas Bommelaer ende noorden Anthonis Zeijlmans. Streckende vander halver Vroukens vaert uijtden westen oostwaert in tot de erve van Aert de Bruijn toe.

Item alnoch twee geerden hoeij ende weijlants, gelegen inden polder van Groot Waspick, in een stuck van ses geerden, gemeen en onbedeelt met den gemelten Thomas ende Aert Bommelaer. Beleent oost de kinderen van Dirck Hendrick cum suis west Aert de Bruijn. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijt den zuijden noortwaerts in tot de Oude Mase toe.

Item alnoch het gerechte derde part van drie binnen dellekens, gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick ten oosten van Vroukens vaert, gemeen en onbedeelt als vooren. Daer van beleent ten noorden Matheus Peterss ende zuijden Aert Gerrit Francen. Streckende uijtden westen vander halver Vroukens vaert oostwaerts in tot de erve van Willem Zeijlmans toe.

Item alnoch het gerechte seste part van een moerdelle daerin verscheijde putten en kuijlen met noch eenige moer daer op, gelegen opden oostencant van Vroukens vaert inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss, gemeen metten voorgemelte Thomas ende Aert Bommelaer cum suis. Daervan noorden naest gelegen Anthonis Joosten ende suijden Adriaen Jan Mathijs. Streckende vander halver Vroukens vaert uijt den zuijden westen oostwaerts in tot den vasten gront toe.

Item alnoch een gerechte derdepart van een parceeltje moer met den gront gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick voorss gemeen en onbedeelt met den voornoemden Thomas ende Aert Bommelaer. Daernaest beleent ten noorden de erffgenamen van Aert Berenden ende de graeffelijckheijt van Hollant suijden. Streckende uijtden westen vande erve vande graeffelijckheijt oostwaert in tot de erve van Cornelis Jochums Rijcken toe.

Item alnoch het gerechte derdepart van een buijtendelle gelegen aenden wiel in Sgravelduijn Waspick gemeen en onbedeelt als vooren. Daernaest beleent ten westen Jacob de Bruijn ende oost de weeuw van Jan Vaders. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noortwaerts in tot den ambachte van Cleijn Waspick toe.

            Imboel

Een bedt met eenen hooftpeulingh met twee oircussens, een quaet beddeken met eenen hooftpeulingh, twee groene deeckens, drie bieserstoeltjens, met een quaet stoeltjen, twee wageschotten kisten, een wageschotten kas, een etens hangh treorcken, een spin wiel, eenen blauwen rock, een cleijn manteltjen, een seijen turx manteltjen, noch een swart manteltjen, een laken swarten borsrock, een boesemken met geele mouwen, een roijen baijen rock, enen swarten quaeijen rock, eenen paerschen voorschoot, een rootsticklijff, een paer nieuwe kousen, een swart quaet manteltjen, een swart lakende borstrock met een boesemken met verreelen mouwen, eenen swarten turcxen rock, een paersen rock, eenen blauwen rock, met een swarten rock, een schaepsvachten hemtrock, een marcheijen schort, een coleijen manteltjen, een root sticklijff met mouwen, eenen roijen stoffen borstrock, een swarte stoffe schort, twee rocken, een root en een swart sijnde oude.

Item 25 ellen rouw linde laken, 8 stienen garen, soo groot als cleijn.

Item 2 neusdoecken, 26 hemden met 20 neusdoecken, 7 hals doecken

Item 9 neersteltgens, 9 fluwijnen met eenen linde voorschoot

Item 22 slaeplakens met twee quaeijen deecken, 5 hanteen met een serveth, 2 nachtmanteltjens, met een hooftdoeck

Item een hantdoeck met 9 mutsen soo wit als gesteecken

Item 2 tafellakens, een koker met 2 meskens met witte heften

Item 3 goude ringen, 2 silvere ketjens met een silvere naelt

Item een groen fruweelen beurs, met een coperen riem om ’t lijff

Item een bril, een cleijn kofferken, een lobdoos, een paer Schoenmakers

Item een paer muijlen, een korfken, een naeijmant, een cleerborstel, met een lepelbort, een kruijtdoos, 2 keulse schootelen, met noch een deel quaeij rommelmerdt

Item een spigel, een meelsack, een potje met weijnigh vet

Item een cleijn stuck geroockt vleesch, een schauwer met een half sij speck, 6 vaet ende 3 quartier roggen

Item een melckton, een wastobbeken, een wit melcktonneken

Item een blomseeff, een strijckjser, een ijsere roeij, een tafelken, een hen, twee kannekens.

            Tinnewerck

Item drie groote tinne schotelen, 4 cleijne tinne schotelen, 10 tinne lepels, met eenen kleijnen tinne lepel, een tinne soutvat, een tinne waterpot, een tinne kanneken, een tinne beker, een tinne com, met een tinne mosterpot.

            Coperwerck

Item eenenm coperen hantcetel, met noch een coperen keteltjen, eenen coperen pot, een coperen schuijmspaen met eenen ijseren steel.

            IJserwerck

Item een ijsere koeckpan, een hanghijser, met een fouthengel, eenen ijsere roostel, 1 ijsere pot, een jserre tangh, een hael, met een heijck.

            Int voorschreven sterffhuijs aen geltbevonden

Item inden eersten bevonden enen rijckdaelder

Item alnoch eenen ducaton

Aldus dese voorss goederen per memorie rechtelijck opgetekent omme te dienen daer des van nooden wesen sal. Ter presentie ende ten overstaen vanden stadthouder, Johan Zeijlmans ende Steven Cornelis Swart, schepenen. Datum ut supra ende mij als secretaris present.

Fol. 19r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Jan Huijbertse de Bont ende Adriaen Cornelisse Camp ter eenre ende Adriaen Anthoniss Cuijl ende Peter Janss Frolijck ter andere zijde. Ende dat van seeckere vijftiendalve geerden lants gelegen inden polder van Groot Waspick ende aldaer gemeen sijn hebbende. Deselve alhier voor stadthouder ende schepenen ondergeschreven in manieren als volght opden 17e meij 1670.

Item inden eersten soo sijn Jan Huijbertss de Bont ende Adriaen Cornelisse Camp tsamen ende elck voorde helft beloth, gecavelt ende beërffdeelt op mette drie gerechte vierdeparten vande vijftiend’alve geerden opden oostenkant daer van ’t buijten larede in twee partijen aff gegevraven ende leggenders, gelegen tusschen erffenisse Meerten Adriaen van Gesel met achthalve geerden west ende Eeltje Jans cum suis met seven geerden ten oosten. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijtden zuijden noortwaerts in tot de Scheijsloot ofte Oude Mase toe. Ende moeten op desen loten ontfangen tot egalisatie vant naervolgende lot de somme van 24 gulden.

Item hiertegens soo sijn Adriaen Anthoniss Cuijl ende Peter Janss Frolijck tsamen ende elck voorde helft beloth, gecavelt ende beërffdeelt op met een gerechte vierdepart van vijftiend’alve geerden opden westenkant vande voornoemde vijftiend’alve geerden. Streckende, eggende ende ruggende als voorss. Dan sal desen loth moeten uijteijcken aende voorss loten de somme van 24 gulden.

In de kantlijn: Jan de Bont ende Adriaen Cornelissen Camp bekenne ontfangen te hebben door handen Adriaen Anthonisse Cuijl ende Peter Janssen Frolijck de somme van 24 gulden in dese uutreijkinge. Actum desen 11e januarij 1671.

Aldus sijn partijen d’een totdes anders proffijt alhier rechtelijck voor recht op vertijt ende vertegen soo als recht is, sonder dat d’een op des anderes lot ofte gedeelte eenighe actien ofte gerechtigheijt meer is hebbende ofte houdende anders dan voorss staet. Ende sal een ider voor het sijn ende tot het sijn behoudende met alle wegen, stegen, schouwen ende naburen rechten met recht daer toe behoorende ende den goederen subject sijnde. Dan is wel geconditioneert dat elck sijn portie inden dijck tsij achter als ter zijden mitsgaders de strate sullen moeten onderhouden in gestaltenisse als het goet hier vooren is bedelt die vanden westen uijt den westen sullen moeten maken ende alsoo onderhouden, altoos te comen uijt den zeecant op. Item is alnoch geaccordeert dat den voornoemden de Bont ende Camp het binnelant op hunne costen inden midden op sullen moeten graven voor dese jare 1670 sonder meer. Aldus gedaen ende gepasseert ten overstaen vanden stadthouder, Johan Zeijlmans ende Jan Otgens, schepenen ende mij als secretaris present.

Fol. 19v

Staet ende inventaris van alsulcke erffgoederen, imboel, incomende ende uitgaende schulden, de welcke bij Adriaen Jacobss Baes zaliger metter doot geruijmt ende naergelaten sijnde, deselve bijde kinderen over gelegt desen 19e meij 1670.

Item inden eersten vier geerden hoeij ende weijlant, gelegen in Cleijn Waspick, in een stuck van 12½ geerden, bedeelt in ses geerden opden westenkant mette weduwe van Willem Janss Cloot cum suis. Daer van met 6½ geert ten oosten Jacob de Bruijn ende Peter Jochem Berthouts kinderen cum suis met 16 geerden west. Streckende vanden ambachten van Sgravelduijn Waspick uutden suijden noirtwaert in tot het Cleijn Elant toe. Geëxtimeert ider geerde op de somme van 600 gulden, comt 2400 guldens.

Item alnoch een buijten delle gelegen in Sgravelduijn Waspick. Daer van gelegen west de weduwe ende kinderen van Jacob Jan Mathijss ende oost Embrecht Corneliss weduwe cum suis. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden noirden in tot den ambachte van Cleijn Waspick toe. Mitsgaders alnoch een gedeelte inde del vanden voornoemden Embrecht ten westen vande delle van Mels Dircxss weeu als de helft van t gebruijck vande stege tusschen dese voorss delle ende de del vande weeu van Embrecht Corneliss Metser voorss. Tsamen groot ontrent eenen mergen. Geëxtimeert op contant gelt weerdich te sijn de somme van 525 gulden.

Item alnoch een halve stede, gelegen opden oosten cant vande nieuwe vaert onder ‘Sgravelduijn Cappel, gemeen en onbedeelt met Cornelis Janss Lauwereijss. Bestaende in huijs, schuer ende ackerlant, gelegen tusschen erffenisse de kinderen van Faes Willemss Snijder ende noirden Jan Lauwereijss. Streckende vander halver vaert uijtden westen oostwaert in tot de erve ende ackerlant van Adriaen Wouterss toe. Groot voorde halve stede ontrent eenen halven mergen. Geëxtimeert bij de voorss condividenten erffgenamen ter presentie ondergeschreven op de somme van 670 gulden contant gelt.

Item alnoch drie partijkens moer metten gront gelegen opden oosten cant van Vroukens vaert in Sgravelduijn Waspick inde Hooghe Del van Gerrit Francen. In allen formen ende manieren soo groot ende cleijn als haer tselve uijtden hooffden van Gerit Franss aengecomen is. Geëxtimeert op de somme van 30 gulden.

Item alnoch een gedeelte inde buijten delle in Sgravelduijn Waspick gemeen met Jacob de Bruijn cum suis. Ende dat in alle forme gelijck deselve bij Jacob Vaderen beseten ende gepossideert is geweest.

            Imboel

Eerstelijck een bedt, twee oircussens, 2 groene dekens, elff slaeplajekens, acht hemden, 4 kragen ofte bessen, 4 neusdoecken, een swarte broeck, met den rock off wambuijs met alnoch een swarte broeck met eenen swarte sent ende rooijen hemtrock sijnde (dit pack) heel sleght, vijff ellen linden …laken, een paer cousen sijnde swart gebreijt, eenen hoet, een paer schoen.

            Tinne werck

Item 2 tinne schootelen, 4 tinne teljooren, 2 commen, 3 soutvaten, een tinne waterpot.

            Coperwerck

Een copere melckkan, een aker, een hantketel, een vierpan.

            Yserwerck

Item 2 ijsere potten, een roostel, een vouthengel, 2 lenghalen.

            Houtwerck

Item een comptoir met eenen vierenblat, een slaepbanck, 8 stoelen, een keerne, een melckton, eenen trogh, een wastob, een keeskorff, twee schabelen.

            Inkomende penningen

Item inden eersten inden voornoemden sterffhuijs bevonden in contante penningen de somme van vierentsestich gulden

Item staet alnoch te ontfangen van Adriaen Adriaenss de Jonge per obligatie van date 12 junij inhoudende het capitael se somme van 300 £ staende ten intrest tegens vijff vant hondert daer van tot intrest verschenen de somme van (niets ingevuld).

Item staet alnoch te ontfangen van Corst Corneliss Seeuw per obligatie de somme van 200 gulden.

Item staet alnoch te ontfangen van Willem Francen van Ammelrooij per obligatie inhoudende een hondert gulden capitael aldus 100 gulden.

Item staet alnoch te ontfangen van Adriaen Anthoniss van pas per obligatie van date den 20e december 1669 inhoudende het capitael een hondert gulden staende ten intrest tegens drie gulden vant hondert verschenen totten date den 20e december 1669, comt de somme van 6 gulden.

Item staet Coenraet Adriaenss Baes aenden voornoemden boedel schuldich over huere vande delle voorden jaren anno 1667, 1668 ende 1669 mitsgaders over coope van een peert als anders tsamen de sommee van 137 £ 16 stuijvers 4 penningen.

Item staet Adriaen Anthonisse van Pas schuldich aende boedel over huere ende pacht van vier geerden lants in Cleijn Waspick voorden jaren 1668 en 1669 de somme van 208 gulden.

Item staet te ontfangen vande weduwe van Jacob Adriaenss Baes tot Rotterdam over verschenen intrest dewelcke sij aen Adriaen Jacobss Baes schuldich was gebleven over aflossinge van eenen obligatie de somme van 24 gulden.

Item staet noch te ontfangen van Wouter Janss Duijser tot Cappel de somme van vier gulden.

Item staet t’ontfangen van Jan Willemss vande halve stede tot Cappel vande jare 1669 de somme van 20 gulden vijff stuijvers.

Item staet te ontfangen van Truijcken Meertens vande huer vande schuer voorden jare 1669 de somme van 2 £ 15 stuijvers.

Item staet te ontfangen vande kamer huer vant huijs opde nieuwe vaert gepacht bij Marten Janss de somme van 4 gulden 10 stuijvers.

Item staet Gerrit Adriaens Baes voor ontfanck ’t gebruijck vande camer vanden voornoemden huijse gebruijckt voor den jare 1669 bij Willem Janss van Scheijndel voorde somme van 5 gulden 16 stuijvers.

Item staet te ontfangen van Adriaen Anthoniss van Pas over verschenen intrest van hondert gulden capitael verschenen den jare 1667 de somme van 3 gulden.

Item staet te ontfangen van Adriaen Adriaenss de Jonge vanden intrest van drie hondert gulden vanden jare 1669 de somme van 15 gulden.

Item staet te ontfangen van Corst Corneliss Zeeuw vanden intrest van twee hondert gulden capitael verschenen den 8e meert 1670 de somme van 20 gulden.

Item staet te ontfangen van Adriaen Anthoniss van Pas over reste van een wilceur volgens ’t register de somme van elf hondert gulden staende ten intrest tegens drie gulden, comt aldus 1100 gulden.

Item staet te ontfangen van Adriaen Anthoniss van Pas over verschenen intrest uitden voornoemden wilceur de somme van 66 gulden.

Item staet te ontfangen van Willem Franss over een jaer intrest van een hondert gulden capitael de somme van 5 gulden 10 stuijvers.

            Uitgaende schulden

Inden eersten staet te betalen aen Coenraet Adriaenss Baes over gedane verschot aen sijnen vader zaliger in sijne sieckte als mede vant overleijden de somme van 4 £ 16 stuijvers 5 penningen.

Item staet aenden selven te betalen een jaer contrabutie verschenen anno 1668 de somme van 1 £ 16 stuijvers.

Item staet aende kerckmeesters vanden jare anno 1668 ende 1669 over de begraeffenisse en toeleggen van ’t graf de somme van 6 gulden 10 stuijvers.

Item staet te betalen aen Adriaen Anthoniss van Pas over reste van een jaer montcosten van sijnen vader verschenen mette doot comt 39 £ 10 stuijvers.

Item staet te betalen aen Govert Thomas van Tilborgh over reste van wollen laken de somme van 5 £ 11 stuijvers.

Item staet te betalen aen Jan Anthoniss Snijder over reste van toemaet de somme van 8 stuijvers.

Item staet te betalen aende borgemeesters van Cappel voorde jaren 1668 ende 1669 vande halve stede op den nieuwe vaert jaerlijcks 2 gulden 2 stuijvers, comt de somme van 4 £ 4 stuijvers.

Aldus dese voors goederen opgetekent per memorie vande vooghden ende narichtinge vande wesen. Ter Presentie ende ten overstaen vanden stadthouder, Johan Zeijlmans ende Steven Corneliss Swart, schepenen, desen ondertekent, desen date ut supra ende mij secretaris present.

In de kantlijn: memorie

Vande goederen bevallen aende weeskinderen van Cornelis Jan Laurenss verweckt bij Maijken Adriaenss Baes soo als volght:

Eerstelijck 1 quaij vierpan, 1 coperen blaker, 2 tinne tafelborden, 1 tine com, 1 tinne soutvat, 1 iseren vouthengel, 1 iser potje, 4 slaplakens, 1 hemt, 1 tafellaken, 1 bes, 1 el nieu lijwaet, 1 nieuwe biesen stoel, 1 slabanck, noch een deel oude kleren tsamen getaxeert op de somme van (niets ingevuld).

Item alnoch eenen gouden sus de welcke is berustende onder de kinderen vader de welcke de voorss goederen vande kinderen mede na hem heeft gecomen.

Fol. 21r

Scheijdinge ende erfsmaldeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van zaliger Adriaen Jacobss Baes bij namen Gerrit, Coenraet ende Anthonij Adriaenss Baes, Adriaen Anthoniss van Pas als man ende voocht van Hendricxken Adriaenss Baes ende Cornelis Jan Laureijss als vader ende toesiender van Anthonij Corneliss, Anneken ende Adriaenken Corneliss verweckt bij Maijken Adriaenss Baes. Ter presentie ende int bijwesen van Jan Laurenss den bestevader daertoe bij het gerecht gestelt tot afdeelinge voor de voornoemde wesen tegens de verdere erffgenamen in plaetse vanden vooght om redenen dat die in desen mede is deelende. Ende dat van alsulcke goederen als den voornoemden Adriaen Jacobss Baes zaliger metter doot geruijmt ende naergelaten heeft. Aldus voor recht overgebrocht ende rechtelijck gedeelt ten overstaen van stadthouder ende schepenen ondergeschreven, desen xixe meij 1670.

Inden eersten soo is den voornoemden Cornelis Jan Laurenss in qualite als vader ende toesiender vande voorss weesen ten behoeve vanden selve bevallen bij blint lot geloth, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft vande stede gelegen opden oosten kant vande nieuwe vaert onder Sgravelduijn Cappel, gemeen met Cornelis Jan Laurenss, bestaende in huijs, scheur ende ackerlant, gelegen tusschen erffenisse de kinderen van Faes Willemss suijden ende noirden Jan Laurenss. Streckende vander halver vaert uutden westen oostwaerts in tot de erve ende ackerlant van Adriaen Wouterss toe, groot ontrent eenen halven mergen.

Item alnoch is den voornoemden Cornelis Jan Laureijss bij blint lot gevallen opden eersten termijn vanden wilceur vande stede gecoft bij Anthonis van Pas de welcke sal verschijnen den 18e december 1670.

In de kantlijn: Geraert Adriaen Baes in qualite als voocht vande minder… kinderen van Cornelis Jan Lauwereijss bekende voor mijn door handen van Adriaen Anthoniss van Pas de somme van een hondert drie gulden in voldoeninge van desen neffens staende … hondert gulden vanden wilceur metten verschenen intrest. Actum den lesten meert 1671.

Item alnoch soo is den voornoemden Cornelis Jan Laurenss in qualite voorss alnoch bevallen op een hondert gulden dewelcke Adriaen Anthoniss aende gemeenen boedel debith stont over lantpacht bijden staet geinsereert

In de kantlijn: Gerrit Adriaenss Baes in qualite als voocht, Cornelis Jan Laurenss als toesiender vande voornoemde wesen bekende voor mijn door handen van Adriaen Anthoniss van Pas ontfangen te hebben de somme vann 100 gulden hier nevens staende geinsereert. Actum ter presentie Johan Zeijlmans, schepen, desen 20e meij 1670.

Item alnoch soo is den voornoemden Cornelis Jan Laurenss in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op drie partijkens moer met den gront gelegen opden oostenvant van Vroukens vaert inde Hooge Delle van Gerrit Franss ende in alle forme ende manieren gelijck Adriaen Jacobss Baes tselve beseten ende gepossideert heeft.

Item hiertegens soo is Gerrit Adriaenss Baes bij blint lot gecavelt, geloth ende beërffdeelt op een geerde hoeij ende weijlant gelegen in een stuck van xij½ gaerden, bedeelt in ses geerden opden westen cant mette weduwe van Willem Janss Cloot cum suis. Daer van met vj½ geert ten oosten Jacob de Bruijn ende de kinderen Peter Jochem Berthouts cum suis met 16 geerden west. Streckende vanden ambachte van Sgravelduijn Waspick uutden suijden noirtwaerts in tot het Cleijn Elant toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Gerrit Adriaenss Baes bij blint lot bevallen op eene obligatie staende ten lasten van Corst Corneliss Zeeuw inhoudende twee hondert gulden cappitael mitsgaders alnoch op eene obligatie van Adriaen van Pas inhoudende 100 gulden capitael.

Toegevoegd: Gerrit Adriaen Baes bekende voor mijn door handen van Adriaen Anthoniss van Pas ontfangen te hebben de somme van 100 gulden hier boven geinsereert. Actum ter presentie van Johan Zeijlmans, schepen, desen 20e meij 1670.

Item hiertegens soo is Adriaen Anthoniss van Pas in qualite voorss bij blint loth geloth, gecavelt ende beërffdeelt op een geerde hoeijlants gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick in een stuck van xij½ geerden, bedeelt opden oosten cant in ses geerden met de weduwe van Willem Janss Cloot cum suis. Streckende, eggende ende ruggende als voorss.

Item alnoch soo is den voornoemden Adriaen Anthoniss van Pas in qualite voorss geloth, gecavelt ende beërffdeelt op de gerechte helft van eene buijten delle gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Anthonij Adriaenss Baes, gelegen tusschen erffenisse de weduwe ende kinderen van Jacob Jan Thijss west ende de weduwe ende kinderen van Embrecht Corneliss Metser oost. Streckende vander halver Her strate uutden suijden noirden in tot het ambacht van Cleijn Waspick toe. Mitsgaders alnoch de gerechte helft vanden dries ofte veldeken, gemeen als vooren, leggende inde del vanden voornoemden Embrecht ten westen vande del van Mels Dircxss weduwe met het gerechte vierdepart inde stege tusschen dese voorss del ende de del vande voornoemden Embrecht gelegen.

Item alnoch soo is den voornoemden Adriaen Anthoniss van Pas bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt op xxxvij gulden x stuijvers inde huer penningen vanden voornoemden van Pas als hij aende gemeenen boedel debith was staende.

Item hiertegens soo is Anthonij Adriaenss Baes bij blint lot geloth, gecavelt ende beërffdeelt op twee geerden hooijlants gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick in een stuck van xij½ geerden, bedeelt in ses geerden opden oosten cant met de weduwe van Willem Janss Cloot cum suis. Streckende, eggende ende ruggende als vooren.

Item soo is den voornoemden Anthonij Adriaenss Baes bij blint lot geloth, gecavelt ende beërffdeelt op een halve delle gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Adriaen Anthoniss van Pas. Mitsgaders op de helft van het veldeken, gemeen met Adriaen Anthoniss van Pas, gelegen inde delle vande weeu ende kinderen van Embrecht Corneliss Metser. Streckende bij de voorss partijen, eggende ende ruggende als vooren.

Item alnoch soo is Anthonij Adriaenss Baes bevallen op een gedeelte inde heurpenningen die Adriaen van pas aenden gemeenen boedel debith staet mette somme van 37 gulden 10 stuijvers. Dan wel is geconditioneert dat den voornoemden Anthonij Adriaenss Baes tot egalisatie ende vergelijckinge vant naervolgende portie aen Coenraet Adriaenss Baes sal uijtreijcken ende betalen de somme van 635 gulden, daer van te betalen gereet ende contant bijde opdrachte deser de somme van 235 gulden ende de resterende 400 gulden in twee gelijcke termijnen ende jaerpaijen, daer vanden den eersten wesen ende verschijnen sal van huijden date dese van over een jaer ende de ander een jaer daer aen volgende namentlijkc den 19e meij 1672 precies sonder langer.

In de kantlijn: Anthonij Adriaenss Baes bekenne voor mijn door handen van Adriaen van Pas ontfangen te hebben de somme van 37 gulden 10 stuijver inden nevenstaende post geinsereert. Actum ter presentie van Johan Zeijlmans, schepen, ende Steven Corneliss Swart, schepen, desen 20e meij 1670.

Item hiertegens soo is Coenraet Adriaenss Baes bij blint lot geloth, gecavelt ende beërffdeelt op een somme van 300 gulden staende per obligatie tot laste van Adriaen Adriaenss de Jonge.

Item alnoch soo is den voornoemden Coenraet Adriaenss Baes bevallen opde somme van 635 gulden dewelcke Anthonij Adriaenss Baes hier vooren moet uijtreijcken, daer van te betalen 235 gulden gereet ende contant ende de resterende 400 £ in twee egaele termijnen te betalen als voorss staet.

In de kantlijn: Coenraet Adriaenss Baes, schepen plaetse alhier, bekenne voor mijn door handen van bekenne voor mijn door handen van Anthonij Adriaenss Baes ontfangen te hebben de somme van 235 gulden in voldoeninge vanden eersten termijn vande nevenstaende uijtreijckinge. Actum ter presentie van Jan Otgens, schepen, desen 22e meij 1670.

In de kantlijn: Coenraet Adriaenss Baes, schepen voorss, bekenne voor mijn door handen van bekenne voor mijn door handen van Anthonij Adriaenss Baes, sijn broeder, ontfangen te hebben de somme van 200 gulden in voldoeninge vanden iersten termijn naer te … gelt van dese uijtreijckinge verschenen den 19e meij 1671. Actum den iersten september 1672.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen alnoch gemeen en onbedeelt seeckere wilceur als sij tsamen te eijschen hebben op Adriaen Anthonis van Pas haeren swager over coop vande halve stede.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen gemeen en onbedeelt de somme van 1000 gulden staende zonder meerder somme van 100 gulden, bevallen aende weeskinderen van Cornelis Jan Laureijss, staende tsamen gehypotiqueert opde halve stede gecoft bij Adriaen Anthonis van Pas van Adriaen Joacobss Baes sijnen schoonvader ende dat in conformite ende vervolgens den selven brief gepasseert voor wethouderen van Waspick in date den 18e december 1667.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen alnoch gemeen en onbedeelt seckere obligatie staende tot lasten van Willem Francen van Ammelrooij woonende tot Sprangh inhoudende de somme van 100 £.

In de kantlijn: Coenraet Adriaenss Baes, Anthonis Adriaenss Baes ende Adriaen Anthonis van Pas bekenden ontfangen te hebben te hebben door handen van Coenraet Adriaenss Baes de somme van tsestich gulden in voldoeninge van hare portie van dese neffens staende 100 £ tot laste van Willem Franss van Ammelrooij t recht vandien aen hem bij desen overgegeven. Actum den lesten meert 1671.

Aldus sijn partijen hier voor recht vertijt ende vertegen d’een totdes anders proffijt al, sonder dat d’een op des anderes loth ofte gedeelte behout eenige verdere pretensie maer van alles te zijn renonchierende behoudelijck dat een ider t sijn sal onderhouden met alle wegen, stegen, schauwen ende anders nabueren rechten den goederen subject sijnde. Dan is oock geconditioneert dat de kamer sal blijven verhuert inden huijse opden nieuwe vaert met dien verstanden dat de voorss wesen de huer sullen trecken. Actum ten overstaen van stadthouder, Johan Zeijlmans ende Steven Corneliss Swart, schepenen, ende mijn als secretaris present, T. Seijlmans, secretaris 1670.

Fol. 22v

In de kantlijn: nota, per abuis comt te verschillen.

Staet ende inventaris van alle goederen soo erffelijck, inboel mitgaders incomende ende uijtgaende schulden de welcke bij Adriaentje Gerrit Francen weduwe wijlen Cornelis Stevenss Swart metter doot geruijmt ende naergelaten sijnde. Alhier voor stadthouder ende schepenen ondergeschreven aengebrocht sijnde desen 28e april 1670.

Eerstelijck een huijs, hoff, boomgaert, ackerlant, weij ende hoijlanden, gestaen ende gelegen inden ambacht van Sgravelduijn Waspick. Mitsgaders een gedeelte onder den dorpe van Sgravenmoer respective. Daernaest geërft ten noirden de weduwe ende kinderen van Hendrick Janss alias op Hoeck cum suis noirden ende Cornelis Jochems Rijcken, heemraedt tot Waspick suijden. Streckende uijtden oosten vanden acker van Adriaen Corsten westwaerts op totten vaertcant van Sgravenmoer toe.

Item alnoch een binnen delleke gelegen opden westenkant van Vroukens vaert in Sgravelduijn Waspick, noirden naest Jacob de Bruijn cum suis, suijden het bosch ende erff vande weduwe ende kinderen van Aert Peeterss Cuijl. Streckende uijtden oosten vander halver Vroukens vaert westwaert in de stede vanden voornoemden Cuijl eerstijts gecomen van Jan de Cuijper.

Item alnoch eenen acker zaijlants met de gronden daer aen gelegen ende behoorende, in Sgravelduijn Waspick over Schouten leij, noirden Adriaen Jan Thijss ende de weduwe en kinderen van Jacob Jan Thijss ende zuijden Corst Berenden. Streckende uijtden oosten vanden nieuwen wegh westwaerts in tot Smullen bijster toe.

Item alnoch een huijs, hoff, erff, grint ende delle daer aen gelegen ende behoorende met alle de houtwassen daerop staende, gelegen en staende in Sgravelduijn Waspick. Daernaest geërft noirden de weduwe ende kinderen van Huijbert de Bruijn, suijden des Heeren straet, west buijten Jan Corstiaenss ofte stege van Aert de Bruijn ende binnen Jacob de Bruijn ende oost buijten ende binnen Peter Huijberts de Bont.

Item alnoch een buijten delle gelegen in Sgravelduijn Waspick teijnde de stede van Daem Joosten iegenwoordigh gepossideert werdende bij Adriaen Adriaenss Hooreman. Daernaest west Wouter Wouterss cum suis ende oost de Kercke delle. Streckende vander halver Her straten uijt den suijden noirden in tot Cleijn Waspick toe.

            Imboel

Item twee bedden met twee hooftpeulinge, 4 kussens met een nieuwe tijck tot een kussen, twee deeckens.

Item een verweelen manteltjen, met mouwen, noch een macheijen manteltjen met mouwen ende turcxsen rock met een heeren saeijen schort, noch eenen blauwen rock met eenen quaeijen paerse rock.

Item een huijck met een rijghlijff, enen slaepborsrock, met twee blauwen scholcken, noch eenen paerschen scholck, met eenen seijen voorschoot.

Item een paer gordijnen, met een mof, met een paer cousen, met een paer nieuwe schoen.

Item 16 slaeplakens, met elf hemden, 4 tafelalkens, met elf ellen fijn laken, noch een tafelaken van ses ellen.

Item alnoch 14 fluwen met 12 lonte kovels, alnoch 5 hootdoecken.

Item 13 mutsen, met 10 neersteltjens, noch 5 santeen, 4 nachthalsdoecken, 7 neusdoecken, met twee kamersdoecken, se halsdoecken, met eenen lakenen halsdoeck.

Item alnoch een testament.

            Tinnewerck

Item 7 tinne schotelen, met 4 tafelborden, een tinne pispot, met een soutvat, eenen mosterpot, eenen boterpot, een tinne com, met 5 tinne lepels.

Item eenen silveren lepel.

            IJser ende coperwerck

Item eenen grooten koeijketel, met alnoch twee andere copere ketelen, eenen koperen pot met een scheel, noch een ijsere potje.

Item een vierpan, met eenen blaker, eenen fouthengel, eenen deurslach, een scheel van een vierpan, eenen koperen candelaer, met een vijsel, ses keulse teljooren, noch een spiegel, een hangijser, met een ruijstel, een hael, en tangh, een brantijser, met noch twee vijsels.

            Eerdewerck

Item twee stopkens met tinne scheeltjens, noch een stoopken.

Item ses stoelen, een kapstock, een keerslaeij, een raefghooft, een vrijffborstels. Item noch een kas, met een kist, een trogh, met een coopen.

Otem een cleijn taveltjen sonder pooten, twee schootelbancken, met een voetbanck, twee hoogh om voor een bedtstee te setten.

Item noch vier schilderije borden.

Aldus dese voorss goederen per memorie opgetekent omme te dienen in tijden daer des van noden wesen sal. Ter presentie ende ten overstaen vanden stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Jan Mathijss Otgens, schepenen, date voorss ende mij als secretaris present.

Aldus dese voorss goederen rechtelijck voor een seste part getaxeert voor soo wel als den imboel aengaet weerdigh te wesen na onder berekenisse ter somme van 17 gulden. Actum gedaen bij den stadthouder ende Cornelis Jochem Rijcken als schepen, relaterende Johan Seijlmans sijnen confrater desen 29e april 1670.

Fol. 23v

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haeffelijcke als erfflijcke, imboel, proffijtelijcke ende onproffijtelijcke schulden, de welcke Jan Hendricxss Schoenmakers ende Lijsken Peters sijn huijsvrouwe tsamen bij staende houwelijck beseten hebben ende bij Jan Hendricxss metter doot geruijmt deselfde bij de weduwe desselfs overgebrocht den 10e meij 1670.

            Erffgoet

Eerstelijck de stede daer de weduwe iegenwoordigh op is woonende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Stoffel Keijsers gelegen oost ende de erffgenamen van Mels Dircxss cum suis west.

Item alnoch twee geerden lants in Cleijn Waspick, in ses geerden bedeelt met de erffgenamen van Jochem Hendricxss. Streckende vanden dwarsloot aff noirtwaerts in tot den Scheij sloot toe, tusschen erffenisse Hendrick Franss cum suis gelegen west ende Aechtjen Corneliss cum suis gelegen oost.

Item alnoch een half bosch gemeen met Dingeman Peters, gelegen inden polder van Groot Waspick. Streckende vander halver Her straet uitden suijden noortwaerts op tot den dwarsloot toe.

Item alnoch enen halven acker saijlants onbedeelt met Adriaentje Willems cum suis, gelegen in Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Gerrit Jans gelegen oost ende Dingeman Peters gelegen west.

Item alnoch eenen acker zaijlants gelegen achter de stede van Maijken Peters tusschen erffenisse Willem Janss Buijs gelegen west ende Dingeman Dirckss gelegen oost.

Item alnoch haer part ende gedeelte inden moer van Thonis Bastiaenss gelegen onder Cappel.

            Haeffelijcke goederen

Eerstelijck een peert, vijff koeijen, drie twee jarige beesten.

Item ontrent 40 voederen hooijs staende inde schelft ende in huijs.

Item alnoch ontrent vijff veertelen roggen met ontrent drie veertelen boeckweijt ende ontrent drie veertelen haver.

            Imboel

Eerstelijck twee bedden met haer toebehoorte.

            Tinnewerck

Item 7 tinne schotelen, met 10 tinne lepels, eenen tinne boterpot.

            Koperwerck

Item een koperen kandelaer, twee coperen potten, met een schuijmspaen, eenen ruijstel, twee koperen kannen, met een aecker, een vierpan met eenen koperen deurslagh.

Item drie kisten met een qua kas, acht stoelen, met een tafeltjen, drie melckti=onnen, met een kernne, met een trogh.

Item eenen wagen ende ploegh met de echt ende de gereetschap.

Item een pan met een ahngijser, een kleermant, met 2 rooij manden, twee mertcurbven, eenen wastob, een paer turfleeren, een wagentuijg ?, met eenen snijback, een spaeij, met een ruijstel, een sloothaen en schuijselsch ?

            Incomende penningen

Eerstelijck staet te ontfangen van loon over pacht vant achterste block aenwas van ses geerden van erffgenamen van Jochem Hendricx de somme van 14 gulden.

            Uijtgaende schulden

Item inden eersten staet te betalen aen Adriaen Cornelis Buijs per obligatie de somme van 200 £.

Item aenden selven alnoch per obligatie de somme van 150 £.

Item alnoch staet te betalen aen Dingeman Peters per obligatie de somme van 200 gulden.

Item alnoch staet te betalen aen Dingeman Peters per obligatie de somme van 100 gulden.

Item staet te betalen aen Adriaen (aen Adriaen) Dircxss Cammeraet over reste van coope van lant de somme van 100 gulden.

Item staet te betalen aen Maijken Hendricx Schoenmakers over geleent gelt de somme van 50 gulden.

Item staet te betalen Huijbert Janss Bosser over lant verschenen d’anno 1669 de somme van 56 gulden.

Item staet te betalen aen Wouter Wouterss Geenen over lantpacht verschenen d’anno 1669 de somme van 60 £.

Item staet te betalen aen derffgenamen van Jochem Hendricxss Schoenmakers over lantpacht verschenen d’anno 1669 de somme van 25 £.

Item staet te betalen aen Huijbrecht Peters over lantpacht inden voorss jare verschenen de somme

van 15 gulden.

Aldus dese voorss goederen per memorie op getekent omme te dienen in tijden daer des van noden wesen sal. Ter presentie ende ten overstaen vanden stadthouder.

Fol. 24v

Questie ende proces ontstaen ende geventileert sijnde voor wethouderen van Waspick tusschen Maria Anthoniss eijschersse in cas van deslocatie ter eenre op ende jegens Mathijs Willem Huijgen in qualite als voocht ende Peter Bastiaenss als toesiender over de minderjarige weeskinderen van Adriaen Willem Huijgen Gedens in tselve cas ter andere sijde. Waerinne te beduchten is dat neijt eenigh voordeeligh vonnis coorde voornoemde eijschersse sal worden uijtgesprocken ende voor seker vast staet dat tot vervolgh vande selve procedueren merckelijce penningen sullen moeten werden gespendeert tgenen bijde eijscheresse mits hare onvermogentheijt niet wel en sal comen werden geëffectueert. Ende alsoo den kinderen bijden voornoemden Maria Anthoniss buijten echt voort gebracht ende aen haer bijden voornoemden Adriaen Willem Huijgen (soo sij verclaert heeft) geprocureert tsedert den geboortedach vande selve kinderes gebracht ten laste vanden Heijlige Geest Armen van Waspick voornoemt ende voorts geduijrende wegens den selven Armen sal moeten worden onderhouden ende gealimenteert totter tijt ende wijlen tselve sijnen kost sal comen te winnen ofte ten waere in contrarie bij diffinitive vonnisse soude werden verstaen dat den voorss vooght ende toesiender in qualite voorss t kint undi questio soude moeten onderhouden ende den voorss Armen daer van te bevrijden over welcke differentie geschapen stont, veele rusie, costen, schaden ende oneenigheden te gerijsen tgene bij vervolgh van uijtterlijcke proceduijren soude strecken tot grooten lasten ende nadeel vanden voornoemden Armen ofte wel tot totale ruijne vande voorss weeskinderen. Omme alle tselve te prevenieren soo ist dat Arien Corneliss Camp ende Aert Adriaen Bommelaer, iegenwoordig bedienende armemeesters der voorss dorpe ter eenre ende den voornoemde vooght ende toesiender ter ander esijde hebben gemaeckt ende besloten soo sij doen bij mis desen seker accoort als volght te weten dat den Armen voornoemt int onderhouden ende aliementeren vant voorss kint sal blijven continueren totter tijt ende wijlen tselve sijnen kost ennde clederen sal connen winnen. Alles buijten last ende costen vande voorss weeskinderen in voegen dat de voornoemde weeskinderen nimmermeer daer over aenspreeckelijck sullen wesen nemaer dienaengaende exempt ende onbelast sullen blijven tot recompense vant selve den voornoemde vooght ende toesiender in qualite als vooren hebben belooft soo sij beloven aende voornoemden Armen te sullen uijtreijcken ende betalen eene somme van drie hondert carolus guldens tot xx stuijvers tstuck. Te betalen aen handen vanden armmeesters alhier in drie egaele termijnen te weten den eersten termijn, sijnde een hondert gulden, op heden ofte wel binnen ses weken naer datum deses ende de twee verdere termijnen alsoo vervolgens telckens jaerlijcks gelijcke hondert gulden. Met dese distinctie ofte geviele dat den voornoemde vooght ende toesiender telcken verschijndach de voorss termijnen niet konde betalen soo sullen deselve de penningen met believen vande armmeesters onder mogen houden mits betalende intrest vier gulden tien stuijvers van ider hondert, int jaer te rekenen naer rate des tijts. Doch sullen d’ermmeesters voorss vermogens wesen de voorss drie hondert gulden ofte tgene daer van ter expricatie vanden lesten termijn resterende soude mogen wesen teffens te ontfangen metter intrest vandien te rekenen van der termijn tsedert den dach dat die betaelt hadden behooren te werden. Mits dat den voorss vooght ende toesiender alsdan in sulcken gevallen ses maenden tevoorens sullen moeten werden gewaerschout. Ende dit alles onder dien verstande ende bespreck ? dat de voorss drie hondert gulden in voegen voorss aende voornoemden Armen sullen worden betaelt. Alwaert sulcx dat ’t voorss kint inmiddels quame te overlijden daer vooren verbindende sij vooght ende toesiender voornoemt speciael hare persoonen ende voorts generalijck alle des selfs ende de voors weeskinderen goederen, present ende toecomende, onder ’t verbant als naer rechten. De costen ter voorss sake tot ’t sluijten deser gevallen blijven gecompenseert ende sal ider sijne practisijnen moeten betalen alles ter goeder trouwen. Aldus gedaen ende gepasseert binne Waspick opden tweeden julij 1670. present Mels Thomas, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans, schepenen.

Stadthouder ende schepenen des dorps Waspick het boven staende accoort geëxamineert hebbende hebben tselve in alle sijne pointen deelen ende leeden vandien geratificeert ende geapprobeert gelijck sij tselve ratificeren ende approberen bij desen, present t volle collegie ende date ut supra.

Wij ondergeteeckent in qualite voorss als gewesenen armmeesters inden jare 1675 bekennen ontfangen te hebben door handen Mathijs Willemss in qualite als vooght vande minderjarige kinderen van zaliger Adriaen Willemss de somme van hondert vijff en vijfftich gulden in mindernisse vande voorss cappitaele somme van drie hondert gulden. Mitsgaders alnoch een somme van vijff en veertich gulden van intrest der voorss drie hondert gulden verschenen den tweeden julij 1675 ende bekende wij alnoch op hodie desen vanden gemelte voocht ontfangen te hebben de somme van vijff en veertich gulden op mindernisse vant resterende cappitael als verschenen intrest der voorss contracte ende des in oirconde dese ondereteeckent desen xije meij 1676, Joh. Seijlmans, Coenraet Baes.

Fol. 25v

Op huijden desen 5e julij 1670 compareerden voor stadthouder ende heemraden des dorps Waspick hier ondergeschreven in eigene persoonen Jochem Jacobss de Bruijn bekende ende verclaerde dat de questien ende ongefondeerde procedueren bij hem geintenteert ende voor den hove van Hollant gemoveert tegens Jacob Huijbertss de Bruijn sijnen vader nopende seeckers erfdeelinge die den voorss Jacob Huijbertss de Bruijn als langstlevende ende boedelhouder van Adriaentje Jochems sijne overleden huijsvrouwe zaliger, moeder vande voorrs Jochum de Bruijn met sijne andere susters ende broeders in het reguards der voorss hare moederlijcke goederen opten 25e februarij 1668 hadde gepresenteert voor wethouderen van Waspick voorss ende alsdan volgens deselve deelinge naergecomen calculatie ende egalisatie sijnde ende was niettemin door dselve minoriteijt in consor ? mits vande wettelijcke taxatie geapprobeert van deselve procedureren te desisteren ende vande genomen instantie te renuntieren sulcx hij bij desen is desoisterende ende daervan renuntierende. Verclaerende voorders dselve deelinge in voegen soo sij leijt ende eenighsints hem soude mogen raecken ende aengaen in alle pointen ende leden te sullen naercomen ratificeren ende approberen voor hem ende sijne nacomelingen nu ende ten eeuwigen dage met compensatie van costen wedersijts bij partijen verdragen ende verclaeren den voorss Jochem Jacobss de Bruijn ingevolge vande selve erfdeelinge voor hem uijt den hoofde van sijne moederlijcke goederen voor sijn competentie contingent ende aenpart beërfdeelt te sijn ende blijven op het vierdepart vande twaelf gerden lants breder inde voorss erffdeelinge geëxpresseert, gemeen en onverdeelt inde helft vande voorss twaelf geerden opren oisten cant, welcke twaelf geerden gelegen sijn inden polder van Groot Waspick. Streckende vanden Kaijsloot af gelegen zuijden noortwaerts op ter halver Oude Mase toe, ost gelegen de weduwe van Jan Jochemss zaliger, west gelegen Cornelis Janss cum suis. Item alnoch op een buijtendijckse delle gelegen in Groot Waspick. Streckende vande Her cstraet af gelegen zuijden noortwaerts totten ambachte van Cleijn Waspick toe. Daer vande erffgenamen van Anneke Adriaenss Klottij zaliger sijn gelegen oist ende west de erffgenamen ende kinderen van Dirck Hendrickss Kleermaker zaliger. Mitsgaders noch op ses geerden lants gelegen in het Cleijn Elant gecomen van Mels Dirckss ende Dirck Leendertss cum suis. Streckende vande Scheij sloot af gelegen zuijden noortwaerts op ter halver Mase toe. West gelant den schout van Waspick. Mitsdien sal den voornoemden Jochem Jacobss de Bruijn sijn vader tot behoef vande andere gelijcke kinderen uutreijcken doordien dat dese voorss drie parcelen naergecomen taxatie meerder comen te bedragen als sijn aenpart belanght ter somme van een hondert vijffentseventich carolus guldens der gulden to xx stuijvers te betalen van huijden date deses over een jaer dat wesen sal den 4e julij 1671. Ende sullen de selve penningen desulquren ende afslach strecken aenden tweeden ende lesten paeij vande buijtendijckse delle die bij Jacob de Bruijn van Jochem Jacobss de Bruijn sijnen soon is gecocht ende op heden daervan de veste ontfangen ende sullen vorders goederen in gevolge den voorgemelte erfdeelinge mette voorss uijtreijckinge blijven in het gemeen vande selve vijff kinderen vande voorss Jacob Huijbertss de Bruijn geprocureert als vooren. Ende sijn partijen inde voorss qualiteijt aldus rechtelijck vertijt ende vertegen soo recht is. Sonder d’een op d’anders gedelte eenich voorder recht, actien ofte pretensie voorders te pretenderen als voorss is. Maer ider voort sijn te onderhouden alle wegen, stegen, schouwen ende nabueren rechten daertoe behoorende. Ende verclaerden vorders den voornoemden Jochem de Bruijn dat gemelte Jacob de Bruijn hem van eeniger ontfanck ende administratie die hij ten reguards van verhueringe ontfangen van sijne gemelte goederen oock eenighsints uitkrachte vande gemelte deelinge soude mogen hebben gehadt geadministreert ofte ontfangen daer van tot desen dage toe incluijs sijn contentement ontfangen te hebben ende voldaen te wesen sonder iets ter werelt te reserveren. Actum voor Mels Thomas, stadthouder, Joahn Zeijlmans ende Johan Otgens, heemraden ende mijn secretaris present.

Jacob Huijbrechtss de Bruijn in qualite voorss bekenden ende verclaerden voor mijn secretaris door handen van Jochum de Bruijn sijn soene ontfangen te hebben de somme van een hondert vijff en tseventich gulden inden voorss contracten belooft aen sijne voorss susters en broeders deselve verschenen den 94 julij 1671. T’oirconde dese geteeckent desen 25e october 1671. Verclarende ende bekent den voornoemden Jochum de Bruijn door handen van sijnen vader voorss voldaen en betaelt te sijn van alsulcken cooppenneningen als hij Jacob de Bruijn belooft heeft voorden buijtendellen inde voorss contracte genomineert. Actum date ut supra, Jacob de Bruijn, Joachim de Bruijn.

Fol. 26r

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haeffelijcke als erfflijcke, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Willem Peters Plucknoot ende Heijltje Janss de Jonge tsamen bij staende houwelijck beseten hebbende ende bijde voornoemde Heijltje Jans metter door geruijmt ende naergelaten heeft. Deselve alhier bijden voornoemden Plucknoot desselfs weduwenaer aengebrocht desen xe januarij 1671.

Eerstelijck een half huijs, hoff, erve ende delle daer aen gelegen ende behoorende, gestaen ende gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve, gemeen en onbedeelt met Jan Janss. Daer aen gelegen oost Adriaen Gerritsen Dolck cum suis ende west de weeu ende kinderen van Frans Huijbertse. Streckende vander halver Her straet uijtden zuijden noortwaerts in tot den ambachte van Groot Waspick toe. Geëxtimeert op de somme van jxc £.

Item alnoch een half geert hooij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspick ontrent de watermolen, in een stuck van ses geerden, gemeen en onbedeelt met Adriaen Adriaenss de Jonge, gelegen tusschen erffenisse Huijbert Hendricx oost ende west mels Dirckse cum suis. Streckende van xj½ Hoeve tot d’oude Mase toe. Geëxtimeert op de somme van ijc £.

Item alnoch een acker zaeijlants gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Peter Melss oost ende ’t weeskint van Adriaen Janss west. Streckende vanden halve Her straete zuijden in tot Peter Melss erve toe. Geëxtimeert op de somme van jxc £.

            Imboel

Eerstelijck 2 bedden mette hopftpeulingen, 3 oirkussens, 2 groene deeckens, 5 paer fluwijnen, 4 paer slaeplakens, Geëxtimeert op de somme van xx £, eenen paersen rock.

            Tinnewerck

Thien tinne schotelen, 6 teljoren, 18 tinnne lepels, 2 tinne soutvaten, een tinne mostertpot, een tinne boter pot, tsamen Geëxtimeert dese voorss tinnewerck xx £.

            Coperwerck

Twee ketels, 2 copere melckkannen, een vierpan, een panneken, een schuijmspaen, 2 coopere potten, het coperwerck Geëxtimeert op xj £.

            Yserwerck

Een hael, een brantjser, een tangh, een koeckpan, een hangijser, een strijckijser, 2 bijlen, een hackmes, een capmes, een hooijseijsie, een sicht, een spaij, ’t ijserwerck Geëxtimeert op v £.

            Houtwerck

Twee spinnewielen, 9 stoelen, een wagenschotten kas, een tafel, 1 kerne, een melck emmer, 3 tonnen, een trogh, een schabel, een boter teijl, een trogh, een teroir, een kleermant, een korf, een neerslagh, een luerkorf, een spiegel, 6 houte tafelborden, 3 schooldosen, een wateremmer, t houtwerck tsamen Geëxtimeert op xvj £.

            Haeffelijcke goederen

Eerstelijck 3 melck coeijen, Geëxtimeert tsamen op de somme van Lxxv £
Drie kalveren, tsamen Geëxtimeert op de somme van x £
Een swarte aftanse merrie, Geëxtimeert op de somme van xLij £
Een vulle out ontrent 8 maenden, Geëxtimeert op de somme van  xiij £
Een wagen ende leeren ende allen sijn toebehoorten tsamen Geëxtimeert op de somme van x £
Ploegh ende eght, Geëxtimeert op iiij £
’t greel metten toebehoorten tsamen Geëxtimeert op j £
Twee stroeij korven, 2 voederbiesen tsamen Geëxtimeert op vj £
Elf voeder hooij gecocht bij Jochem Jacobss de Bruijn mette vader, ider voeder voor 6 gulden 12 stuijvers 6 penningen, maeckende de somme van Lxxij £ Lxvij st viij pen

            Incomende penningen

Eerstelijck staet te ontfangen van Andries Adriaenss Schipper over coope ende leverantie van hooij de somme van      xiij £

Uitgaende schulden

Eerstelijck staet te betalen aende graeff van Niel over reste van lantpacht vande jare 1668 de soome can            Lxxij £

Item staet mede te betalen aen Wouter Wouters Geeren tot Oirschot over de huere ende pacht van Nispens werff voorden jaere 1669 ende 1670 tsamen de somme van                                                      jc £

Item staet te betalen aen Giel Thijss Otgens over reste van coop van vette beesten de somme van                  xxxiij £

Item staet te betalen aen Lijntje Adriaenss Lisvelt over geleverde winkelwaren als anders de somme van            xxvij £

Item staet te betalen aen Dircxken de vrouw van Jan Willemss ten Bergh over geleverde winkelwaren de somme van                                                                                                                                  xiij £

Item staet te betalen aen Jan Willemss ten Bergh per obligatie de somme                                L £

Item staet te betalen aen Coen Janss tot ‘Sgravenmoer per obligatie de somme van                jc £

Item staet mede te betalen aen Nispens werf de comntrabutie voorden jaren 1669 ende 1670 de somme van            xv £ x ß

Item staet te betalen aen Adriaen Bruijnes cum suis ten Bergh volgens seeckeren wilceur geiquieert op den acker hier vooren de somme van                                                                                         iijc xxx £

Item staet alnoch te betalen aen Engelken Willems Plucknoot de selve verweckt aen Heijltje Jochemss voor hare moederlicjke goederen volgens de aennaminge daer van sijnde de somme van                             Liij £

Aldus dese voorss goederen opgetekent, getaxeert ende geëxtimeert omme den vooght te dienen daer des behooren sal ende bericht vande wesen. Ten overstaen van Mels Zeijlmans, stadthouder, Thomas Bommelaer, Johan Zeijlmans ende Steven Cornelis Swart, heemraden ende mijn secretaris present, T. Seijlmans, secretaris 1671.

Fol. 27v

Op huijden desen xe januarij xvjc eenentseventich compareerden voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Waspick hier ondergenoemt in eijgene persoone Willem Peters Plucknoot weduwenaer van wijlen Heijltje Jans de Jonge woonende alhier tot Waspick den welcke bekende aengenomen te hebben gelijck hij doet bij desen van Peter Jans de Jonge als oom ende bloetvooght met Jan Janss als broeder der voorss weduwenaer ende mede toesiender der vier onmondige kinderen verweckt bijde voornoemde Heijltje Janss, mitsgaders Marike Thoonis onmondig voorkint vande voornoemde Heijltje Janss. Ende dat met advijs ende overstaen van stadthouder ende heemraden in desen sijne vier onmondige kinderen die hij geprocureert heeft bijden voorss Heijltje Janss sijne overledene huijsvrouw met namen Peter, Jan Arien, Cornelis Willemss, mitsgaders Marike Thoniss voordochter vande voors Heijltje Janss omme de voorss vijf kinderen te onderhouden, eeten, drincken, cleden, reden, linden ende wullen, schoen ende cousen, soo wel sieck als gesont, geenen tijt van perijkel uijtgesondert, te scholen te laten gaen, eerlijcken ende deugdelijcken naer sijnen staet ende vermogen ende gelijck een eerlijck man ende vader met eeren schuldich is sijne kinderen te onderhouden. Ende dat totte voorss kinderen haren mondigen dagen, houwelijcken ofte geapprobeerden staet toe ofte dat deselve haren kost eerlijcken sullen commen winnen. Ende dat voor allen der voorss kinderen hare moederlijcken goederen haer bij hare moeder naergelaten ende metter doot ontruijmt soo haef als erve, geen uijtgesondert. Volgens ende uijtwijsens den voornoemden staet ende inventaris daer van op hodie gemaeckt ende alle incomende penningen te ontfangen mitsgaders alle de uijtgaende schulden daer tegens te betalen die alle sijn ende blijven tot profijt ende lasten vanden voornoemden Plucknoot, alwaer ‘t schoon dat daer eenige waren die niet inden inventaris verhaelt en waren onder expresse conditie dat den voornoemden Willem Peters comparant in desen dese voorss vijf kinderen belooft uijt te reijcken als deselve tot haren mondigen dagen, houwelijcken ofte anderen geapprobeerden staete gecomen sullen sijn, elck een somme van achtendertich gulden t stuck tot xx stuijvers sonder meer. Dan alleenelijck noch daer en boven den paersen rock ten behoeve van Marike Thonis. Ende ofte eenige van dese voorss vijf kinderen deser werelt quamen te overlijden sonder nochtans wettige oir ofte oiren agter te laten sullen deselve penningen erven ende besterven van t’een op t’ander tot het laetste toe. Ende ofte alle dese voorss vijf kinderen deser werelt quamen te overlijden sonder wettige oir ofte oiren agter te laten sullen deselve voorss somme van penningen hier vooren belooft erven ende besterven naer de rechten van Zuijthollant, daervoor hij comparant voorss, soo voor het opbrengen der voorss vijf kinderen als voor het uijtreijcken der voorss penningen, specialijck is verbindende sijnen persoon ende goederen, soo have ende erve, present als toecomende, submitterende alle deselve ende den keuren vandien onder verbant van allen heeren, hove, bancken, wetten, rechten ende rechteren, behoudelijck de heer ende een ijder sijn goet recht. Present ende ten overstaen van mels Zeijlmans, Thomas Bommelaer, Jan Otgens ende Steven Corneliss Swart, heemraden ende mij secretaris present.

In de kantlijn: Marike Anthoniss dochter van Heijltje Janss de Jongh bekende voor mijn secretaris ontfangen te hebben door handen van Jan Mathijs Otgens in qualiteijt als vooght ende Peter Janss als toesiender vande minderjarige kinderen van zaliger Willem Peters Plucknoot de somme van achtendertich guldens ende dat in volle voldoeninge vande uijtreijckinge vande moederlijcke goederen bij aenneminge geroert. Actum desen 9e januarij 1679.

Fol. 28r

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haeffelijcke als erffelijcke, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Jan Janss ende Iken Claess tsamen staende houwelijck beseten hebben ende bijden voornoemden Iken Claess metter doot geruijmt ende naergelaten heeft. Deselve alhier bijden voorss Jan Janss desselfs weduwenaer aengebrocht desen 20e januarij 1671.

Eerstelijck een half huijs, hoff, erve ende delle daer aen gelegen ende behoorende, gestaen ende gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve, gemeen en onbedeelt met Willem Peters Plucknoot. Daer aen gelegen oost Adriaen Gerritsen Dolck cum suis ende west de weduwe ende kinderen van Frans Huijbertss. Streckende vander halver Her straet uijtden zuijden noortwaerts in tot den ambachte van Groot Waspick toe. Geëxtimeert op de somme van                                                                                                                      ixc £.

Item alnoch een ackerken zaeijlant, groot een hont 20 roeden met een veldeken daeraen gelegen, gelegen inden ambacht van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Mels Zeijlmans, stadthouder, west ende de weduwe van Joost Damen oost, Streckende vande erve van Antonis Peters toe. Geëxtimeert op de somme van      ijc £.

Item alnoch eenen bijster ofte moergronden, groot ontrent eenen mergen, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Aert Dingeman oost ende de weduwe van Adriaen Willemss Blanckers west. Streckende van’t eijnden den acker van Anthonis Claess uijt den noorden zuijtwaerts in tot den Sgravelduijnse sloot toe. Geëxtimeert op de somme van                                                                             Lxxv £.

            Imboel

Eerstelijck 2 bedden, 1 hooftpeuluwe, 2 oorkussens, 2 deeckens, 1 groen met 1 with, 3 paer slaeplakens, 2 gordijnen, Geëxtimeert op                                                                                                          xij £.

            Tinnewerck

Drie tinne schotelen, 1 souvat, 1 tinne pispot, 2 tinne commen, 12 tinne lepels, een tinne lamp, 1 blecke suijckerdoos op                                                                                                                     vij £ x ß.

            Coperwerck

Een copere kan, 1 coperen blaker, een copereseijcvath, 2 copere ketels, een copere vierpan, Geëxtimeert op vij £ xß.

            Yserwerck

Een isere potje, 1 koeckpan, een hangjser, een jseren rrostel, 2 vouthemngels, 1 brantjser, 1 tangh, 1 capmes, 2 commekens, een beecker, Geëxtimeert op de somme van                                                     ij £.

            Houtwerck

Een trogh. 2 kisten, 1 casken, 1 tafel, 6 stoelen, 1 etenstresoirken, 4 tonnen, een kannebort, 1 wastob, 1 wasstoel, 1 lepelbort, 1 wiegh, 1 stooff, 1 keersslaeij, 1 boterteijl, 1 wateremmer, 1 spinwiel, 1 cleermant, 2 korven, Geëxtimeert op de somme van                                                                                       x £.

            Haeffelijcke goederen

Drie koeijen, Geëxtimeert op de somme van                                                                            Lx £.

            Uitgaende schulden

Staet te betalen aende kinderen van Adriaen Meertens over reste van coope van een peert de somme van Xxv £
Item staet te betalen aen Anthonis Janss over drinckschult xviij £
Item staet te betalen aende weeskinderen Adriaen Claess xv £ xj ß
Item staet te betalen Jan Willemss ten Bergh over gehaelde winkelwaren de somme van vij £
Item staet te betalen aen Bastiaen den Snijder de somme van iij £ x ß
Item staet te betalen aen Cornelis Pieterss de somme van vj £
Item staet te betalen aen Johannes Schoonhoven de somme van iij £
Item staet te betalen aenden mulder van Raemsdonck iij £
Item staet te betalen aen Jan Cleijss de somme van ij £
Item staet te betalen aen Lijntje van Lisvelt de somme van iij £
Item staet te betalen aen Jan de Cramer de somme van x £
Item staet te betalen aen Leendert Scheuren de somme van j £ x ß

Aldus dese voorss goederen opgeteeckent, getaxeert ende Geëxtimeert omme den vooght te dienen tot bericht vande wesen daer des behooren sal. Ten overstaen van Mels Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Jan Zeijlmans, heemraden ende mijn secretaris present.

Fol. 28v

Op huijden desen 20e januarij xvjc eenentseventich compareerde voor ons staedthouder ende heemraden des dorps Waspick ondergenoemt in eijgene persoonen Jan Janssen weduwenaer van Iken Claess zaliger woonende alhier tot Waspick den welcke bekende aengenomen te hebben gelijck hij doet bij desen van Anthonis Claess als oom ende bloetvooght met Willem Peterss Pluknoot broeder van hem Jan Janss toesiender der voorss vier onmondige kinderen verweckt bijde voornoemde Iken Claess. Ende dat met advijs van stadthouder ende heemraden in desen sijne vier onmondige kinderen die hij geprocureert heeft bijden voorss Iken Claess sijne overledene huijsvrouw omme de voorss vier kinderen te onderhouden in eten, drincken, cleden, reden, linden, wullen, schoen ende cousen, soo wel sieck als gesont, geenen tijt van perikel uijtgesondert, ter scholen te laten gaen, eerlijcken ende deugdelijcken naer sijnen staet ende vermogen ende gelijck een eerlijck man ende vader met eeren schuldich is sijne kinderen te onderhouden. Ende dat totte voorss kinderen haren mondigen dagen, houwelijcken ofte geapprobeerden staete toe ofte dat deselve haren kost eerlijck sullen commen winnen. Ende dat voor allen den voorss kinderen haeren moederlijcken goederen haer bij haren moeder naergelaten ende metter doot ontruijmt soo haef als erve, geen uijtgesondert. Volgens ende uijtwijsens den voorss staet ende inventaris daer van op hodie gemaeckt ende alle incomende penningen te ontfangen mitsgaders alle de uijtgaende schulden daer tegens te betalen die alle sijn ende blijven tot profijt ende lasten vanden voornoemden Jan Janss, alwaert schoon dat daer eenige waren die niet inden inventaris verhaelt en waren onder expresse conditie dat den voornoemden Jan Janss comparant in desen dese voorss vier kinderen belooft uijt te reijcken als deselve tot haren mondigen dagen, houwelijcken ofte anderen geapprobeerden staete gecomen sullen sijn elck een somme van twintich gulden t stuck tot xx stuijvers sonder meer. Dan allenelijck noch daer en boven den paersen rock ten behoeve van Marike Thonis. Ende ofte eenige van dese voorss vier kinderen deser werelt quamen te overlijden sonder nochtans wettige oir ofte oiren agter te laten sullen deselve penningen erven ende besterven van t’een op t’ander tot het laetste toe. Ende ofte alle dese voorss vier kinderen deser werelt quamen te overlijden sonder wettige oir ofte oiren agter te laten sullen deselve voorss somme van penningen hier vooren belooft erven ende besterven naer de rechten van Zuijthollant, daervoor hij comparant voorss, soo voor het opbrengen der voorss vier kinderen als voor het uijtreijcken der voorss penningen, specialijck is verbindende sijnen persoon ende goederen, soo have ende erve, present als toecomende, submitterende alle deselve ende den ceuren vandien onder verbant van allen heeren, hove, bancken, wetten, rechten ende rechteren, behoudelijck de heer ende een jder sijn goet recht. Present Mels Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken, Johan Zeijlmans, heemraden ende mij secretaris present.

In de kantlijn: bekenne wij ondergeschreven Catelijn Janss ende Janneken Janssen van Hasselt van desen neffen staende uijtreijckingen voldaen te wesen door handen van onze vader met de somme van vertich gulden sijnde jder 20 gulden in dese neffen staende aenneminge vermelt ende dat voor ons moederlijcke goederen. Actum desen 16e october 1690. Dit hantmerck (+) selffs gestelt bij Catelijn Janssen van Hasselt. Dit hantmerck (|) selffs gestelt bij Janneken Janssen van Hasselt in presentie van mijn secretaris desen datum voorss. P. Zeijlmans, 1690.

In de kantlijn: compareerde ter secretarije alhier Jan Jansse den welcke bekende twintich gulden gegeven te hebben aen Mariken Janss van Hassel, het welcke Geertruij Adriaenss van Gijsel bekende dat de voorzeijde Mariken Janss de voorzeijde penningen van 20 gulden heeft ontfangen gehadt. Actum desen 13e december 1708. Dit hantmerck (v) gestelt bij Geertruij Adriaenss van Gijsel mijn sustituut secretaris kennelijck J. de Bruijn, 1708.

Toegevoegd: Compareerde ter secretarije alhier Niclaes Jansse van Hassel en bekende vande bovenstaende uijtreijckinge ter somme van twintich gulden uijt handen van sijn vader voldaen en betaelt te sijn en dat voor sijn moederlijcke goederen, in teijken der waerheijt hebbe dese neven den comparant onderteijkent, desen 5e februarij 1714.

Dit (v met | erdoor) merk is bij Nicolaes Jansse van Hassel selfs gestelt in kennisse van mij J, Zeijlmans, secretaris.

Fol. 29v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Sijken Huijbertss de Bije, weduwe wijlen Peter Thomass Zeijlmans in zijn leven secretaris alhier ende desselfs kinderen ende erffgenamen vanden overleden secretaris bij namen Thomas Zeijlmans jegenwoordich secretaris des dorps Waspick, Huijbert Zeijlmans, Johan Zeijlmans, Dirck Zeijlmans, Aert Cornelis Rijcken als getrout hebbende Anneke Zeijlmans, Adriaen Hendrikse Boeser als getrout hebbende Truijken Seijlmans ende Jochem de Bruijn, als man ende voocht van Jacobmijntje Zeijlmans. Ende dat van alsulcke goederen als de voornoemde weduwe ende den overleden secretaris tsamen bij staende houwelijck beseten hebbende, alhier voor recht aengebrocht desen 27e jannarij 1671.

Item inden eersten soo is Sijken Huijbertss de Bije weduwe voorss geassisteert metten stadthouder gelot, gecavelt ende beërfdeelt op twee geerden drie vierendeel hoij ende weijlants gelegen in Cleijn Waspick in een stuck van 10½ geerden genoemt den Leckpot, bedeelt op den westen kant in 4½ geerden met Jonker Eduard van Hoogelanden. Oost belent Hendrick Franss cum suis, west de Kerck alhier. Streckende vande Oude straet noortwaerts in tot de Oude Mase toe. Geëxtimeert op de somme van (niets ingevuld)

Item alnoch soo is Sijken Huijbertss de Bije weduwe voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een geerde ende een half vierendeel hoij ende weijlants, gelegen in den ambachte van Cleijn Waspick in een stuck van 9 geerden, onverdeelt met Huijbert Hendricks cum suis daer van gelegen oost de Heer Gerard de Pelgrim ende west den Armen alhier cum suis. Streckende van’t Schips diep noortwaerts in tot d’Oude Mase toe. De welcke alvorens met consent van haere kinderen ten behoeve van haer weduwe voorss is vercoft aen Huijbert Hendricx tot Waspick. Ende moet sij weduwe voorss tot egalisatie vande voornoemde loten van haere kinderen ontfangen een somme van duisent tweehondert achtenvijftich gulden, te betalen in vier termijnen daervan gereet bij d’overdrachte deser negenhondertnegenentseventich gulden ende over een jaer op date deses drien’tnegentich gulden seven stuijvers ende soo ‘t achtervolgen t’elcken jaere 93 £ 7 ß voor dat den eersten penning metten lesten voldaen ende betaalt sal sijn.

Sijken Huijbertss de Bije weduwe voorss bekende voor mijn secretaris ontfangen te hebben door handen haren soon Johan Zeijlmans de somme van achthondert ‘tsestich gulden veertien stuijvers ende dat in mindernisse van den eersten termijn van dese voorss uijtreijckinge dato ut supra.

Toegevoegd: Wij ondergeschreven Thomas Zeijlmans voor mijn selven als mijn mede streckmaeckende voor Adriaen Boeser sijn swager, Huijbrecht ende Dirck Zeijlmans, Aert Cornelisse Rijcken ende Jochum de Bruijn bekennen van dese voorss uutrijckinge vol ende al betaelt te sijn, den eersten penning metten lesten alsoo deselve penning in reeckeninge op hodie sijn verantwoort door handen van Johan Zeijlmans, overmits die bevallen waren bijde smaeldeelinge van date den 27e jan 1671, toirconde geteeckent desen 21e februari 1673, T. Seijlmans, secretaris 1673.

In de kantlijn: Ick ondergeteekende Adriaen Boeser verclaere te approberen ‘tgene alhier op den 21e februari 1673 ten reguarde van dese uijtreijckinge bij Thomas Zeijlmans mijnen swager ten behoeve van Johan Zeijlmans heeft gedaen. Actum den 25e meij 1673.

[op folio 30r gaat de akte verder met een deel van een zin die niet aansluit op een zin van 29v]

in alle forme soo groot en cleijn uitwijsens seeckere deelinge daer van gepasseert voor wethouders van Sprangh in date den 19 martij 1620.

Item is geaccordeert bij weduwe, kinderen ende erffgenamen voorss als dat sij weduwe sal blijven besitten in tochte soo lange sij leven sal de huijsinge, erve ende delle daer aen gelegen vervolgens de testament daer van gepassseert voor wethouderen van Waspick in date den 14e junij 1664. Mitsgaders het jaerlijcx gebruijck vant hofken aent school met het half hofken int veldeken hier vooren bevallen aende kinderen ende erffgenamen voorss.

Aldus sijn de voornoemde condividenten erffgenamen alhier rechtelijck vertijt ende vertegen met hant allem ende monden d’een tot des anders proffijt soo als recht is, sonder dat d’een op des anders lot eenige actie ofte pretentie meer sijn hebbende ofte behoudende. Behoudelijck dat een ider voor het sijn sal onderhouden allen wegen, stegen, dijcken, straten, dammen waterloopen, dorps contr­butie, renten ende chijnsen daermede een ider voor het sijn int bijsonder belast soude mogen wesen ende elck op het sijn is staende. Dan wel verstaende ofte schier ofte morgen op d’een of d’ander sijn lot eenige calangie meer te voorschijn quame als voorss staet beloovende sij erffgenamen malcanderen te helpen afdragen. Aldus gedaen ende gepasseert voor Mels Zeijlmans, stadhouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Otgens, heemraden.

Fol. 30r

Scheydinge ende erfsmaeldeelinge tusschen de gelijcke kinderen ende erfgenamen van Peter Thomasz, in zijn leven secretaris alhier tot Waspick, bij namen Thomas Peters Zeijlmans, secretaris des dorps voorss, Huijbert Zeijlmans, Johan Zeijlmans, Dirck Zeijlmans, Aert Cornelis Rijcken als getrout hebbende Anneke Zeijlmans, Adriaen Hendrikse Boeser als getrout hebbende Truijcke Zeijlmans ende Jochem Jacobs de Bruijn als man ende vooght van Jacobmijntje Zeijlmans. Ende dat van alsulcke goederen als sij hier voren bij generale deelinge op bevallen sijn mitsgaders de goederen van haeren grootmoeder Grietje Jacobs ende dat alle formen ende manieren gelijck deselve haer door doode ende overlijden van haren vader ende grootmoeder respectieve aenbestorven ende naergelaten sijn. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen date ut supra.

Item in den eersten soo is den voornoemden Thomas Zeijlmans secretaris gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van een binne delle, gelegen onder Sgravelduijn Waspick op de oostsijde van Vroukens vaert ontrent den Geer van outs genaemt den Hoogh Del. Daer vande andere helft is compiterende Mels Zeijlmans ende Jan Gijsbertss Coninck ende dat in forme gelijck deselve bij Peter Thomass, secretaris, ende Anthonij Otgens elck voor een vierdepart ten del gevallen is.

Item hiertegens soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voornoemt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op 4½ geerden hoij ende weijlants gelegen in den polder van Groot Waspick ontrent den watermolen, gemeen met Jan Mathijss Otgens cum suis, in een stuck van ses geerden. Oost ende west beleent Huijbert Peterss. Streckende van Hendrick Luijten Ambacht noortwaert in tot de Oude Mase toe, Geëxtimeert op 1800 £

Item alnoch soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voornoemt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op twee ackers zaijlants met beijde de veldekens daer aen behoorende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve. Beleent oost Meerten Aertsz Turcq, west Cornelis Lambertss. Streckende van der halver Her strate uijt den noorden, zuijden in tot den sGravelduijnse sloot toe, met dien verstanden dat sij weduwe voorss sal hebben het gebruijck ende jaerlijckss usufruckt vanden halven hooff int oostense veldeken gelegen, soo lang sij leven sal.

Item alnoch soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voornoemt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op 1½ geerden hoij ende weijlants gelegen in den ambachte van Cleijn Waspick, gemeen ende onbedeelt met Huijbert Hendrix cum suis, in een stuck van negen geerden. Daer van oost gelegen de heer Gerard de Pelgrim, ende west den Armen alhier cum suis. Streckende van de Oude straet noortwaerts in tot de Oude Mase toe. Geëxtimeert op de somme van 1000 £.

Item alnoch soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voornoemt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van Ambachtsheeren gront, gemeen ende onbedeelt mette kinderen ende erffgenamen van Huijbert Janss de Bont. Ende dat in alle forme ende manieren als den selven ten westen van Willem van Gents vaert ten zuijden van de stede ende erve van Jan Peterss Genen gelegen is. Streckende van de voornoemde erve uijt den noorden zuijtwaerts in tot het clooster van Emsteijn toe volgens d’acte van metinge van dato den 10e meert 1667. Daervan oost d’erfgenamen van Cornelis Stevenss Swarts ende west die gemene geërfdens ende Adriaen de Ruijter cum suis d’een teijnden den anderen. Geëxtimeert op 400 £.

Item alnoch soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voornoemt gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een perceel moergronden, gelegen ten oosten van Vrouwkens vaert ontrent den Geer in Sgravelduijn Waspick en Cappel respectieve, gemeen ende onbedeelt met Jan Gijsbertss ende Mels Thomass dewelcke met haer beijde is compiterende de helft. Geëxtimeert op 40 £.

Item alnoch soo sijn de gelijcke kinderen ende erffgenamen voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een hoecksken moergronden, gelegen in Sgravelduijn Waspick over den waterganck teijnde de stede van Wouter Zeijlmans, gemeen met Thomas Zeijlmans. Geëxtimeert op 3 £.

Item houden de weduwe, kinderen ende erffgenamen gemeen ende onbedeelt een stuck hooij ende weijlants gelegen in Besoijen aenden Krommendijck, gecomen van Anneke Aert Claess. Streckende voor van der halve Herstraet uijt den zuijden noortwaerts in tot den ouden straetsloot toe.

Item houden de weduwe, kinderen ende erffgenamen voornoemt alnoch gemeen ende onbedeelt een parceel moergronden gelegen in Mariendael onder Loon.

verte

in date den 12e meert 1632. Daer van gelegen noorden Adriaen Jan Matheuss, suijden d’erffgenamen van Adriaen Rommen, streckende vander halver Vroukens vaert oostwaerts in tot de hoeff van Heucelom toe.

Item alnoch soo is den voornoemde secretaris gelot, gecavelt ende beërfdeelt op het gerechte derde part van een gedeelte moervelden, grasdries ende hoefken gelegen in ‘Sgravelduijn Waspick in de stede van de weduwe van Hendrick Peters opt Hoeck, gemeen ende onbedeelt met Mels Thomass ende den voornoemde Jan Gijsbertss ende dat in alle formen ende manieren gelijck ‘tselve bij Thomas Jansz secretaris in sijn leven alhier, haren vader en grootvader respectieve bij coope (niets ingevuld) vercregen heeft ende uijtwijsens seekere deelinge tusschen voornoemden (niets ingevuld) ende sijne verdere consorten, gepasseert in dato den 3e december 1617.

Item alnoch soo is den voornoemden secretaris gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van een partijke moergronden, daer van de andere helft hem mede is compiterende, gelegen in ‘SGravelduijn Waspick over den waterganck ‘teijnde de stede van Wouter Huijbertss Zeijlmans.

Item alnoch soo is den voornoemden secretaris bevallen op twee hondert vijftig gulden bij sijnen vader vereert voor een recognitie wegens het secretarij ampt.

Item alnoch soo is den voornoemde secretaris ende Johan Zeijlmans ‘tsamen ende elck voor de helft gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de eene helft van een partij moer metten gronden, gelegen ten oosten van Willem van Gents vaert, gemeen ende onbedeelt met de kinderen van Huijbert Janss de

Bont, streckende eggende ende ruggende als bij de generale deelinge.

In de kantlijn: Ick ondergeschrevene Johan Peter Zeijlmans verclare ende bekenne geen actie noch recht te hebben op den nevenstaende moer ende gront, laet den selven ten behoeve van Thomas Zeijlmans. Present Mels Zeijlmans, stadhouder, ende heemraden voorss die dese nevens hem Zeijlmans hebben onderteeckent desen 27e februarij 1671.

Dan moeten op dese loten uijtreijcken aen Aert Rijcken 54 £ ende aen Sijken de Bije voornoemt 100 £ daer van sij op hodie voor schepenen bekennen voldaen ende betaelt te sijn.

Item alnoch soo is den voornoemde secretaris ende Huijbert Zeijlmans ‘tsamen ende elck voor de helft gelot, gecavelt ende beërfdeelt op eene mergen moergronden gelegen ten zuijden vande Santschel in de Quekel ontrent An de Bont onder ‘Sgravelduijn Cappel. Streckende van Ambachtsheeren gront uijtten westen oostwaerts in ter halver Meulen leij, d’erfgenamen vanden secretaris Govert van Alphen zuijden, soo groot ende cleijn, uijtwijsende seeckere deelinge gepasseert ende ondertekent bij Jan den Lantmeter ende Mels Zeijlmans cum suis in date den 19e meert 1647 ende deselve haer aen gecomen volgens acte van renunciatie, gepasseert ende ondertekent bij de kinderen van Grietje Jacobs in dato den 25e junij 1652.

Item hiertegens is Huijbert Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een geerde hoij ende weijlants, gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen ende onbedeelt met Jan Otgens cum suis in een stuck van ses geerden. Daer van Huijbert Peter Wouters gelegen is oost ende west. Streckende van Hendrick Luijten Ambacht tot d’Oude Mase toe. Welcke voorss geert lants alvorens met consent van de voorss kinderen ende erffgenamen, bij den voornoemden Huijbert Zeijlmans was vercoft aen den Heijlige Geest alhier in date den 16e april 1666 mitsgaders op een somme van 164 £, daer van hij bekent betaelt ende voldaen te sijn door handen van sijn respectieve broeders ende swagers.

Item hiertegens so is Johan Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op anderhalf geerde hoij ende weijlants gelegen in Cleijn Waspick, gemeen ende onbedeelt met Huijbert Hendricks cum suis, in een stuck van negen geerden. Streckende eggende ende ruggende als bij de generale deelinge.

Item alnoch soo is den voornoemde Johan Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op eenen acker zaeijlant met de veldekens daer aen beijde de eijnden gelegen ende behoorende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve, tusschen erffenisse Cornelis Lamberden met sijnen erve ende acker gelegen west ende Turcq met sijn veldeken ende Jochem de Bruijn met sijnen acker d’een ‘teijnden den anderen oost. Streckende vander halver Her straete uijt den noorden zuijtwaerts in tot den ‘Sgravelduijnse sloot toe. Dan met dien verstanden soo moet desen voorss acker met den acker hiernaer volgende bevallen aen Jochem de Bruijn elcx even breet sijn. Ende sal dese voorss twee loten moeten uijtreijcken aen Sijken de Bije sijne moeder de somme van 1258 £ op dagen ende termijnen bij het eerste lit vande generale deelinge geinsereert.

Item hiertegens soo sijn gelot, gecavelt ende beërfdeelt Aert Cornelis Rijcken, Adriaen Hendrick Boeser ende Dirck Zeijlmans op drie geerden hoij ende weijlants gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen ende onbedeelt met Jan Otgens cum suis, in een stuck van ses geerden. Streckende, eggende ende ruggende als vooren. Ende tot egalisatie van desen soo moeten sij elck voor een gerechte derde part ontfangen van Johan Zeijlmans ende Jochem de Bruijn een somme van 395 gulden, daer van sij bekennen op hodie voor schepenen ondergeschreven door handen van Johan Zeijlmans ende Jochem de Bruijn voldaen ende betaelt te sijn.

Item alnoch is den voornoemden Dirck Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een half stuck hoijlants gelegen in Besoijen ontrent den Crommendijck, gemeen ende onbedeelt met sijn moeder. Ende dat in alle forme streckende, eggende ende ruggende als hetselve bij Anneke Aert Claess sijn grootmoeder beseten is geweest. Geëxtimeert op 600 £, daer van hij moet uijtrijcken aen Jochem de Bruijn, de somme van 300 £ welcke overige 300 gulden hem Zeijlmans sijn verstreckende voor sijn houwelijcx goet gelijck mede doen de 300 £ van Jochem de Bruijn, dewelcke hij de Bruijn bekent van Dirck Zeijlmans op hodie ontfangen te hebben. Ende verclarende Dirck Zeijlmans ende Jochem de Bruijn hier mede voor haer houwelijcx goet te nemen haer contentement.

Item hiertegens is Jochem de Bruijn gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een acker zaijlant gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve met het veldeken gelegen ‘teijnden den acker van Meerten Aertss Turcq mette houtwassen daerop staende. Johan Zeijlmans met sijnen acker westen ende Meerten Aertss met sijnen acker oostwaerts. Den voornoemden Turcq vant veldeken westwaerts ende de weduwe ende kinderen van Adriaen Willem Blanckerts oostwaerts. Streckende vander halver Her strate uijt den noorden suijtwaerts in tot den ‘Sgravelduijnse sloot toe.

Item sijn Thomas, Jan ende Dirck Zeijlmans met Aert Cornelis Rijcken, Adriaen Hendricxss Boeser ende Jochem Jacobss de Bruijn ‘tsamen in qualiteijt voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een halve geerde lants, gelegen inde polder van Groot Waspik, in een stuk van ses geerden, gemeen ende onbedeelt met Jan Otgens cum suis. Streckende eggende ende ruggende als vooren, welck voorss halve geerdt lants alvoorens met consent vande vordere erffgenamen is vercocht aende kerck alhier indate den 16e april 1666 voor de somme van 250 £.

Aldus soo verclaerden de voorss kinderen ende erffgenamen hier mede vanden anderen gescheijden ende gedeelt te wesen soo als voorss is. Ende sal een ider sijne portagie ende gedeelten aenveerden in alsulcken vougen ende manieren ofte gestaltenisse als die iegenwoordigh sijn. Ende dat met alle gebuerelijcken rechten van stegen, wegen, waterloopen ende gangen metten last van contributien, meulen ende sluijsgelden, renten ende chijnsen den goederen of goede subject daer op staende ende behoorende sonder d’een den anderen daermede te lasten maer elck voor sijne portie ende gedeelte te vrijen ofte malcanderen in meerder ofte minder maten iet te vergoeden. Alsoo de voorss deelinge is geschiet op de groote ende bij parceelen gelijck die in hunnen hoefslach sijn liggende ende bij hunne voorsaten gepossideert ende beseten geweest ende als boven sijn gelegen. Dan wert wel besproken ende geconditioneert dat Jochem Jacobss de Bruijn sal wegen ende stegen voor nu ende ten eeuwigen dagen met sijnen acker over het veldeken ende voor eijnt vanden acker vanden voornoemde Johan Zeijlmans ter Her straten af. Wel verstaende dat de twee ackers malcanderen sullen helpen onderhouden den stoep in den dijck, met het bruijcxken inden waterganck, met een hecken aent noorteijnde vande stege ende de steegh welcke hecke ende brughsken tegenwoordigh teniet wesende sij malcanderen sullen helpen maken ende alsoo voorts te onderhouden. Item is alnoch geconditioneert ende geaccordeert dat Johan Zeijlmans sal hebben het gebruick van het oostense veldeken met allen de houtwassen daer op staende uijtgesondert de opgaende boomen. Met dien verstande dat hij sal laten volgen den halven hof int voorss veldeken gelegen ‘tsij aent zuijden of aent noorden ten behoeve van sijnen moeder waertegens Jochem de Bruijn sal hebben het gebruick van ‘t westense veldeken met allen het schaerhout daerop wassende. Ende naer de doot van des selfs haere moeder naer ‘t exprieren vant jaer daer deselve in sal comen te sterven, elck voor ‘t sijn ende aen ‘t sijn behoorende den eijgendom vandien alsdan de veldekens te aenvaerden. Vorders verclarende de voorss kinderen ende erffgenamen te renuncieren van alle vorderen recht die d’een op d’ander soude konnen moveren ‘tsij van eenigh houwelijcx goet ofte ander pretensie. Alsoo op hodie hier suijver bij hun comparanten is gerekent ende geliquideert ende sijnde sij comparanten mette selve reeckeninge, liquidatie, calculatie ende egalisatie volcomentlijck te vreden ende geconsenteert. Ende daerop alsoo gescheijden ende gedeelt gelijck sij hier mede rechtelijck vertijden ende vertegen d’een tot den anderen proffijt soo als recht is, met hant halm ende monden onder ‘t verbant als naer rechten.

Aldus gedaen ende gepassert ter presentie van stadthouder ende heemraden voorss ende mij als secretaris present ende ter ordonnantie van stadthouder ende schepenen ondertekent datum ut supra

T. Seijlmans, secretaris, 1671.

Fol. 32v

Scheijdinge ende erfsmaeldeelinge tusschen Willem Corneliss Swart ende Anthonij Corneliss Swart woonende alhier tot Waspick ende dat van seeckere binnen delle, gelegen opden oostencant van Vroukens vaert in Sgravelduijn Waspick, de welcke sij tsamen gemeen ende onbedeelt hebbende gehadt leggende tusschen erffenisse Cornelis Jochem Rijcken ten noorden ende Anthonij Joosten vanden Hoeck gelegen ten zuijden. Streckende vander halver Vroukens vaert uijtden westen oostwaerts in totte delle ende erve van Willem Huijbertss Zeijlmans toe. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 30e jannuarij 1671.

Op huijden desen 30e jannuarij 1671 compareerden voor ons stadthouder ende schepenen des dorps Waspick ondergeschreven Willem Corneliss Swart ter eenre ende Anthonij Corneliss Swart ter andere zijden de welcke voor ons in twee looten ende cavelen hebben gestelt de voorss delle die sij comparanten gemeen waren hebbende. Streckende, eggende ende ruggende als voorss staet genomineert. Soo is sulcx dat den voornoemde Willem Corneliss Swart bij blinde lootingh is gelot, gecavelt ende beërffdeelt met de gerechte helft opden noirden cant vande voorss delle ende daertegens soo is den voornoemden Anthonij Corneliss Swart bij blinde lotinge gelot, gecavelt ende beërffdeelt op mette gerechte wederhelft op den zuijden cant vande voornoemde delle. Ende dat in alle forme als deselve in haeren hoefslach gelegen is.

Aldus soo sijn de voorss compartanten hier op rechtelijck vertijt ende vertegen d’een tot des anders proffijt, hantalm ende monde, soo als recht is, sonder dat d’een op des anders lot ende gedeelte sal hebben ofte behouden eenige verdere actien ofte pretentie. Maer daer van geheelijck sijn renuncierende. Behoudelijck dat een ider voor het sijn sal onderhouden alle wegen, stegen, schauwen ende nabueren rechten elck tot sijn behoorende. Dan is geconditioneert dat comparanten voorss malcanderen nu meij eerstcomende den vaertcant sullen maecken ende dan elck voort sijn alsoo onderhouden. Present ten overstaen van Mels Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans, schepenen.

Fol. 33r

Scheijdinge ende erfsmaeldeelinge tusschen Willem Corneliss Swart als schriftelijck last ende procuratie hebbende van Gerrit Corneliss Swart, deselve gepasseert voor gerichts mannen des dorps Aelst in Bommelreweerdt in date den xje jannuarij 1671 ouden stijl ende Anthonij Corneliss Swart. Ende dat seeckere huijsinge, hoff, erve, ackerlant, weij ende hoijlanden, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick. Mitgaders daer van mede een gedeelte gelegen onder den dorsps van Sgravenmoer respaective. Alhier voor recht aengebrocht desen lesten jannuarij 1671.

Op huijden desen lesten jannuarij 1671 soo compareerden voor stadthouder ende schepenen des dorps Waspick ondergeschreven Frans Corneliss Swart, Willem Cornelis Swart, in qualita qua ende Anthonij Corneliss Swart de welcke ter presentie van schepenen alhier in drie looten ende cavelen hebben gestelt alsulcke huijsinge, hoffen, erve, ackerlant, grasdriessen, weij ende hoijlanden daer aen gelegen ende behoorende als sij comparanten ende mede in qualite voorss alnoch gemeen ende onbedeelt hebbende gehadt, leggende inde ambachte van Sgravelduijn Waspick ende de dorpe van Sgravenmoer respective, volgende de deelinge van date den (den) 29e april 1670. Daernaest geërft ten noorden de weduwe ende kinderen van Hendrick Janss alias op Hoeck cum suis, ende zuijden Cornelis Jochemss Rijcken. Streckende uijtden oosten vanden acker van Adriaen Corsten westwaert in totte vaert van Sgravenmoer toe. Staende dese voorss goederen belast met eene rente van eene gulden vijf stuijvers jaerlijcx. Daer mede elck voor een derde part sal blijven belast.

Item inden eersten soo is den voornoemden Willem Corneliss Swart, schriftelijcke last ende procuratie hebbende van voornoemde Gerrit Corneliss Swart, sijnen broeder, deselve gepasseert voor gerichts mannen des dorps Aelst in Bommelreweerdt in date den xje jannuarij 1671 ouden stijl, ons stadthouder ende schepenen, ondergeschreven, gebleken ende voorgelesen bij blint loth gelot, gecavelt ende beërffdeelt ten behoeve vanden voornoemden Gerrit Corneliss Swart op den voorhuijse, opcamer, kelder der voorss huijsinge mitsgaders int achtersten gebijnt naest den koeijstal mette leeghte van thien voeten opde roeij te meten gelijcx de stijlen oostwaerts in mette noirdense helft vande koeijstal ende de staffinge daer boven met dien verstanden dat de noirdense helft van de staffinge langer sal sijn den nombre van vier voeten als het suijdense loth.

Item alnoch soo is den voornoemden Willem Swarten in qualite voorss geloth, gecavelt ende beërffdeelt op de leeghte van vijf roeijen ende acht voeten erven den hoff gelegen ten oosten van ’t voorss huijs te weten vanden muer vanden huijse af oostwaert in op de gehelen breeten.

Item alnoch soo is den voornoemden Willem Swarten in sijn voorige qualiteijt geloth, gecavelt ende beërffdeelt op vijfftalf roij erven inden hoef achter t huijs neffens den dijck metten gerechten derde part inden hooff over den dijck bevallen op den noirden cant vanden selven.

Item alnoch soo is den voornoemden Willem Corneliss Swart in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op den achtersten grasdries gelegen buijtendijcx met het gerechte derde part van het voorste eijnt van t hoeij ende weijlant te weten tusschen den voornoemden grasdries ende den Sgravelduijn sloot voor vanden grasdries dwers af te meten de lenghte van het gerechte derde part.

Item alnoch soo is den voornoemden Willem Corneliss Swart in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte derde part vant lant onder Sgravenmoer opden suijden cant. Streckende vander halver Sgravelduijnse sloot uijt den oosten westwaerts in tot de vaert toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Willem Corneliss Swart in qualite voorss geloth, gecavelt ende beërffdeelt op een gerechte derde part vanden acker gelegen voorss huijsinge te weten opden suijden cant ten noorden vanden stege met de lenghte van 32 roeden ende daer dan over te gaan inden midden met een gerechte derde part de lenghte van 32 roeden ende dan weder om over te gaen ten noirden met het gerechte derde part de lenghte van 23 roeijen tot den erve van Adriaen Corsten toe.

Item hiertegens soo is Frans Corneliss Swart voor eerst bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt ende bevallen opde keucken geut ende soo wijt als de keucken is streckende het overige in beijde gebinten tgene boven de 20 voeten bevonden sal worden. Met het zuijden eijnt vande koijstal te weten de gerechte helft mette tassinge daer boven tgene naer het eerste lot bevonden sal worden.

Item alnoch soo is den voornoemden Frans Corneliss Swart gelot, gecavelt ende beërffdeelt op vijff roeijen erven ’t eijnden het eerste lot te meten vande vijff roeijen en acht voeten af oostwaert in.

Item is den selven alnoch beërfdeelt op vijftalf roeijen en acht voeten inden hoof gelegen ten suijden vanden voorss huijsinge te weten van het naervolgende lot bevallen aen Anthonij Swarten uijt den westen oostwaerts in.

Item alnoch soo is den selven beërfdeelt op een gerechte derde part vanden hooff over den dijck op het middelste loth. Item alnoch op den noordense helft vanden grasdries daer ‘teijnden aen gelegen te weten vande willige af te meten.

Item alnoch soo is den selven beërfdeelt in het midden vant lant met het gerechte derde part te weten vande loten van Gerrit Swarten westwaert in tot het derde part bevallen aen Anthonis Swarten toe.

Item alnoch soo is den selven bevallen ende beërfdeelt op het middelste derde part vant lant onder Sgravenmoer daer van Gerrit Swart gelegen zuijden ende Anthonij mettet naervolgende lot ten noirden. Dan met dien verstande soo sal dit loth 2 voeten breder moeten wesen als het lot van Gerrit ende Anthonij Swarten om redenen dat daer in gelegen is eenen ouden sloot.

Item alnoch soo is den selven gelot, gecavelt ende beërffdeelt met een gerechte derde part inden acker voor in het midden ende in het middelste block ten noirden ende in het achterste block ten zuijden. Streckende, eggende ende ruggende int overgaen als het eerste lot vanden selven acker.

Item hiertegens soo is Anthonij Corneliss Swart bij blint lot gelot, gecavelt ende beërffdeelt inden voors huijse opde incamer ende het overige vanden geut met tien voeten in het voorste gebijnt naest de camer aengelegen. Item metten paertstal ende de lenghte van een roeij erve vande paertstal af oostwaerts inde breete vande paertstal ende verder niet.

Item is den selven gelot, gecavelt ende beërffdeelt op vijfftalf roeij erven in het midden vanden hoof gelegen ten zuijden vant huijs te weten vant lot van Gerrit Corneliss Swart uijtden westen oostwaert in ende met het derde part vanden hoof overden dijck gelegen tot suijden ende inden voorsten grasdries mette gerechte helft gelegen mede ten suijden.

Item alnoch soo is den selven gelot, gecavelt ende beërffdeelt met het gerechte derde part vant lant te weten van het loth van Frans Swarten uijtden oosten westwaerts in totden Sgravelduijnse sloot toe. Ende over den sgravelduijnse sloot bedeelt metten gerechte derde part int lant onder Sgravenmoer opden noordense kant. Streckende, eggende ende ruggende als vooren.

Item alnoch soo is den voornoemden Anthonij Corneliss Swart geloth, gecavelt ende beërffdeelt op den hooff ofte erve gelegen ten oosten vande voornoemde huijsinge mette lenghte van vijff roeijen te meten dwers af van het 2e loth van Frans Swarten oostwaert in. Mitsgaeders alnoch met het gerechte derde part vanden acker in het eersten block ten noirden ende in het middelste block vanden selven acker ten suijden. Ende in het achterste block met sijne derde part als vooren gelegen in het midden. Streckende, eggende ende ruggende als het eerste ende tweede loth hier voor bevallen aen Frans ende Gerrit Corneliss Swart.

Aldus verclaerden de voorss comparanten hiermede vanden anderen gescheijden ende gedeelt te wesen soo als voorss is. Ende sal een ider sijn partagie ende gedeelte aenveerden in voegen ende alsulcke manieren ofte gestaltenisse als die jegenwoordich alhier gedeelt ende gelegen sijn volgens de palen aldaer geslagen ende dat in vervolgens de voorss groote hier mede staet geannoteert. Ende dat met allen gebuerelijcke rechten van stegen, wegen, schouwen, waterloopen ende gangen sonder nochtans malcanderen te verhinderen in eenige uijtweginge alsoo het d’een over d’ander behout sijnen wegh inde landerijen. Ende voorts metten last van contrabutie, renten ende chijnsen den goeden ende goederen subject sijnde daer op staende ende behoordende sonder d’een den anderen daermede te belasten maer elck voor sijne portie ende gedeelten te vrijen ofte malcanderen in meerder ofte minder maeten jet te vergoeden, maer haer sullen moeten houden als voorss staet. Dan met dien verstanden soo sal het eerste ende tweede loth hebben ende mede behouden in vrijen eijgendomme dat leegh erff tegens den dorsvloer te meten vande roeij bevallen aen Anthonij Swarten uijt den westen oostwaerts in tot den deurstijl vande hoogh deure vant achterhuijs toe. Ende dat gelijcx den oostense stijl vanden paertstal sonder voorder. Item is alnoch geconditioneert dat sij comparanten tsamen behouden haren wegh over de geut door de middeldeure naert achterhuijs ende soo over den dorsvloer gelijck sij mede gehouden blijven te onderhouden de middel deur ende den dorsvloer mette hooge deure ende het dack boven de hoogh deuren. Is alnoch geconditioneert dat elck tegens sijn wooninge sal mogen timmeren soo wijt naer ’t zuijden tot op den hoeck vande zuijdense stijl vande hoogh deuren. Item houden sij comparanten alnoch gemeen den werf aent huijs mette stege neffens den acker ende de stege naer het hooijlant buijtendijcx. Dan is mede geconditioneert ende geaccordeert dat de keucken ende de kamer geenen wegh en sullen hebben door de voordeure maer haren wegh moeten nemen van in en uijt te gaen door elck sijnen seijldeur tegen sijnen wooninge. Ende Frans en Anthonij tsamen op haren geut int gescheijt een middelschot maken met een deur daerin ende alsoo onderhouden. Item is verders wel geconditioneert ende geaccordeert voor haer ende haren nacomelinge dat niemant van haer sal vermogen de voorss haere portie ende gedeelten vanden voornoemden huijsinge afte breecken ofte te laten vervallen maer belovende sij comparanten altoos ten simpele vemanen vanden eenen den anderen geintresseerden wederom op te maken ofte te doen maken sonder eenich tegen seggen. Ende daerop rechtelijck vertijt ende vertegen soo als recht isd’een tot des anders proffijt met hant alm ende monde sopnder dat d’een op des anders loth ofte gedeelte hebbende houdende eenige verdere actien, pretensie maer van alles renoncherende ende desisterende. Alles onder verbant als naer rechten. Present ende ten overstaen van Mels Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans, heemraden, ende mij secretaris present.

Fol. 34v

Op huijden desen xve februarij xvjc een en tseventich compareerden alhier ter secretarije voor schepenen ondergeschreven den eersamen Adriaen Huijbertss de Bruijn, hooijschipper des dorps van Waspick voorss uijt den naem ende van wegen Dingna Peter Otgens ende Adriaentje Huijbertss de Bruijn sijne moeder ende suster respective daer vooren hij hem is sterckmakende ter eenre ende Willem Janss Buijs ter andere sijde. Den welcke tsamen metten anderen in minnen ende vrientschappen veraccordeert sijnde noopende ’t leggen ende maken van den stege op den gront van Dingna Peterss ende Adriaentje Huijberts de Bruijn hare vier geerden gelegen inden polder van Groot Waspick ten oosten vanden watermolen daer vanden voornoemden Buijs met sijn vier geerden is ten oosten ende Peter Melss met acht geerden ten westen. Te weten ende dat op conditie dat den voornoemden Buijs de stege sal maken ten westen opde voorss vier geerden van Dingna ende Adriaentje de Bruijn vanden dijck ofte straet westwaerts (de lengte tot teijnde den wiel tegens de voorss landen gelegen) dat men daer met wagen en paerden bequamelijck sal connen over rijden. Anderhalven voet boven het gemeene lant. Ende dat tot sijnder costen ende ’t selve alsoo naer behooren gemaeckt hebbende soo sal den voornoemden Buijs mette voorss sijne vier geerden neffen Dingna Otgens ende Adriaentje de Bruijn daer over mogen wegen ende stegen, rijden ende jagen over deselve stege soo vrijelijck als over sijn eijgen goet tot den vasten gront van sijne vier geerden toe. Sonder verder de ander vier geerden te mogen rippen ? ofte roeren ende dat alsoo voor nu ende ten eeuwigen dagen soo met sijnen wagen, peerden, beesten als andersints. Ende dat met dien verstanden dat den voornoemden Buijs int rijden ende jagen gehouden sal blijven met sijne beesten, peerden cort int afgaen vande stege naer sijne vier geerden sal moeten overhoop houden sonder aende voornoemde Dingna ende Adriaentje de Bruijn te doen eenige intrest op privatie van sijne wegh. Ende is alnoch geconditioneert dat naer het voorss opmaken der gemelte wegh ofte stege de selve bij partijen voortaen alsoo sal moeten werden onderhouden gelijck sij mede gehouden sullen sijn ende blijven voor haer ende hare nacomelinge te hangen een hecke op den voornoemden stege ofte andere beheijninge soo sij dat met malcanderen sullen verstaen mette vordere beheijninge die totte voorss stege van noden souden mogen wesen. Aldus gedaen onder verbant als naer rechten. Present ende ten overstaen van Johan zeijlmans, relate ende Jan Otgens, heemraet ende mij secretaris present. P. Seijlmans, secretaris, 1671.

Fol. 35r

Op huijden desen xje meert xvjc eenentseventich compareerden voor ons schepenen ondergeschreven den eersamen Jan Huijbert de Bont, Gerrit Mathijss Otgens als man ende vooght van Elisabeth Peterss Nobel als gebleven boedelhouster van Jan Willems Cloot, ende Thomas Zeijlmans, secretaris, alle woonende tot Waspick. De welcke tsamen metten anderen in allen minnen ende vrientschappen veraccordeert sijn de nopende t leggen ende maken van een stege op den gront vanden voornoemden comparanten inden ambachte van xj½ Hoeve voor eerst tusschen de erve int gescheijt van Jan de Bont ende Thomas Zeijlmans half en half op hunnen erve voorss ten oosten vande hoeck vande huijsinge ofte als inden peertstal van Jan de Bont zuijden in tot den erve ende voor eijnt vande acker van Zeijlmans ende Otgens toe op de breete van een roeij ende aldaer dan voorts over het vooreijnt vanden voornoemden Otgens ende Jan de Bont uijtten oosten west in tot de erve van Arien Cornelis Camp. Ende dat met dien verstanden dat daer over sullen mogen wegen ende stegen, rijden ende jagen, soo vrijelijck als over haer eijgen goet den acker ende erve van Arien Cornelis Camp, Jan de Bont, Gerrit Otgens ende den voorss Zeijlmans jegenwoordich aldaer neffens den anderen hebben leggende sonder meer. Ende dat voor nu ende ten eeuwigen dagen soo met haren wagen, peerden, beesten als andere vee. Soo tot op ende af vooren vant selve lant sonder in eenige andere ofte vordere goederen gehouden te sijn maer alleenlijck tot het gebruijck ende sultivatie van hunne comparanten vier ackers neffens den anderen gelegen als voorss. Ende dat op dese conditie dat Jan de Bont ende Thomas Zeijlmans ‘tsamen ende elck voor ‘tsijn den voornoemden wegh ende stege sullen onderhouden op haren gront uijt den noord zuijden in tot de voorss erve toe vanden voornoemden Thomas ende Otgens ende dan voorts Gerrit Thijss ende Jan de Bont elck op het vooreijnt voor ‘tsijn. Dan wert vorders geconditioneert dat den voornoemden Thomas Zeijlmans ende Jan de Bont tsamen den wegh uijt het zuijden vanden voorss peertstal noord in tot der halver Her straet sullen maken ende alsoo onderhouden voor haer ende hunne nacomelinge mettet hecken aende straet voor welcken wegh vant zuijden vande peertstal Thomas Zeijlmans vergunt wert vanden voornoemden de Bont te saetten op sijnen erve tegens den hoeck vanden voorss Zeijlmans sijne schuer een verckens cooije. Ende dat om dese redenen dat den voorss wegh ten noorden vande stal is leggende op het erf vanden voornoemden Zeijlmans. Dan is vorders conditie dat de voorss vier ackers ‘tsamen sullen leggen eenheulken ofte een brughsken steecken inden Pispot ende alsoo onderhouden met dien verstanden dat de oncosten vant selve heulken ofte brughsken betaelt sullen werden naer rato daerinne gegoet sijnde inde vier voorss parcelen lants gelijck sij oock gehouden blijven ‘tsamen te onderhouden een stoep inden dijck mette straet daer tegens voor nu ende ten eeuwigen dagen. Voor allen ‘tgene voorss is verbindende sijn comparanten hunnen respective persoonen ende goederen, roerende ende roerende, present ende toecomende. Submitterende alle den selven ende den ceure vandien onder t verbant als naer rechten. Actum gepasseert voor heemraden Steven Cornelis Swart ende Johan Zeijlmans.

Fol. 35v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Willempke Commeren zaliger met namen Gerrit Jans als man ende voocht van Neeltje Melssen, voor dochter van Willemken Commeren verweckt bij Mels Janss ende Mathijs Corneliss Camp getrouwt sijnde met Anneke Jacobs naedochter vande selve verweckt in echtebedde bij Jacob Joosten. Ende dat van alsulcke goederen als de voorss Willemken Commeren metter doot ontruijmt ende naergelaten heeft. Alhier voor recht aengebrocht desen xiiije meert 1671

Item inden eersten soo is Gerrit Janss in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van eenen acker zaijlant mette veldekens daer aen gelegen ende behoorende. Gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve opden westen cant tusschen erffenis den voornoemden Camp mette wederhelft vanden acker ende veldekens gelegen oostwaerts ende Huijbrecht Pouwelss vanden geheelen acker westwaerts. Streckende vanden waterganck uijtden noorden, suijden in tot de erve vande graeffelijckheijt van Hollant ofte het clooster goet toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Gerrit Janss in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van een veldeken gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve ‘teijnden den voorss acker, gemeen ende onbedeelt metten voornoemden Camp daernaest geërft sij oost de erffgenamen cum suis ende west Huijbrecht Zeijlmans. Streckende vander halver Her straten uijtden noorden, zuijden in tot den waterganck toe. Dan moet desen voorrs looten ontfangen van Mathijs Corneliss Camp tot egalisatie een somme van 527 £ 10 stuijvers daer van te betalen d’eene helft gereet ende contante bij de opdrachte deser ende d’ander helft over een jaer op date van desen precijs sonder langer.

In de kantlijn: Gerrit Janss bekende voor mij secretaris den eersten termijn van dese uitreijckinge tot 260 £ met alnoch 7 – 10 stuijvers aen sijn dochter ontfangen te hebben door handen Mathijs Corneliss Camp sijnen swager. Actum datum desen 24e meij 1671.

In de kantlijn: Neeltje Mels weduwe van Gerrit Janss bekende ende verclarden ter presentie van hare minderjarigen kinderen dat bij haren voorss man zaliger is ontfangen door handen Mathijs Cornelis Kamp de resterende penningen vande voorss uijtreijckinge de somme van 260 gulden ende verclaren bij desen te nemen daer mede hem contantement ende des in oirconde dese bij haer weduwe ende des selffs minderjarige kinderen onderteeckent desen 19e meert 1678. Nelgen Melsen, Lambert Boudewijns.

Item hier tegens soo is den voornoemden Mathijs Corneliss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft vande huijsinge, erve, hove, driessen ende acker daer aen gelegen ende behoorende, gestaen ende gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick in voegen, formen ende manieren als deselve gemeen ende onbedeelt is leggende metten voornoemden Camp ende Willem Jacobs, tusschen erffenisse Neeltje Janss Fiers ende Jan Janss Camp d’een teijnde den anderen gelegen ten oosten, Peeter Gerritss Dolck, Aechtje Corneliss Buijs ende Mels Zeijlmans d’een teijnde d’anderen gelegen ten westen. Streckende vander halver Her straten uijtden noirden, zuijden in tot Sgravelduijnse sloot toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Mathijs Corneliss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van eenen acker zaijlants mette veldekens aen beijde de eijnden gelegen ende behoorende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve, gemeen en onbedeelt met Hendrick Jochemss Schoenmakers. Daer van gelegen ten oosten den voornoemden Schoenmakers ende west Huijbert Hendrickss Schoenmakers. Streckende vanden waterganck uitden noorden, zuijden in tot het cloosters goet toe, nu de graefelijckheijt van Hollant.

Item alnoch soo is den voornoemden Mathijs Corneliss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een geert hoij ende weijlants, gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick, gemeen en onbedeelt met Joost Sijmons, den voornoemden Camp ende Willem Jacobs, in een stuck van ses geerden. Daer naest geërft ten westen Cornelis den Ruijmen ende oost de heer Johan van Gils. Streckende vanden ambachte van Sgravelduijn Waspick uijt den zuijden, noirden in tot het Schipdiep toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Mathijs Corneliss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van een parceelken ackerlant gelegen in Sgravelduijn Waspick groot ontrent een hont ofte soo groot en cleijn als ‘tselve aldaer gemeen ende met Wilmken Anthonis ende Willem Jacobs gelegen is tusschen erffenisse de Kerck van Waspick gelegen west ende oost Peeter Mathijs Otgens. Streckende vande bijsters ofte erve vanden voornoemden Peeter Otgens cum suis uijtden noorden, zuijden in tot het ackerlant ende erve van Stoffel Keijsers toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Mathijs Corneliss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op het gerechte sestiende part van een parceelken ackerlant gelegen inden ambacht van Sgravelduijn Waspick voorss ende dat in voegen, formen ende manieren soo groot ende cleijn als ’t selve aldaer gemeen ende onbedeelt met Willem Jacobs in sijnen hoefslach tusschen erffenisse gelegen is. Daer naest geërft west Hendrick Franss Boeser ende oost den voornoemden Willem Jacobs. Streckende vanden bijster ende erve van Willem Jacobs cum suis uijt den noorden, zuijden in totte corte maten toe. Ende moet den voornoemden Mathijs Corneliss Camp op dese voorss looten uijtreijcken aen Gerrit Janss tot egalisatie vande selve de somme van 527 £ 10 stuijvers op date ende termijnen als voorss.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen gemeen en onbedeelt twee geerden drie vierendeel van eender geert hooij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspick, gelegen opden westen cant van elf geerden, onbedeelt in sestalf geert, met den voornoemden Camp ende Willem Jacobs. Daer van gelegen mette wederhelft Maijken Peters met hare kinderen cum suis ten oosten ende ten westen vande geheel elf geerden het gasthuijs van Geertruijdenberch. Streckende vanden ambachte van xj½ Hoeve uijt den suijden, noirden in tot de oude Mase toe.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen alnoch gemeen en onbedeelt een half veldeken in xj½ Hoeve met Hendrick Jochemss Schoenmakers. Daer van den voornoemden Gerrit Janss ende Mathijs Corneliss Camp gelegen sijn ten westen ende Hendrick Jochemss voorss oostwaerts. Streckende vander halver Her straten uijt den noorden suijtwaerts in totten waterganck toe.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen alnoch gemeen en onbedeelt eenen halven hoff mette houtwasschen gelegen in Sgravelduijn Waspick, gemeen en onbedeelt metten voornoemden Camp ende Willem Jacobs. Daer naest geërft west Adriaen Adriaenss de Jonge ende daer van oost naest geërft Cornelis Peter Janss cum suis. Streckende vander halver Her straten uijtden noirden, zuijden in tot d’erffgenamen van Merten Gerrits hare erve toe.

Item houden de voorss condividenten erffgenamen alnoch gemeen en onbedeelt haere portie ende gerechtigheijt inde moerdelle gelegen in Sgravelduijn Waspick opden westen cant van Vroukens vaert, gemeen en onbedeelt met den voornoemden Camp, Willem Jacobs voor een vierde part, Aechtjen Buijs ende de weduwe van Huijbert de Bruijn voor drie vierde parten.

Item houden de voorss condividenten alnoch gemeen en onbedeelt de half del aende twee wielen daervan de andere helft is compiterende Willem Jacobs ende den voornoemden Mathijs Corneliss Camp, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeven tusschen erffenisse Dingeman Peterss cum suis gelegen westwaerts ende Aert Adriaenss Bommelaer cum suis oostwaerts. Streckende vander halver Her straten uijtden zuijden, noorden in tot den ambachte van Groot Waspick toe.

Aldus soo verclaren de voorss erffgenamen metten anderen alsoo naer gecomen calculatie ende egalisatie gescheijden ende gedeelt te sijn soo als voorss staet. Ende sal een ijder sijn partagie ende gedeelten aenveerden in alsulcken voegen ende gestaltenisse als die jegenwoordigh leggende ende gepossideert sijnde. Ende dat met alle behoorlijcken ende gebuerkelijcke lasten als oock allen gebuerelijcken rechten van wegen, stegen, schauwen, contrabutien, renten als andere lasten den goeden ende goederen subject sijnde daer op staende toe ende aenbehoorende sonder dat d’een den anderen daermede sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maeten sullen hebben te vergoeden alsoo de voorss deelinge op de groote ende bij parceelen is gedaen gelijck die altoos beseten, gepossideert in haren hoefslach gelegen sijn. Dan is wel geconditioneert ende geaccordeert dat seeckere renten van ses stuijvers j oort sijnde de helft van 12 stuijvers 8 penningen waer mede belast is staende de delle van van Gerrit Adriaenss Baes ende den halven acker bevallen aen Mathijs Corneliss Camp sal werden betaelt d’eene helft bij Gerrit Janss ende d’ander helft bij Mathijs Cornelis Camp, sijnde elck iij stuijvers 1 oort. Ende vorders renuncierende van alle voordeelen ende daerop sij erffgenamen voorss alsoo rechtelijck vertijdende ende vertegen d’een tot des anders proffijt sonder d’een op dánder sijne looth ofte gedeelten te houden eenige actien ofte pretensie. Maer verclarende sij condividenten erffgenamen te wesen hunne mindelijcken accoort ende deelinge daer vooren verbindende tot naercominge van tgene voorss is specialijcke haren respective persoonen ende generalijcke hunne goederen. Stellende deselve ten bedwanghe als naer rechten. Present ende ten overstaen van Mels Thomas Zeijlmans, stadthouder, Coenraet Adriaenss Baes, Johan Zeijlmans ende Johan Otgens, heemraden ende mij secretaris present, T. Seijlmans, secretaris, 1671.

Fol. 37r

Ten dage voorschreven compareerde voor ons Johan Zeijlmans, Johan Otgens ende Coenraet Adriaensen baes, heemraden des dorps Waspick, Mathijs Corneliss Camp ter eenre zijde ende Gerrit Janss sijnen swager ter andere zijde, woonende beijde alhier tot Waspick voorss. Dewelcke de voorss comparanten voor ons hebben gereeckent ende geliquideert nopende het gebruijck over en wederover vande erffgoederen bij het leven van haer moeder zaliger gehadt. Mitsgaeders andere coopmanschappen over coope van wagen, ploegh, eght ende andere bouwgereetschappen als mede de ontfangene penningen van wege haeren moeder zaliger ontfangen met den uitgeeff daer tegens van dien. Item als alnoch de aliementatie bij Mathijs Corneliss Camp aende selfs sijnen moeder gedaen ende bevonden in dese vereeckeninge bij suijvers calculatie alles tegens den anderen afgetrocken ende vereffent soo dat de voorss Camp aen Gerrit Janss sijn swager schuldich blijft een somme van een hondert vijffentnegentich £ acht stuijvers thien penningen, De welcke hij Camp belooft te betaelen eerdaeghs naer het passeren deser. Ende vorders verclarende sij comparanten voorss te renuncieren van alle verdere actien en presensien die d’een tot den anderen uijt den hoofden deser soude willen sustineren. Maer ter contrarie bekenne ende verclaeren sij comparanten bij desen ten vollen vergenoegt ende geconsenteert te sijn. Daervoor verbindende sij comparanten specialijck haere respective persoonen ende generalijck allen haere roerende ende onroerende, present als toecomende, Submiterende deselve ende dekecire ? vandien. Ondert verbant als naer rechten. Present schepenen voorss en mij als secretaris.

Gerrit Janss bekende voor mij ter presentie van schepenen in specie op mindernisse van dese bovenstaende vereeckeninge ontfangen te hebben dertich ducatons. Actum date ut supra.

Gerrit Janss bekende voor mijn door handen Mathijs Corneliss Camp sijnen swager ontfangen te hebben de somme van vijffentwintich gulden op mindernisse van dese vereeckeninge. Actum den 24e meij 1671.

Fol. 37v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Wouter Wouterss Boeff zaliger bij namen Pieter Wouterss Boeff, Steven Wouterss Boeff ende Mathijs Jans Camp als getrouwt hebbende Berbel Wouterss Boeff. Ende dat van alsulcken goederen als den voornoemden haren vader metter door geruijmt ende naergelaten heeft. Gedaen ende gepasseert desen xje meij 1671.

Item inden eersten soo sijn Peter ende Steven Wouterss Boeff tsamen ende elck voorde helft geloth, gecavelt ende beërffdeelt op vier geerden lants gelegen inden polder van Groot Waspick, gemeen mette kinderen van Michiel van den Eijnden, in een stuck van twelff geerden, gecomen vanden schout van Gils zaliger, gelegen tusschen erffenisse d’erffgenamen van Dirck Hendricx gelegen west ende d’erffgenamen van Wouter Janss, schout, gelegen oost. Streckende vanden Ambachts van xj½ Hoeve uijt den suijden noirtwaerts in ter halver Oude Mase toe.

Item alnoch soo sijn Peter ende Steven Wouterss Boeff tsamen als voor geloth, gecavelt ende beërfdeelt op een ackerken zaijlants met het veldeken daeraen behoorende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Adriaen Janss ende Adriaen Dircken, gekomen van Huijbert Dircken ende Peter Melss, d’een t’eijnde den anderen gelegen oost ende Mathijs Janss Camp met het westense ackerken gelegen neffens den acker ende d’erffgenamen van Vas Jacobs neffens den bijster ofte veldeken westwaerts. Streckende van erve van Vas Jacobs af zuijtwaert in tot Oude Vaert toe.

Item alnoch soo sijn Peter ende Steven Wouterss Boeff tsamen als voren geloth, gecavelt ende beërffdeelt op het gerechte derde part vanden groote Graen Thient gelegen tot Raemsdonck, gemeen met Thomas de Toith ?? cum suis. Soo met appendentie ende dependentie als haren vader daerinne gerecht ende de brieven daer van mede brengende sijn. Dan tot egalisatie soo moet Peter ende Steven Boeff aen Mathijs Janss Camp uijtreijcken de somme van 50 £ contant gelt bij opdrachte deser sonder langer.

Item hiertegens soo is Mathijs Janss Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërffdeelt op de stede metten hof ende ackerlant daer aen behorende, gestaen ende gelegen inden polder van Groot Waspick tusschen erffenisse d’erffgenamen van Anna van Clootwijck met haren erven gelegen oost ende Jan Jacobss Timmerman met sijne stede ende erff west. Streckende vanden ambachte van Raemsdonck af aent suijteijnt noortwaerts in totte Kerck ende Armens lant van Raemsdoncq cum suis toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Camp in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een parceelken ackerlants gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse den voornoemden Peter ende Steven Wouterss Boeff met haren acker voorss oost ende d’erffgenamen van Dingeman Janss ende d’erffgenamen van Vas Jacobss d’een teijnden den anderen gelegen westwaert. Streckende van d’erffgenamen van Dingeman Janss ende d’erffgenamen van Vas Jacobss erve af zuijtwaert in tot d’erffgenamen van Vas Jacobss en den voornoemden Peter ende Steven Boeff hare veldeken ofte hunne erve toe. Dan soo moet dese voorss loten ontfangen van Peter ende Steven Wouterss Boeff tot egalisatie vande selve de somme van 50 gulden contant gelt.

In de kantlijn: Mathijs Janss Camp bekenden door handen van Steven Wouterss Boef ontfangen te hebben de somme van 25 £ in voldoeninge van sijn portie van de uijtreijckinge. Actum date ut supra.

In de kantlijn: Mathijs Janss Camp bekenden voor mijn secretaris ontfangen te hebben door handen Peter Wouterss Boef de somme van 25 £ in voldoeninge van dese neffenstaende uijtreijckinge. Actum den xve november 1675.

Aldus soo sijn condividenten erffgenamen voorss hier op rechtelijck vertijt ende vertegen d’een tot des anders proffijt soo als rechts is sonder dat d’een op des anders loth off gedeelte eenige actie ofte prtentie meer sijn hebbende ofte behoudende anders als voorss is. Dan moet een jder ende blijft gehouden t sijn te aenveerden met alle wegen, stegen ende schouwen met contrabutie ende andere lasten den goeden ende goederen subject sijnde (wijders verclarende partijen malcanderen reeckening ende bewijs gedaen te hebben noopende den geheelen sterfhuijse, sonder d’een op d’ander te houden eenige vordere actien ofte pretentie maer allen deselve met dese delinge door ende teniet alles ter goeder trouwe. Gepasseert ten overstaen Mels Thomas Zeijlmans, stadthouder, Jan Otgens, heemraet, vervangende Coenraet Baes sijnen confrater.

Fol. 38v

Contract tusschen Huijbert Pouwels Zeijlmans ende d’erffgenamen van Commerken Janss Buijs.

Op huijden desen xixe junij xvjc eenentseventich compareerde voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Waspick ondergeschreven den eersame Huijbert Pouwelss Zeijlmans weduwenaer wijlen Commerken Janss Buijs in haren leven gewoont hebbende alhier tot Waspick voorss ter eenre, Willem Janss Buijs, Aert Dingemans als getrout hebbende Jacobken Janss Buijs, Hendrick Jochemss als man ende vooght van Anneke Janss Buijs ende Maijken Janss Buijs ter presentie van haren soone Jacob Joosten ende daeren boven geassisteert met Cornelis Jochem Rijcken, heemraet in wette alhier, haren gecoren voocht in desen, alle woonende binnen den respective ambachte van xj½ Hoeve ende Hendrick Luijten Ambacht, tsamen in dier qualite als erffgenamen vanden voornoemden Commerken Janss Buijs ter andere sijde. De welcke comparanten verclaren tesamen met den anderen in alle minnen ende vrientschappen overcomen ende veraccordeert omme alle vordere moeijten, onheijlen ende verschillen ende quellinge te verhoeden die alrede tusschen hen comparanten waren geresen ende noch namaels soude comen te rijsen ten waere daer bij tijts met desen accoorde met en waere in versien. Ende sijn dienvolgende alsoo met malcanderen overcomen nopende het versterfte vande voornoemde Commerken Janss Buijs uitwijsens seeckere houwelijcke voorwaerden tusschen de voornoemden Huijbert Zeijlmans ende Commerken Jan Buijs tsamen houwelijcx lieden op gericht voor den notaris Adriaen Janss de Ruijter ende seeckere getuijgen resiederende binnen den dorps van Waspick in dato den 30e augustus 1666 ende aengaende soude hebben connen gemeten seckeren acker met den hof ende veldekens daer aen behoorende, gelegen in xj½ Hoeven tusschen erffenisse als den selven contracte van houwelijcxe voorwaerden is mede brengende. Ende dan vordere goederen gepart ende gedeelt te werden half ende half. Soo is sulcx dat partijen alhier sijn veraccordeert in voegen, formen ende manieren hier nae beschreven. Dat allen de erffgoederen bij staende houwelijck beseten ende bij Commerken Janss Buijs metter door ontruijmt bij hen partijen gedeelt sullen werden half ende half volgens de rechte van Zuijt Hollant. Dan met dien verstanden soo sal den voornoemden Huijbert Zeijlmans, weduwenaer voorss, hebben ende behouden allen den imboel ende haeffelijcke goederen, soo peerden als beesten, wagen, ploegh, eght ende andere bouwgereetschap mitsgaeders hoij, strooij ende cooren, bedt, bult, tinnewerck, pot, ketel, kannen, stoelen en bancken ende alles wat inden huijse ende daer buijten bevanden sal werden van gelt, gout, silver, juweelen niets ter werelt uijtgesondert dan alleenlijck linden en wollen totden lijve vanden overledene behoorende. Mitsgaeders alle incomende penningen te ontfangen den boedel convernerende ende daertegens gehouden sijnde alle uitgaende schulden te betalen gelijck als oock mede de doot schulden, belangende de uijtvaert. Dan blijven partijen gehouden tsamen te betalen een gerechte derde part vande achterstallige 200e penninck dewelcke sal comen te verschijnen de anno meij 1672. Item is alnoch geconditioneert ende geaccordeert dat hij Zeijlmans weduwenaer voorss sal hebben voor desen saijsoen het gebruijck vande stede daer hij jegenwoordigh op woonende is met allen den aencleven vandien. Dan met dien verstanden den huijse, schuer, hoff metten werf tot meij eerstcommende1672 toe. Mits deselve te vrijen van contrabutie, sluijs en molengelden voorden selve jare. Item is alnoch conditie dat aen hem sal blijven allen de huerlanden bij staende houwelijck gehuert mits de voorss erffgernamen daer van te ontlasten costelijck ende schadeloos te houden. Ende daerenboven beloven sij erffgenamen aenden voornoemden Zeijlmans te betalen tot vergoedinge vande doorschult als andersints de welcke hier vooren bij hem … aengecomen te betalen de somme van 150 £ t stuck tot xx stuijvers. De selve somme te betalen bij het passeren den contracte deser precies sonder langer. Item is alnoch conditie dat de costen van verteeringe gevallen int maecken vant accoort betaelt ende afgedragen sullen werden bij den voornoemden Zeijlmans ende de verdere costen van verteeringe gevallen op ’t schrijven ende t passeren van deser sullen betaelt werden bij haer ider voor hooft gelijck mede gedaen moeten werden de costen van verteeringe die sullen comen te vallen op t schrijven ende passeren vande naervolgende deelinge. Maer belangende het leses van stadthouder, heemraden ende secretaris ider half ende half. Ten einde belovende sij comparanten hiermede te nemen hen volcomen contentement sonder jets d’een tot des anders last meer te hebben ofte te behouden maer van alles sijn renuncierende ende desisterende. Daer op sij comparanten alhier rechtelijcke sijn vertijdende ende tot naercominge van desen soo verbinden sij comparanten daer vooren een vooral ende jder als principael specialijcken haren respectiven persoonen ende generaelijcken allen haren roerende en onroerende, present als toecomende, submitterende deselve ende den ceure vandien. Onder ’t verbant ende bedwanck als naer rechten. Aldus gedaen ende gepasseert ten comptoire van mijn secretaris ter presentie ende ten overstaen van Mels Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochum Rijcken ende Johan Zeijlmans, heemraden, ende mij secretaris present, T. Zeijlmans, secretaris, 1671

Ontfangen bij mij ondergeteeckent Huijbrecht Pauwelis Zeijlmans door handen Hendrick Jochemss Schoenmakers, Willem Janss Buijs, Aert Dingemans ende Marijken Janss de somme van een hondert vijfftich guldens. Desen xviije februarij 1672

Fol. 39r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Huijbert Pouwelss Zeijlmans weduwenaer wijlen Commerken Janss Buijs woonende binnen den dorpe van Waspick ter eenre, Willem Janss Buijs, Maijken Janss Buijs ter presentie van haren soon Jacob Joosten ende daerenboven geassisteert met Cornelis Jochem Rijcken, heemraet in wette alhier, Aert Dingemans als getrout sijnde met Jacobken Janss Buijs, Hendrick Jochemss als man ende vooght van Anneke Janss Buijs, tsamen woonende tot Waspick ende Hendrik Luijten Ambagt respective. Ende in dier qualiteijt erffgenamen van Commerken Janss Buijs voorss ter andere zijden. Van alle de erffgoederen bij den voornoemden Commerke Janss Buijs ende Huijbert Pouwelss Zeijlmans tsamen staende houwelijck beseten ende metter doot ontruijmt. Alhier voor recht aengebrocht desen 19e junij 1671.

Item inden eersten soo is den voornoemden Huijbert Pouwelss Zeijlmans weduwenaer voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op twee geerden hoijlants gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick onverdeelt met de voornoemde erffgenamen cum suis, in een stuck van negen geerden, daer naest ten westen belent Aert Adriaenss de Bruijn cum suis ende oostwaerts de vijf geerden compiterende den Armen van Waspick cum suis. Streckende vanden ambachte van Sgravelduijn Waspick uijt den zuijden, noortwaert in ter halver Oude Mase toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Huijbert Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechtige helft van anderhalf stede gelegen tot Raemsdonck, bestaende in hof ende ackerlant, wel verstaende de gerechte helft vande geheele breete vande anderhalf stede met het gene d’erffgenamen van Jacob Hendricx daerin compiterende sijn. Gelegen bedeelt op den westencant ende de voorss erffgenamen met de wederhelft gelegen ten oosten ende ten westen gelegen Steven Wouterss Boef. Streckende vanden ambachte van Groot Waspick uijt den noorden, zuijtwaert in tot de geere ende erve van Jan Jacobss Timmerman toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Huijbert Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op twee partijkens moer metten gront gelegen inden ambachte van Sgravelduijn Waspick gemeen ende onverdeelt met Willem den Mulder tot Cappel, gelegen tusschen erffenisse de weduwe van Theunis Janss Snijder cum suis gelegen ten westen ende ten oosten de respective dwarsdelle in allen formen ende manier gelijck deselve bij Jan Willemss Buijs ende den voornoemden Willem den Mulder in coop vercregen hebben van zaliger Jan de Cuijper cum suis.

Item alnoch soo is den voornoemden Huijbert Zeijlmans gelot, gecavelt ende beërfdeelt op eenen acker zaijlant met den hoff ende de veldekens daeraen gehoorende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeven gelegen tusschen erffenisse Bastiaen Huijbertss de Graeff met sijn huijse ende hof ende de erfgenamen van Melis Hendricx met den acker d’een teijnden den anderen gelegen west, de kinderen van Dirck Hendricx ende Hendrick Jochemss Schoenmakers d’een teijnden den anderen gelegen oost. Streckende vander halver Her straten uijt den noorden zuijtwaert in tot het cloosters goet toe.

Item alnoch soo is den voornoemden Huijbert Zeijlmans bevallen ende beërfdeelt op een gerechte helft van een obligatie van 50 £ capitael metten verloopen intrest van dien staende tot lasten van Gerrit Janss, geteeckent date den 8e jinij 1662.

Dan soo sullen de gelijcke erffgenamen tot vergelijckinge ende egalisatie vande voorss looten moeten uijtreijcken aenden voornoemden Huijbert Zeijlmans in gereet ende contant gelt bij de opdrachte deser de somme van drie hondert gulden.

In de kantlijn: Ontfangen bij mij ondergeschreven door handen Willem Janss Buijs, Aert Dingemans, Hendrick Jochumss Schoenmakers de somme van drie hondert ende dat in voldoeninge van dese neffenstaende uijtreijckinge. Toirconde geteeckent desen xviije februarij 1672, Huijbert Pawlus.

Item hiertegens soo sijn Wiilem Janss Buijs, Maijken Janss Buijs geassisteert met Cornelis Jochem Rijcken, heemraet voorss, Aert Dingemans als getrout sijnde met Jacobken Janss Buijs ende Hendrick Jochemss Schoenmakers als man ende voocht van Anneke Janss Buijs indier qualite erffgenamen van Commerken Janss Buijs voorss tsamen gelot, gecavelt ende beërfdeelt op seeckere stede gelegen in xj½ Hoeve bestaende in huijs, schuerken, backhuijs, hof, erf ende dellen daer achter aen gelegen ende behoorende in allen formen ende manieren even gelijck Huijbert Pouwelss ende Commerken Janss Buijs voorss die tsamen beseten is geweest. Gelegen tusschen erffenisse Huijbert Hendricx cum suis oostwaerts ende Cornelis Claess gelegen westwaerts. Streckende vander halver Her strate uijt den zuijden westwarts in tot den ambachte van Groot Waspick toe.

Item alnoch soo sijn de voornoemde erffgenamen als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte drie vijffde parten van eenen acker zaijlants met de veldekens ende houtwasschen daer op staende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve gemeen en onverdeelt met Cornelis ende Heijltje Pouwelss in forme als die altoos bij Pouwels Wouter gepossideert sijn geweest ende aldaer in sijnen hoefslach is leggende tusschen erffenisse Gerrit Janss gelegen oostwaert ende Adriaen Janss gelegen westwaert. Streckende vanden erve van Huijbert Zeijlmans uijt den noorden zuijtwaert in tot het cloosters goet toe.

Item alnoch soo sijn de voornoemde erffgenamen als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op een geerde hoijlants gelegen inden ambachte van Cleijn Waspick, gemeen en onverdeelt met de voornoemde Hendrick Jochemss, Maijken Janss Buijs ende Huijbert Zeijlmans voorss in een stuck van negen geerden, gelegen tusschen erffenisse Aert Adriaenss de Bruijn cum suis met ses geerden gelegen westwaerts, den Armen van Waspick cum suis gelegen oostwaerts. Streckende vanden ambachte van Sgravelduijn uijt den suijden noortwaert in ter halver Ouder Mase toe.

Item alnoch soo sijn de voornoemde erffgenamen als in qualite voorss gelot, gecavelt ende beërfdeelt op de gerechte helft van anderhalf stede gelegen tot Raemsdonck op den oostense helft bestaende in een hoff ende ackerlant, gelegen tusschen erffenisse Aert Adriaenss de Bruijn cum suis tsamen oostwaerts ende den voornoemden Huijbert Zeijlmans ende de erffgenamen van Jacob Hendrickss tsamen mette gerechtige wederhelft westwaerts. Streckende vanden ambachte van Groot Waspick uijt den noorden zuijtwaert in tot de hoeff toe.

Dan soo sullen de voornoemde erffgenamen als in qualite voorss tot vergelijckinge ende egalisatie vande voorss loten moeten uijtreijcken ende betalen aenden voornoemden Huijbert Zeijlmans in gereet ende contant gelt bij den opdrachte deser de somme van drie hondert guldens.

Aldus soo verclarende de voorss partijen metten anderen alsoo naergecomen calculatie ende egalisatie gescheijden ende gedeelt te sijn soo als voorss staet. Ende sal een jder sijn partagie ende gedeelten aenvaerden in alsulcken voegen ende gestaltenisse als die jegenwoordigh leggende ende gepossideert sijnde. Ende dat met allen behoorlijcken ende gebreeckelijcken lasten ende allen gebuerelijcken rechten van wegen, stegen, schouwen, watergangen, molen ende sluijsgelden met den last van contrabutien (als met dien verstanden de contrabutie van de stede tot Raemsdonck sal bij partijen half ende half betaelt moeten werden) ende de renten, chijnsen als andersints den goeden ende goederen subject sijnde daer op staende toe ende aenbehoorende sonder dat d’een den anderen daermede sal belasten ofte malcanderen in meerder ofte minder maten sullen hebben te vergoeden alsoo de voorss deelinge op de groote ende bij parceelen is gedaen gelijck die altoos beseten, gepossideert in haren hoefslach gelegen sijn. Ende vorders verclarende sij partijen te renuncieren van alle verdere actien ende pretensie die d’een tot den anderen souden willen sustineren. Maer nemende hier mede haer vol genoegen ende contentement voor nu ende ten eeuwigen dagen. Ende daerop sij partijen ende erffgenamen voorss alsoo rechtelijcken vertijden ende vertegen met hant alm ende monde d’een tot des anders proffijt. Alsoo sij partijen voorss verclaren te wesen hunnen mindelijcken accoort ende deelinge daer vooren sij condividenten erffgenamen verbindende tot naercominge vant gene voorss is specialijcken haren respective persoonen ende generalijcken hunne goederen. Stellende allen deselve tot dien eijnde onder ’t verbant ende bedwanck als naer rechten. Present ende ten overstaen Mels Thomas Zeijlmans, stadthouder, Cornelis Jochem Rijcken ende Johan Zeijlmans, heemraden, ende mij secretaris present.

Fol 41r

            Testament Dingentje Jochem Aerden

Op huijden desen xviije januarij twee en tseventich compareerde voor ons heemraden ondergeschreven des dorps van Sgravelduijn Waspick d’eersame Dingentje Jochem Aerden woonende in onsen Dorpe van Sgravelduijn Waspick kloeck ende gesont van lichamen wesende op gaende ende staende beenen, haer verstant, memorie ende vijff sinnen wel machtich wesende soo voor ons eijgen klaerlijcke scheen ende bleeck. De welcke overdenckende der gemeene loop der nature ende datter niet seeckerder is als de doot ende niet onseeckerder als de …. Deselver willende daeromme den seckerheijt vandien voorcomen ende van hare tijdelijcke goederen haer bij Godt almachtich op deser werelt verleent disponeren ter … dat haer Godt almachtich haer verstant, memorie ende vijff sinnen laet gebruijcken. Soo ist dat sij testatrice in forma van testament geeft gebiet, geordonneert ende gesloten dit haer testament ende uijterste wille in voegen ende manieren als volcht:

Inden eersten soo beveelt sij testatrice haere ziele aen Godt almachtich als sij uijt den lichame sal scheijden ende hare doode lichaem een eerlijcke begraeffenisse comende voorts totte dispositie van haere tijdelijcke goederen haer bij Godt almachtich op deser werelt verleent ende sij comparante te prelegateren ende vooruijt den gemeenen boedel te maken onvermindert haer wettelijck erfdeel aen Adriaentje Huijgen onmondige dochter van Huijg Peters een half huijs metten hoff daer aen gelegen ende behoorende. Wel verstaende de zuijdense wooninge daer sij comparante tegenwoordich in woonende is. Gestaen ende gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve tusschen erffenisse Jan Huijberts de Bont gelegen ten oosten ende zuijden ende de stede van Dirck Hendriks erffgenamen gelegen west. Streckende vande middel wegh staende int gescheijt vanden achterhuijs ende de voornoemde wooninge uijtden noorden, zuijden in tot Jan de Bont sijnen hoff ofte den halven sloot int gescheijt toe. Dan wilt ende begeert sij comparante dat Janneke Huijgen de zuster vande voorss Adriaentje Huijgen sal hebben indien sij t begeert vrij bij wooninge inde voorss huijsinge van Adriaentje Huijgen soo lang sij ongetrout wesen sal met het selven te helpen lasten naer rato sij het selve gebruijck is genietende. Ende dat met sijn wegen, stegen, schouwen ende nabueren rechten tot de selve wooninge ende hoff behoorende. Item alnoch haer comparante klederen soo linden als wollen, bed, bult ende sijn toebehoorten sonder nochtans haer vrijen willen daermede te mogen doen maer t selve te gebruijcken. Ende te trecken het jaerlijckse usufruckt soo lange sij leven sal met dien verstanden off sij Adriaentje Huijgen quame te trouwen soo sult tselve legaet van geender waerden sijn. Ende de selve goederen alsdan wederom gepart ende gedeelt sullen werden naer den rechten van Zuijt Hollant. Ende belangende hare verdere goederen soo have als erve egeene uijtgesondert daer van hier voren geen mentie en is gemaeckt ende sij comparante metter doot sal comen te ruijmen wilt ende begeert sij comparante dat bij hare gesamentlijcke kints kinderen ende hare kinderen vandien bij representatie sullen gedeelt worden naerden rechte van institutie. Dit verclarende sij comparante te wesen haren testament, lesten ende uijterste wille. Willende ende begerende dat t selve van weerden gehouden werden, vrachtmacht ende effect sorteren soo dat voor een schriften mensche testament behoort. Niet tegenstaende eenige costuijme ter contrarie die desen testamente mochten opste…en alle dewelcke deselve heeft gederoijeert gelijck sij doet bij desen reserverende niet ter… hare veranderen ende corrigeren soo dickwijls haer dat gelegen ende goedduncken sal, alles sonder froude. Aldus gepasseert ten comptoire van mijn secretaris ter presentie ende ten overstaen van Johan Zeijlmans ende Johan Otgens, heemraden ende mijn secretaris present, T. Seijlmans, secretaris, 1672.

Fol. 41v

Scheijdinge ende erffsmaeldeelinge tusschen Willem Janss Buijs, Maijken Janss Buijs ter presentie van haren zoon Jacob Joosten ende daerenboven geassisteert met Cornelis Jochem Rijcken, heemraet in wetten alhier, haren gecoren voocht in desen, Aert Dingemans als getrout hebbende Jacobken Janss Buijs, Hendrick Jochemss als getrout sijnde met Anneke Janss Buijs tsamen in dier qualiteijt erffgenamen van Commerken Janss Buijs. Ende dat van desselfs goerderen bij haer metter doot geruijmt ende naergelaten volgens seeckere afdeelinge bij hen erffgenamen aengegaen met Huijbert Pauwelss desselfs weduwenaer in date den 19e junij 1671 alhier voor recht aengebrocht desen 12e november 1671 voorss.

Fol. 42r

Staet ende inventaris vande erfgoederen, haeffelijcke ende imboel bij Mariken Cornelis Rijcken ende Huibert Zeijlmans bij staende houwelijck beseten hebbende als incomende en uijtgaende schulden. Alles bij den voornoemden Mariken metten doot ontruijmt ende naergelaten. Mitsgaders een gerechte achtentwintichsten part inde stede van Peter Thomass Zeijlmans, secretaris in sijn leven alhier. Aengebrocht bij Huijbert Peterss Zeijlmans. Desen xxve november 1671.

Fol. 43r

Op huijden desen 25e november 1671 compareerde voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Waspick ondergenoemt in eigen persoonen Huijbert Peterss Zeijlmans weduwenaer van zaliger Marike Corneliss Rijcken woonende tot Waspick voorss den welcken verclaerden ende bekenden aengenomen te hebben gelijck hij doet bij desen van Cornelis Jochem Rijcken als grootvader ende bestorven vooght ende Thomas Zeijlmans, secretaris, als vaderlijcke oom ende toesiender der vier onmondige kinderen verweckt bij devoornoemde Mariken Rijcken.

Fol 43v

Contract: Thomas ende Gijsbert Jans Coninx, Huijbert Gijben ende Mels Thomas Zeijlmans in qualite als voogden

Op huijden desen xxe februarij 1672 compareerde voor ons heemraden des dorps Waspick ondergeschreven d’eersamen Huijbert Gijsbertss Coninx in qualite als vaderlijcke oom ende bestorven bloetvooght ende Mels Zeijlmans, stadthouder, als moederlijcke oom ende toesiender van Adriaenken, Maijken ende Jacob Janss Coninx ter eenre zijden, Thomas ende Gijsbert Janss Coninx tsamen kinderen van Jan Gijsbertss Coninx ende Theuntje Thomas Zeijlmans ter andere sijde. Ende hebben in het minnen ende vrientschappen met malcanderen veraccordeert ende omme verdere moeijten, onheijlen, verschillen ende quellinge te verhoeden die alrede tusschen de voorss comparanten waren geresen ende noch namaels soude comen te rijsen ten ware dat bij tijts met dese accoorde met en waren in versien.

Fol. 45v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de gelijcke kinderen ende erffgenamen van Aert Adriaens de Bruijn ende Maijken Janss Buijs zaliger haerren vader ende moeder respective bij namen Jan Aertse de Bruijn, stadthouder der heerlijckheijt van Cleijn Waspick, Adriaen Kievits als man ende vooght van Adriaentje Aerts de Bruijn, Catelijn, Jenneke ende Petronella Aertss de Bruijn tsamen ende elck int besonder met vrientschap ende inder minne met voorgaende deliberatie bij blinde loten gecavelt. Ende dat vam alsulcke goederen als haren vader ende moeder haer naergelaten ende metter doot geruimt heeft. Alhier voor recht aengebrocht desen 16e december 1672.

Fol. 47v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de gelijcke kinderen ende erffgenamen van zaliger Sijken Huijbrechtss de Bije bij namen Thomas Peterss Zeijlmans, secretaris des dorps Waspick, Huijbert, Johan ende Dirck Peterss Zeijlmans, Aert Cornelis Rijcken als man ende vooght van Anneken Peter Zeijlmans, Adriaen Hendrickss Boeser als getrout hebbende Truijcken Peter Zeijlmans ende Jochem Jacobss de Bruijn als man ende vooght van Jacomijntje Zeijlmans. Ende dat van alsulcke goederen als bij hare voornoemde moeder metter doot geruijmt ende naergelaten sijnde. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen xxje februarij 1673.

Fol. 48v

Staet ende inventaris vande goederen soo haeffelijcke als erfflijcke ende uijtgaende schulden bij Adriaen Driessen ende Willemken Artss tsamen staende houwelijck beseten ende bij Adriaen Driessen metter door geruijmt ende naergelaten hebbende. Alhier voor recht aengebrocht desen 9e october 1673.

Fol 49v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Willemken Artss weduwe wijlen Adriaen Driessen geassisteert met Gerrit ende Jan Otgens haren neve, mitsgaders alvoren gegeven consent van Jan Peterss Nieuwenhuijsen als man ende vooght van Dingentje Artss, Cornelis Claess ende Adriaen de Jonge ter eenre, Hendrick Driess voor hem selven, als mede in qualite als voocht voorde vijff onmondige weeskinderen van Claes Driess, Hendrick Damelss als man ende vooght van Peerken Driesen, Cornelis Driesen, Sijken Driesen geassisteert met Thomas Zeijlmans, secretaris, haren gecoren voocht in desen, Hendrick Deniss als man ende vooght van Maijken Driesen, woonende alle tot Dongen indier qualiteijt als erffgenamen van Arien Driess, tsamen ter andere zijde. Ende dat van alsulcke goederen als de voornoemde weduwe ende Adriaen Driess zaliger tsamen staende houwelijck beseten hebben. Voor recht aengebrocht desen xije october 1673.

Fol. 50v

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haeffelijcke als erfflijcke, incomende ende uijtgaende schulden bij Jacob Hendricks ende Lijsken Geerden staende houwelijck beseten hebbende ende bij deselve metter doot geruijmt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebracht desen 12e october 1673.

Fol. 51v

Staet ende inventaris van de goederen soo haeffelijcke als erfflijcke, incomende ende uijtgaende schulden bij Sijken Berten Vlees weduwe wijlen Wouter Jan Mathijs metter door geruijmt ende naergelaten hebbende. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 17e october 1673.

Fol. 53r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen gesamentlijck de kinderen ende erffgenamen van zaliger Sijken Berten Vleesch weduwe wijlen Wouter Janss Camp bij namen Cornelis Fransse van Ammeroij als getrout hebbende Anneke Wouterse Camp, Jochem Thonis Aerden als man en voogt van Mariken Wouters Camp, Janneken ende Maijken Wouterss Camp, Gerrit Wouterss Camp, out ontrent 21 jaren geassisteert met Thijs Janss Camp sijnen oom ende den voornoemden Mathijs Janss Camp in qualite als vaderlijcke oom en vooght ende Michiel Berten Vleesch als moederlijcke oom ende toesiender van Lijsbeth ende Jenneke Wouterss Camp. Ende dat van alsulcke goederen als bij haere voornoemde moeder met der doot geruijmt ende naergelaten heeft. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 27e october 1673.

Fol. 54r

            Contract

Op huijden desen 27e october xvjc drie en tseventich compareerden voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Waspick hier ondergeschreven d’eersamen Cornelis Franss als man ende vooght van Anneke Wouters voor hem selven als hem mede sterckmackende voor Gerrit Wouters sijnen swager, out ontrent 21 jaren, hier mede present Jochem Thonnis Aerden als getrout hebbende Mariken Wouters, Janneken ende Maijken Wouters geassisteert met den voorss Cornelis Franssen tsamen ter eenre zijde. Mathijs Janss Camp als vaderlijcke oom ende in qualite als vooght ende Michiel Berten Vleesch als oom ende toesiender van Lijsbeth ende Jenneke Wouterss, onmondige dochters van Wouter Janss ende Sijken Berten Vleesch ter andere zijde.

Fol. 54v

Op huijden desen 27e october xvjc drie en tseventich compareerden Janneken ende Maijken Wouterss Camp gesusters, woonende tot Waspick, ende hebben rechtelijck voor recht aengenomen Lijsbeth ende Jenneke Wouters hare minderjarige susters. Ende dat van Mathijs Janss Camp als vaderlijcke oom ende gerechten bestorven bloetvooght ende Michiel Berten Vleesch als moederlijck oom ende toesiender der voorss twee kinderen.

Fol. 55r

Staet ende inventaris van de goederen soo haeffelijcke als erffelijcke, incomende ende uijtgaende schulden bij Adriaen Bastiaenss Boeser metter doot geruijmt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht bij Adriaen Corneliss Buijs op den 27e october 1673.

Fol. 56r

            Testament: Geertruijt Jan Gijben, Aentje Jan Kanters

Op huijden desen 2e november xvjc drientseventich compareerde voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Groot Waspick ondergeschreven d’eerbare Geertruijt Jan Gijben, jonge dochter ontrent (niets ingevuld) jaren, geboortich van den Reijen inde landen van Breda. Ende iegenwoordich woonende tot Huijbert Peter Zeijlmans tot Groot Waspick voorss aldaer sieckelijck te bedde leggende nochtans haer verstant, memorie ende vijff sinnen wel machtich wesende soo dat voor onsen oogen genoegsaem scheen en bleeck. De welcke overdenckende den gemeenen loop der natuere ende datter niet seeckerder is als de doot ende niet onseeckerder dan de … der selver. Willende daeromme d’onsekerheijt vandien voorcomen ende van hare tijdelijcke goederen op deser werelt verleent disponeren ter wijlen haer Godt almachtich haer verstant, memorie ende vijff sinnen laet gebruijcken. Soo ist dat sij testatrice voorss heeft gewilt, gemaeckt, geordonneert ende gesloten bij forme van testament ende uijtterste wille gelijck sij wil, maeckt, ordonneert ende sluijt mits desen. Inden eersten bedeelt sij testatrice voorrs haere ziele aen Godt almachtich als sij uijtden lichaem sal scheijden ende hare dode lichaem een eerlijcke ende christelijcke begravenisse. Voorts comende totte dispositie van haere tijdelijcke goederen soo heeft sij Geertruij Jan Gijben voorss indien sij voor Aentje Jan Canters, haer moeder, woonachtich op den Reijen voorss, comt te sterven sonder kinderen naer te laten dat deselve haere moeder voorss naer haer doot sal hebben ende genieten alle hare goederen soo haeffelijcke als erffelijcke, imboel, linden ende wollen, gout ende silver, gemunt ende ongemunt, geen vandien uijtgesondert.

Fol. 56v

Staet ende inventaris van de haeffelijcke ende erffgoederen, imboel, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Leenaert Hendrickse Scheuren ende Maria Theuniss bij staende houwelijck beseten hebbende ende bij deselve metter doot geruijmt ende naergelaten hebbende. Aengebrocht den 8e november 1673.

Fol. 57v

Staet ende inventaris van alle de haeffelijcke ende erffgoederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Adriaen Peterss Fijnenbuijck ende Hendricksken Aertss tsamen houwelijcke luijden bij staende houwelijck beseten hebben ende bij deselve metter doot geruijmt ende naergelaten hebbende. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht den 20e november 1673.

Fol. 60v

Staet vande goederen bij deelinge gevallen aen Adriaen Peterss minderjarige soone van Peter Aertss tegens de weduwe van Poulus Freijss op den je december 1673.

Fol. 61r

Staet ende inventaris van de haeffelijcke ende erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Dingeman Dirckss Schoenmakers ende Maijken Huijberts de Bruijn bij staende houwelijck beseten hebbende ende bij Maijken Huijberts de Bruijn naergelaten ende metter doot geruijmt. Alhier voor recht aengebrocht den 2e december 1673.

Fol. 62v

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Janneken Peters Fijnenbuijck woonende tot Cappel, geassisteert met haer twee soone Freijs ende Jan Poulus ter eenre. Thomas Peter Seijlmans, secretaris alhier, als wettelijcke gestelde curateur ende Rombout Adriaenss van Besoijen in qualite als toesiender ende vooght met als voren gegeven consent van stadthouder ende heemraden ondergeschreven, mitsgaders Gerrit vanden Hoeck ende Wouter Janss Duijser woonende tot Cappel ter andere sijde. Ende dat alles ten behoeve van Adriaen Peterss jegenwoordich uijtlandigh indier qualiteijt als erffgenaem van Adriaen Peterss Fijnenbuijck ende Hendricksken Aertss. Ende dat van alle de erfgoederen ende obligatie de welcke bij den voornoemden Adriaen Peterss Fijnenbuijck ende Hendricksken Aertss tsamen in staende houwelijck beseten ende metter doot geruijmt hebbende. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 8e december 1673.

Fol. 64r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Mattijs Janss Camp in qualite als voight van Gerrit Wouterss Camp, out sijnde 21 jaren, hier mede present ter eenre ende Jochem Theunis Aerden als man ende vooght van Marike Wouterss Camp te andere zijden. Ende dat van seeckeren parceel bijstergronden gelegen in Sgravelduijn Waspick tusschen erffenisse Willem Jacobss cum suis gelegen west ende den bijster van Adriaen Bastiaenss Boeser gelegen oost. Streckende vanden acker gelegen aen suijden noortwaerts in tot op een vierendeel honts na tot het vierde lot vanden voornoemden bijster bevallen op de weeskinderen van Wouter Janss Camp volgens seeckere twee distincte deelinge gepasseert voor wethouderen van Waspick in date den 22e meij 1669, mitsgaeders den 27e october 1673.

Fol. 64v

Staet ende inventaris der erf haef ende meuble goederen, gout, silver, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Gerrit Janss Boudewijns ende Neeltje Mels Zeijlmans staende houwelijck beseten hebbende ende bij Gerrit Janss Boudewijns metter doot geruijmt ende nu door deselve weduwe wert gepresenteeert aen Cornelis Lambertss in qualite als vooght ende Peter Mels Brouwer, stadthouder, als toesiender van Lambert, out 20 jaer, Adriaen, out 18 jaer ende Peter Gerritss out 14 jaer der voorss Gerrit Janss onmondige kinderen daer respective moeder van is Neeltje Mels. Jan Gerrits Boudewijns van Cappel ende Mels Zeijlmans, stadthouder tot Waspick als man ende vooght van Willemken Gerritss Boudewijns, Mels Gerritss Boudewijns, Jan Gerritss Boudewijns ende Janneke Gerritss Boudewijns geassisteert met Johan Peterss Zeijlmans, heemraet in wette alhier, haren gecoren vooght indesen, meerderjarige kinderen van Gerrit Janss voorss die hij mede verweckt heeft aende voorgemelte Neeltje Mels.

Fol. 68r

Memorie van goederen dewelcke op den 3e februarij 1674 rechtelijck ten versoecke van Neeltje Mels weduwe voorss, Jan Gerritss van Cappel, Mels Zeijlmans in qualite voorss, voorkinderen van Gerrit Janssen. Mels, Jan, Janneken, mitsgaeders Cornelis Lambertss als vooght ende Peter Mels Brouwer als toesiender van Lambert, Adriaen ende Peter Gerritss Boudewijns tsamen nakinderen rechtelijck getaxeert ende daer op aengenomen bij de voorss weduwe soo als volght:

Fol. 68v

Inventaris vande goederen bevallen aen Lambert, Adriaen ende Peter Gerritss Boudewijns bij afdeelinge gedaen op den 3e februarij 1674.

Fol. 69r

Staet ende inventaris der erf haef ende meuble goederen, gout, silver, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden die Huijbert Janss Vassen, pleijtschipper, laest weduwenaer van Truijcken Bastiaens Boeser de welcke sij tsamen bij staende houwelijck beseten hebbende ende nu onlangs bijde voornoemde sijne huijsvrouw metter doot ontruijmt ende naergelaten ende alhier voor recht aengebrocht ende opgeteckent door Huijbert Jansse Vassen wednr voorss waer van wert gepresenteert aen Hendrick Franss Boeser in qualite als vooght van Bastiaen Huijbert Vassen, onmondige soone, out ontrent vijff jaren, daer moeder van was Truijcken Bastiaens Boeser voornoemt.

Fol. 70r

            Contract van aenneminge

Op huijden desen viije februarij xvjc vierentseventich compareerde voor ons stadthouder ende heemraden des dorps Groot Waspick ondergeschreven d’eerbare Huijbert Janss Vassen, laest weduwenaer van Truijcken Bastiaenss Boeser zaliger sijne overledene huijsvrouw, woonende tot Waspick voorss. Ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen Bastiaen Huijbertss Vassen, onmondige soone die hij verweckt heeft bijde voornoemde Truijcken Bastiaense Boeser ende dat van Hendrick Franss Boeser als moederlijck outoom ende rechte bestorven bloetvooght vant voorss weeskint ende voorss met advijs van stadthouder ende heemraden in qualite als oppervooghden van alle wesen.

Fol. 70v

Staet ende inventaris der erff haeff ende meuble goederen, gout, silver, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden die Dingeman Peters weduwenaer ende gebleven boedelhouder van Aeltje Maertenss Camp tsamen beseten ende onlangs bij Dingeman Peters overleden ende naergelaten ende metter doot ontruijmt heeft ende dese alhier rechtelijck opgetekent. Ter presentie van Peter Janss in qualite als wettelijck gestelde vooght tot naerrichtinge van desselfs naergelaten weeskinderen op den 16e januarij mitsgaeders den 8e ende 12e februarij 1674 respective.

Fol. 73r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Adriaen Cornelis Buijs als man ende vooght van Lesken Bastiaensen Boeser, Hendrick Franss Boeser in qualite als vooght van Jan, Frans, Peeter ende Grietje Bastiaenss Boeser ende Huijbrecht Janssen Vassen weduwenaer van Truijcken Bastiaenss Boeser als vader ende vooght van Bastiaen Huijbrechtss Vassen, daer moeder van was de voorgemelte Truijcken Bastiaenss Boeser. Tsamen inder qualite als erffgenamen elck voor een gerechte derde part van Adriaen Bastiaenss Boeser haren swager broeder ende oom respective. Ende dat van de erffgoederen de welcke bij den voornoemde Adriaen Bastiaenss Boeser naergelaten ende metter doot geruijmt sijnde. Ende selve alhier voor recht aengebrocht desen 27e meert 1674.

Fol. 74r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen Maijken Freijss weduwe wijlen Adriaen Jan Thijs woonende tot Waspick ende hare drie kinderen die sij verweckt heeft bijden voornoemden Adriaen Jan Thijss bij namen Adriaen Janss Pasman getrout met Jenneke Adriaenss, Cornelis Janss Seeuw getrout hebbende Peterke Adriaenss ende Adriaen Martens van Gesel als man ende vooght van Freijsken Adriaenss ten anders indier qualite als erffgenamen voorss. Ende dat van alsulcke goederen als den voorgemelte Adriaen Jan Thijss ende Maijken Freijs weduwe tsamen bij staende houwelijck beseten hebbende ende bij Adriaen Jan Thijss metter doot geruijmt. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen xvje april 1674.

Fol. 75r

Erfsmaeldeelinge tusschen Adriaen Janss Pasman getrout hebbende Janneken Adriaenss, Cornelis Janss Zeeuw als getrouwt hebbende Peterken Adriaenss ende Adriaen Meertens van Gesel als man ende vooght van Freijsken Adriaenss in dier qualite als erffgenamen van Adriaen Jan Thijss. Ende dat van alsulcke goederen als haer hier vooren bij erfdeelinge ten deelen gevallen sijn. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 16e april 1674.

Fol. 77v

Staet ende inventaris van alle de erfgoederen mitsgaeders de kleeden, incomende ende vuijtgaende schulden dewelcke Peter Mathijs Otgens nu onlangs overleden ende metter doot geruijmt ende naergelaten heeft. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht desen 22e april 1674.

Fol. 78r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de gesamentlijcke erffgenamen van Peter Mathijss Otgens zaliger soone van Maijken Stoffelen van Gilse die sij verweckt heeft aen Mathijs Michielss Otgens met namen Jan Mathijss Otgens, Michiel Mathijss Otgens, Willem Janss Buijs als getrout hebbende Iken Mathijss Otgens. Als wettelijck gestelde vooght in desen deelinge is staende om reden dat den gerechte bestorven bloetvooght mede is deelende. Tsamen broeders, susters ende broers kinderen ende Cornelis Dirckss Otgens hiermede present, out ontrent 21 jaren, Johannes, Franss ende Mariken Dirckss Otgens, kinderen van Dirck Mathijss Otgens daervooren Johan Seijlmans vanden voormelten Peter Mathijss Otgens ende Stoffel Hendrick Keijsers nasoone van Maijken Stoffel van Gilsen ende halve broeder tsamen indier qualiteijt als erffgenamen inde naergelaten successie vande voornoemde Peter Mathijss. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht desen 25e april 1674.

[De zin beginnende met tsamen broeders.. moet voor de zin beginnende met Als wettelijcke gestelde …]

Fol. 79r

Scheijdinge ende smaeldeelinge tusschen Jan Mathijss Otgens, Michiel Mathijss Otgens, Willem Janss Buijs als man ende vooght van Iken Mathijss Otgens ende de kinderen van Dirck Mathijss Otgens bij namen Cornelis, Johannes, Frans ende Marike Dirckss Otgens. Daervoren dese deelinge is staende Johan Zeijlmans als wettelijck gestelde vooght door redenen als dat den bloetvooght indesen is mede delende tsamen met een heele hant als erffgenaem van Peter Mathijs Otgens zaliger. Ende dat van alsulcke goederen als deselve hier vooren bij deelinge bevallen sijnde. Alhier voor recht aengebrocht desen 25e april 1674.

Fol. 80v

Staet ende inventaris van de haeffelijcke als erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Truijcken Jan Matheus naergelaten ende metter doot geruijmt heeft. Alhier voor recht aengebrocht desen eersten april 1674.

Fol. 81v

Deelinge vande meuble goederen bevallen aende wesen van Hendrick Jans Vaders, soo ende gelijck als volght:

Fol. 82r

Accoort: d’erffgenamen van Truijcken Jans Vaders met de minderjarige kinderen van deselve.

Op huijden desen 15e meij 1674 compareerden voor ons schouteth ende schepenen des dorps Groot Waspick hier ondergeschreven den eersamen Jacob Janss Vaders woonende inde Vrije Hoeve onder Cappel voor hem selven ende in qualite als vooght voor de twee minderjarige soone van Hendrick Janss Vaders bij namen Jan ende Hendrick Hendrickss Vaders woonende tot Leijden, mitsgaeders alnoch vervangende Herman Jan Tielemans getrout hebbende Marike Janss Vaders woonende tot Bael ende Matheus Jans Vaders woonende tot Leijden voorss daer vooren hij hem is sterckmakende, belovende daer vooren de rato caveren ende Willem Janss woonende tot Sprangh in houwelijck hebbende Dingenken Janss vaders indier qualiteijt kinderen ende erffgenamen inde naergelaten goederen van Truijcken Jans Matheuss tsamen ter eenre. Ende Adriaen Jans Vaders, Dingetje ende Neeltje Jans Vaders geassisteert mette voornoemde Adriaen Jans Vaders woonende tot Waspick mede kinderen ende erffgenamen vande voornoemde Truijcke Jans Matheus tsamen ter andere zijden. Verclarende in allen minnen ende vrientschappen met tusschen spreken van schepenen ende secretaris alhier met malcanderen verdragen ende veraccordeert te sijn nopende de verschillen ende pretensie die comparanten sustineerde tegens den andere te hebben aengaende seeckere pretentie bij haer eerste compaaranten pretenderende waren op haer tweede comparanten op een somme van 56 gulden metten verloopen intrest vandien als sij waren sustinerende dat haer moeder zaliger voor haer tweede comparanten op de smaeldeelinge in date den 8e januarij 1665 aen Herman Jan Tiellemans sou hebben betaelt. Ende sij tweede comparanten pretenderende waren 12 jaren gebruijcx van seeckere erfgoederen als haer ten deelen gevallen waren voor hare vaderlijcke goederen in date den xxe januarij 1662.

Fol. 82v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Truijcken Jan Matheuss bij namen Jacob, Matheus, Adriaen, Dingetje ende Neeltje Janss Vaders geassisteert de voorss dochteren met Adriaen voorss, herman Tielemans in houwelijck hebbende Maria Janss Vaders, Willem Janss van Ameroij in houwelijck hebbende Dingetje Janss Vaders ende No… Thomass als getrout hebbende Eijken Lambrechtss gewesene weduwe ende geblevene boedelhoudster van Hendrick Janss Vaders voor Jan ende Hendrick Hendrickss Vaders minderjarige. zoonen. Ende dat van alle de goederen de welcke de voorss Truijcken Jan Matheuss ende Jan Jacobss Vaders tsamen metter doot geruijmt ende naergelaten hebbende. Alhier voor recht aengebrocht desen 18e meij 1674.

Fol. 84r

Staet ende inventaris vande haeffelijcke ende erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Lijsken Willems weduwe ende gebleven boedelhoudster van Anthonij Jans Znijder beseten ende naergelaten ende nu onlangs metter doot geruijmt heeft. Alhier aengebrocht opden 3e junij 1674.

Fol. 84v

Willem Jacobss als getrout hebbende Iken Jan Theeuwen bekende bij sijne quitantie ontfangen te hebben door handen Jan Anthonis Snijder in qualite als vooght vande onmondige weeskinderen vande voorss Iken Jan Theeuwen die sij verweckt heeft bij Willem Anthonis Snijder de somme van 19 gulden 6 stuijvers.

Fol. 85r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Theunis Janss Snijder ende Lijsken Willems met namen Jan Theuniss, Wouter ende Hendrick Theuniss ende Hendrick Aertss als getrout hebbende Dingentken Theunis mitsgaders Willem Jacobs als getrouwt hebbende Eijken Jan Peer Theeuwen in houwelijck gehadt hebbende Willem Theuniss indier qualiteijt mede erffgenamen ende verstorven voocht voor een tiende part inde naergelaten goederen van zaliger Theunis Janss Znijder haren eerste mans vader was ende haer alnoch een tiende part aen gecomen uijt crachte van seeckere aenneminge van hare drie weeskinderen die sij verweckt heeft bij den voornoemden Willem Theuniss Snijder, deselve gepasseert voor wethouderen van Cappel in dato den 4e februarij 1667 bij schout ende heemraden gebleken ende alhier mede geregistreert. Ende Jan Theuniss als vaderlijcke oom ende qualite als bestorven bloetvoocht ende Jan Peer Teeuwen grootvader ende bestorven toesiender vande voornoemde weesen vanden voornoemden Willem Anthoniss bij namen Arien Willemss out ontrent 13 jaren, Catlijnthe Willems out ontrent 10½ jaren ende Theunis Willemss out ontrent 7 jaren. Tsamen indier qualiteijt erffgenamen ende bestorven voor een vijffde part inde naergelaten goederen van Lijsken Willems die hare grootmoeder was.

Fol. 86r

Scheijdinge ende erfsmaeldeelinge tusschen Willem Jacobss in qualite voorss ter eenre ende Jan Anthoniss Snijder in qualite als oom ende bestorven bloetvooght ende Jan Peer Teeuwen in qualite als grootvader van Adriaen, Theunis ende Catlijntje Willemss Snijder minderjarige kinderen van Eijken Jan Peer Teeuwen die sij verweckt heeft aenden voornoemden Willem Anthonis Snijder. Ende dat van alsulcke goederen als haer hier vooren te samen bijde generale deelinge bevallen sijn. Alhier voor recht aengebrocht desen 7e junij 1674.

Fol 87r

Contract: Cornelis Jochem Rijcken en d’erffgenamen van Adriaen Jan Thijss.

Alsoo daer questie, verschil ende proces ontstaen ende geresen was tusschen Cornelis Jochem Rijcken, heemraet tot Waspick ende Adriaen Jan Thijsen zaliger over ende van wegen twee diversche weginge ende steginge die hij Cornelis Jochem Rijcken pretendeerde hem te compiteren dwars ende lang over het ackerlant ende hoffstede van voornoemde Adriaen Jan Thijss ten opzichte van twee halven mergen ackerlants bij hem Rijcken gecoft volgens brieven van sijnde ten westen gelegen vande voorss hoffstede ende ackerlant in Sgravelduijn Waspick.

Fol. 87v

Compareerde voor schepenen des dorps Groot Waspick ondergeschreven den eersamen Cornelis Jans Seeuw, woonende tot Waspick voorss ter eendere ende Adriaen Meertens van Geesel ende Jan Adriaen Potmaecker vuijten namen ende van wegen sijn vader Adriaen Jans Potmaecker tsamen ter andere sijde. De welcke met tusschen spreken van Thomas Zeijlmans, secretaris, ende Johan Zeijlmans, heemraet alhier, in alle minnen ende vrintschappen sijnde geaccordeert nopende seeckere belastingen vande steginge ende weginge bij den voorss contracte geinsereert den welcken hier vooren tot lasten vanden gemelten Seeu sijnde geaccordeert.

Fol. 88r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Peeter Gerritss Dolck als man ende vooght van Aeltje Janss Camp ter eendre ende Jan Janss Camp sijnen swager ter andere. Ende dat alsucke goederen als sij alhier gemeen ende onverdeelt in twee perceelen is Sgravelduijn als in xj½ Hoeve respective leggende hebben, haer aengecomen door doodt ende overlijden van hare ouders zaliger. Gedaen ende gepasseert den xije december 1674.

Fol. 87v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Lambrecht Commersen, Jacob Commerssen ende Truijken Commerssen tsamen ter eenre ende Jan Peeterssen woonende tot Raemsdonck weduwenaar van Maijken Commerssen voor hem selve als hem sterck makende voor Commer ende Steven Janssen sijne minderjarige kinderen die hij verweckt heeft aende voorgemelte Maijken Commerssen tsamen ter andere sijde. Ende in dier qualiteijt als kinderen, kintskinderen ende erffgenamen van Commer Lambrechtssen ende Maijken Corneliss Buijs. Mitsgaeders Adriaentje Commerse haere suster, schoonsuster ende moeije respective. Ende dat van alle desselffs erffgoederen de welcke sijn naergelaten ende metten doodt geruijmpt hebben. Dese alhier voor recht aengebrocht de 28e november 1675.

In de kantlijn: Per abuijs desen hoofde gestelt.

Fol. 87v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Maijke Peeters weduwe ende boedelhoudster van zaliger Cleijs Janssen geassisteert met haren soon Jasper Cleijsen ter eenre sijde ende Wouter Adriaenssen Corsten als in houwelijck gehadt hebbende Janneken Martens Turck ter andere zijde. Ende dat van eenen acker zaeijlants den welcken haer tsamen is compiterende, gelegen inden ambachte van xj½ Hoeve in alle forme ende manieren gelijck den selven haer bij erffdeelinge uit den hooffden van Corstiaen ende Cornelis Jan Cleijssen mitsgaeders Marten Aerts Turck aengecomen ende ten deele gevallen is. Gelegen tusschen erffenisse het weeskint van Adriaen Janssen van Hassel gelegen oist ende west Adriaen Dircxssen Cammer ?. Streckende vander halver Her straeten uijtten noorden, suijden in tot de gronden ende veldekens van Peeter Melss toe. Alhier recht aengebrocht op den 8e februarij 1675.

Fol. 89v

Staet ende inventaris van de meuble goederen de welcke Dries Huijgen ende Janneken Thomas Talen tsamen bestaende houwelijck beseten hebben ende bij den voornoemden Dries Huijgen metter doodt geruimpt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht den 26 februarij 1675.

Fol. 89v

Op huijden desen 26e januarij 1675 compareerde voor ons ondergeschreven d’eersame Janneken Thomas Taelen weduwe van zaliger Dries Huijgen in sijn leven gewoont alhier tot Waspick ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen haren onmondigen soone die sij verweckt heeft enden voornoemden Dries Huijgen ende dat van Peeter Huijgen als vaderlijck oom ende bestorven bloetvoocht ende Thomas Janssen Taelen als grootvader ende toesiender.

Fol. 90v

Scheijdinge ende erffsmaldeelinge tusschen Willem Jacobss als man ende voocht van Lijsbeth Dircxssen van Driel ter eenre ende Adriaen Dircxssen van Driel sijnen swager ter andere. Ende dat van seeckere goederen de welcke sij alnoch gemeen ende onverdeelt hebbende ende haer uijten hooffden van hare ouders mitsgaeders van Peeter Dircxssen van Driel hare gewesen swager ende broer respective aengecomen ende bestorven sijn. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht desen lseten februarij 1675.

Fol. 91r

Op huijden desen achsten meert 1675 compareerden voor ons schepenen des dorps Groot Waspick ondergeschreven den eersamen Cornelis Janss Seeuw woonende tot Waspick voorschreven ter eenre ende Adriaen Martens van Geesel, Jan Martenss Potmaecker uijt den naemen ende van wegen sijn vader Adriaen Janssen Potmaecker tsamen ter andere zijde. De welcke met tusschen spreken van Thomas Zeijlmans, secretaris, ende Johan Zeijlmans, heemraet alhier, in alle minne ende vrintschappen sijnde geaccordeert nopende seeckere belastingen van steginge ende weginge bij den voorschreven contracten geinserert den welcken hier voorens tot lasten van Cornelis Janssen Seeuw sijnde geaccordeert.

Fol. 91v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Willem Jacob Jan Tijss ter eenre ende Gerrit Janssen sijnen swager ter andere sijde. Ende dat van alsulcke twee delle als sij alnoch gemeen en onbedeelt hebben leggen. Alhier voor recht aengebrocht den elffden julij 1675.

Fol. 92r

Compareerde voor schepenen de dorps Groot Waspick ondergeschreven d’eersame Heijltje Janssen Boogaert weduwe wijlen Frans Huijbrechtsen Vassen woonende onder de jurisdictie van Groot Waspick voorschreven, geassisteert met Jan Huijbrecht Vassen haren gewesenen swager de welcke verclaerden vercooft te hebben aen Steven Franssen haren soonen woonende tot Waspick voorschreven den welcke mede bekende ende verclaerden gecoft te hebben twee melck koeijen, twee calveren, wagen, ploegh, egh, greel, ton ende alles wat daer aen depondeert. Mitsgaders tonnen, karne, twee koopere kanne met een koeijketel, als noch eenig cooperen pot mette spaeij, ruijffel, ricken, vorcken, seijsie, keijrsen ?, both ende het aerdewerck in huijs ende … boven een schuijt mette vuijken ende seegen ende dat te aenveerden bij den contracte deser.

Fol. 92v

Op huijden desen xvije junij 1675 compareerde Steven Franssen woonende onder de jurisdictie van Waspick den welcke verclaerden voor ons schepenen ondergeschreven aengenomen te hebben Heijltje Janssen Boogaert weduwe van Frans Huijbrechts sijne moeder geassisteert als vooren omme deselve te onderhouden voor eenen tijt ende termijn van een jaer ingegaen den eersten meij 1675 ende alsoo te expireren op meijdagh 1676.

Fol. 93r

Compareerde voor schepenen de dorps Groot Waspick ondergeschreven d’eersame Heijltje Janssen Boogaert weduwe wijlen Frans Huijbrechtsen woonende onder de jurisdictie van Groot Waspick voorschreven, de welcke verclaerden wel ende deugdelijck voor haer ende hare naecomelinge schuldich te wesen aen ende ten behoeve van haren soon Steven Franss de somme van een hondert gulden, tstuck tot xL grooten vlaems.

Fol. 93v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Lambrecht Commersen, Jacob Commerssen ende Truijken Commerssen tsamen ter eenre ende Jan Peeterss woonende tot Raemsdoncq weduwenaar van Maijken Commerssen voor hem selven als hem mede sterckmakende voor Commer ende Steven Janss sijne minderjarige twee soone die hij verweckt heeft aende voorgemelte Maeijken Commerssen tsamen ter andere sijde. Ende in dier qualiteijt als kinderen, kintskinderen ende erffgenamen van Commer Lammertss ende Maijken Cornelis Buijs. Mitsgaeders Adriaentie Commersen haere suster, schoonsuster ende moeije respective. Ende dat van alle desselffs erffgoederen de welcke sijn naergelaten ende metten doodt ontruijmpt hebben. Dese alhier voor recht aengebrocht de 28e november 1675.

Fol. 94v

Staet ende inventaris der erff ende meuble goederen mitsgaeders gout, silver, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden dioe Aert Gerrit Franss weduwenaer ende gebleven boedelhouder van Sijken Verm?ijss tsamen beseten en nu op den 21e november 1675 bij Aert Gerrit Franssen overleden ende naergelaten ende metter doodt geruijmpt sijnde. Ende deselve alhier rechtelijck opgeteijckent ter presentie van desselffs vrinden tot naerrichtinge van Adriaen Peeters soone Peeter Aert Gerrit Franss ende Dingentien Corneliss Meulder minderjarich ende uijtlandich sijnde. Den 26e november 1675.

Fol. 98v

Op huijden desen xxvje november 1675 soo willen schout ende schepenen des dorps Groot Waspick vermits de minderjarigh ende uijtlandicheijt van Adriaen Peeters soone Peeter Aertss ende Dingentje Cornelissen beide binnen desen dorpe Groot Waspick sonder testament dispositie gemaeckt te hebben vuer lieden nomine exsistineren als mede ten versoecke van desselffs vrinden houden een erffhuijs ende int openbaer voor allen man ter naesten oirbaer ende proffijten vande voornoemde Adriaen Peeters ofte den geene die recht vande goederen van zaliger Aert Gerrit Franssen ende Sijken Verm?ijs, gewesene houwelijcx lieden, ende desselffs Adriaen Peeters grootvader ende moeder respective aengecomen ende eenighsints competerende sijn vercoopen alderhanden imboel van bedt, bult potten, ketels, leijvit, stoelen ende bancken ende alles wat inden voorss sterffhuijs bevonden ende bijden voornoemden Aert Gerrit Franssen als gebleven testamentaire boedelhouder naert overlijden van sijne huijsvrouw ende nu op den (niets ingevuld) november metter doodt ontruijmt ende naergelaten heeft. Ende dat achtervolgende de conditie ende voorwaerden hier naer beschreven.

Fol. 103r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen joffrouw Maria Peters weduwe wijlen deheer Alexander vander Lith in sijn leven predicant ter Heijden, geassisteert met sr Hendrick van Gils, heemraet vande respective ambachten van Sgravenmoer ende Nederveen Cappel, soo voor haer selven als voor haer kinderen de welcke sij verweckt heeft bijden voornoemden predicant tesamen ter eenre ende Niclaes Jacobss Tacx, hemraet tot Sgravenmoer ter ander sijden. Van seeckere 16 geerden hoij ende weijlants, gelegen inden polder van Groot Waspick. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 14e februarij 1676.

Fol. 103v

Scheijdinge ende erffsmaeldelinge tusschen Peter Mathijss, Heijltje Mathijss ende Jan Freijss als man ende vooght van Janneke Mathijss. Ende dat van eenen acker zaijlants als sij tsamen geneem ende onverdeelt hebben leggende opden west cant van Vrouwkens vaert in Sgravelduijn Waspick ende dat in alle formen ende manieren als sij den selven bij coope vercregen hebbende vande gelijcke erffgenamen van Jan Arienss Cuijper in date den 20e julij 1666. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht den 6e junij 1676.

Fol. 104r

Op huijden desen xe januarij 1677 compareerde voor ons heemraden des ambachts heerlijckheijt van Nederveen Cappel hier ondergenoemt in eijgen persoonen den eersamen Jacob Huijbertss de Bruijn woonende tot Groot Waspick den welcken verclaerden sine revocutione in sijner besten formen geconstitueert, machtich gemaeckt ende volcomen procuratie gegeven te hebben gelijck den selven constitueert, machtich maeckt ende inder selven stede stelt mitsdesen den persoon van Anthonis Glavimans, secretaris des ambachts van Nederveen voorss, specialijck omme der selver constituante naem te compareren (als mede erffgenamen nevens de verdere erffgenamen van sr Mathijs Huijbrechtss de Bruijn, mitsgaeders van wijlen Jenneke Dingemans verweckt in echte bedde bij saliger Maijken de Bruijn beider deser werelt intestato ende sonder naer te laten eenige wettige beboorten, sijn overleden) voor schout ende gerechten van Groot Waspick ofte elders voor andere autentijcque persoonen daer sulcx sal worden gerequireert ten eijnde omme met d’selve verdere erffgenamen soo bij forme van deelinge, contract van uijtcoop, ofte andere contracten soo ende in dier voegen als den voorss geconstitueerden sal goet duncken.

Fol. 104r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen d’erffgenamen van zaliger Mathijs Huijbertss de Bruijn ende Jenneke Dingemans waer van moeder was Maijken Huijbertss de Bruijn bij namen Anthonij Glavimans als last ende schriftelijcke procuratie hebbende van Jacob Huijbertss de Bruijn, deselve gepasseert voor schepenen in Nederveen Cappel in date den xe januarij 1677, ons schout ende heemraden gebleken ende voor gelesen ende hier boven mede geregistreert, Adriaen de Bruijn, Adriaenken Huijbertss de Bruijn, geassisteert met Mels Zeijlmans, heemraet in wette alhier, haren gecoren voocht is desen, Adriaen Adriaenss Teeuwen als getrout sijnde met Peeterken Huijbertss de Bruijn, Hendrick Huijbertss Schoenmakers als in houwelijck hebbende Jenneke Huijbertss de Bruijn, Anneken ende Aertken Huijbertss de Bruijn meerder jarige dochteren geassisteert met Gerrit Janss Zeijlmans, schout, haren gecoren voocht in desen. Tsamen in dier qualiteijt als erffgenamen elck voor een seste part inde naergelaten goederen vanden voorgemelte Mathijs Huijbertss de Bruijn ende Jenneke Dingemans haren broeder swager ende sustersdochter respective. Alhier voor recht aengebrocht desen 14e januarij 1677.

Fol. 105v

Staet ende inventaris van alle de erffgoederen haeff ende imboel bij Cornelis Jochem Rijcken ende Maijken Aerden Bommelaer tsamen houwelijcke luijden gehadt beseten ende metter doot geruijmt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht op den 20e januarij 1677.

Fol. 109r

Staet ende inventaris vande goederen soo haefflijck als erfflijck, incomende ende uijtgaende schulden bij Anthonij Baes metter doot geruijmt ende naergelaten ende alhier voor recht aengebrocht op den (niets ingevuld).

Fol. 110v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de gesamentlijcke erffgenamen van Cornelis Jochem Rijcken ende Maijken Aerden Bommelaer zaliger bij namen Aert Corneliss Rijcken, Huijbert Corneliss Rijcken, Peter Huijbertss Berrevoets als getrout hebbende Adriaentje Corneliss Rijcken, Nicolaes Peters Brouwers als getrout hebbende Dingna Corneliss Rijcken, Frans Hendrickss Boeser als getrout hebbende Jenneke Corneliss Rijcken, Wiilemijntje Corneliss Rijcken, meerderjarige dochter geassisteert met Mels Zeijlmans, heemraet in wette alhier, haren gecoren vooght indesen, Anneke Corneliss Rijcken, out ontrent 10 jaren, geassisteert met schout ende heemraden door redenen dat den vooght in desen moet stil staen door redenen dat hij mede is deelende ende Huijbrecht Peterss Zeijlmans in qualite als vader ende toesiender van sijne vier kinderen namentlijck Anneken, Jochem, Peter ende Thomas Huijbertss Zeijlmans waer moeder van was Mariken Corneliss Rijcken. Tsamen kinderen ende kintskinderen ende indier qualiteijt als erffgenamen vande voornoemden Cornelis Jochem Rijcken ende Maijken Aerden Bommelaer, elck voor een achtsten part inde naergelaten goederen. Alhier voor recht aengebrocht desen 25e februarij 1677.

Fol. 112v

Op huijden desen 19e februarij soo willen de gesamentlijcke kinderen ende erffgenamen van Cornelis Jochem Rijcken ende Maijken Aerden Bommelaer zaliger met consent ende ten overstaen van des schout ende heemraden alhier houden een sterffhuijs. Ende int openbaer voor alle man ten meesten oirbaer ende proffijte vande voornoemde kinderen ende erffgenamen vercoopen alderhanden imboel van stoelen, bancken, beesten mitsgaders hooij, strooij ende alles wat sij erffgenamen te berden sullen gelieven te brengen. Ende dat achtervolgende de conditie ende voorwaerden hier naer beschreven.

Fol. 114v

            Procuratie voor Jan Govertse

Vermits de minderjaricheijt der vier kinderen van Crijn Leendertss vander Kleij ende Neeltje Govertss die beijde binnen desen dorpe van Waspick sonder testamentaire dispositie gemaeckt te hebben overleden sijnde, soo hebben wij schout ende heemraden des dorps voorss over desselfs kinderen op heden wettelijck gestelt tot vooght gelijck wij doen bij desen Jan Govertss woonende tot Cappel, moederlijcke oom alsoo vande vaderlijcke sijde voor ons onbekent sijnde omme alle der selver kinderen ende goederen die haer door haren voorss vader ende moeder eenighsints bestorven aengecomen ende competerende sijn te administreren ende dat onder behoorlijcke staet ende inventaris naer costuijme deser plaets. Verclaerende wij mede aenden voorgemelte voocht te geven volcomen macht ende authoriteijt omme publikelijck voor alle man ten proffijte vande voorss kinderen te houden erffhuijs.

Fol. 114v

            Copije procuratie voor Jan van Pas woonende tot Besoijen

Op huijden den 6e november 1677 compareerde voor mij Johan Vincent Vervooren, openbaer notaris bij den edele hove van Hollant geadmitteert binnen den dorpe ende heerlijcheijt van Pierskil ende in tegenwoordigheijt vande ondergeschreven getuijgen Theunis van Pas ende Dingeman van Pas de welcke verclaerde te constitueren ende machtich te maken sulcx sij doen bij desen haren broeder Jan van Pas woonende tot Besoijen, gelegen inde Langhstraet, om van harent wegen te ontfangen ende in te vorderen soodanige erffenisse ende besterffenisse tsij van roerende en onroerende goederen als sij van haren moeij genaemt Maertjen Hensricks woonende tot Waspick sullen comen te erven ende sulcx op haer bestorven is. Ende mede de onroerende goederen te verkoopen ende de selve over te dragen bij gifte ofte transport ende alles te doen ende verrichten ofte sij daer selfs present waren.

Fol. 115r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de gelijcke condividenten erffgenamen van Maijken Hendrickss Schoenmakers alhier verdeelt on seven deelen alsoo Willemken Hendrickss Schoenmakers bij testamentaire dispositie sijnde gelegateert bij namen Huijbert Hendricks Schoenmakers, Aert Dingemans, soone van Dingeman Hendrickss Schoenmakers, Anneke Janss Buijs weduwe van Hendrick Jochemss Schoenmakers, Cornelis ende Mariken Hendrickss Schoenmakers waer vader van was Hendrick Jochemss Schoenmakers voornoemt, Cornelis Peter Vassen getrout met Maijken Jochemss Schoenmakers, Peter Janss Coenen in qualite als vader en voocht van sijn drie kinderen die hij verweckt heeft aen Theuntje Jochemss Schoenmakers ende Lijntje Adriaenss van Hassel naergelaten dochter van Anneken Schoenmakers, Lambert ende Dingeman Dirckss Schoenmakers, Huijbert Driess getrout met Anneke Dirckss Schoenmakers, Peter Janss Coenen voor sijn vader Jan Janss Coenen, getrout met Anneke Hendrickss Schoenmakers, Dirck Corsten ende Jan Corsten voor sijn selven als last ende procuratie hebbende van Theunis en Dingman Corsten waer moeder van was Adriaentje Hendrickss Schoenmakers, Anneke, Hendrick ende Adriaen Janss Schoenmakers in dier qualiteijt alle erffgenamen voorss. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen twaelfde januarij xvjc achtentseventich.

Fol. 117r

Op huijden desen 12e januarij 1678 compareerde voor ons schout ende heemraden des dorps Groot Waspick ondergenoemt in eijgene persoonen Cornelia Janss Vassen weduwe wijlen Jacob Corneliss Buijs geassisteert met Huijbert Janss Vassen haren broeder woonende tot Waspick voorss de welcke verclaerden ende bekende rechtelijck voor recht aengenomen te hebben van Adriaen Corneliss Buijs als vaderlijck oom ende bestorven bloetvoocht hare vijff minderjarige kinderen die sij verweckt heeft bij den voornoemden Jacob Corneliss Buijs.

Fol. 118r

Op huijden desen 21e meert 1678 compareerden voor schout ende heemraden des ambachts van Groot Waspick dese naervolgende persoonen als te weten: Jan de Coninck als getrout hebbende Anna Jacobss de Bruijn, Jacob Abrahams als getrout hebbende Maria Jacobss de Bruijn, Nijs Janss van Hassel als getrout hebbende Petronella Jacobs de Bruijn ende sr Jacob Huijberden de Bruijn als vader ende testamentaire vooght van Dingna Jacobss de Bruijn. Alle kinderen ende erffgenamen van Adriaentje Jochemss zaliger daerinne gecompieendeert ? het part van Huijbert Jacobss de Bruijn zaliger. De welcke verclaren te hebben gesubmitteert ende in handen gestelt te hebben aen sr Jacob de Bruijn der selver vader tot het opstellen van dusdanige onderdeelinge in vermogen de generale deelinge als deselve voor schout ende gerechten van Groot Waspick voornoemt opden 5e junij 1670.

Fol. 118r

Op huijden desen 22e meert 1678 compareerde ende den eersamen Denijs Janss van Hassel ter eenre ende nu getrout hebbende Peternella Jacobss de Bruijn geassisteert met Jacob de Bruijn haren vader ter andere zijden de welcke verclaerden te hebben opgericht ende te sijn getrout sonder contracte antenpciael ofte houwelijkce voorwaerden oversulcx het selve alnu sijn doende bij forme van contract.

Fol. 118v

Ingevolge seeckere submissie gepasseert voor schout ende gerechten van Groot Waspick op date den 21e meert 1678 waerbij blijckt dat sr Jacob de Bruijn als vader ende testamentaire voocht verder bij submissie hier vooren ter register gestelt bij forme van onderlinge deelinge heeft in loote gestelt alle de middelen ende de goederen haer abintestato uit den hoofde van Adriaentje Jochemss zaliger die huijsvrouwe was vanden voorss de Bruijn. Ende is de deelinge soo ende inder voegen als hier naer particulariter wert uijt gedruckt.

Fol. 119v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Mathijs Willemss als getrout hebbende gehadt Maijken Jans ter eenre ende sijne twee voorkinderen die hij verweckt heeft aenden voorgemelte Maijken Janss zaliger bij namen Jan Mathijss ende Jacomijntje Mathijss getrout sijnde met Cornelis Arienss Cnaep tot Raemsdonck tsamen ter anderen sijde. Ende dat vande goederen de welcke den voornoemden Mathijs Willems ende sijne voorss huijsvrouwe Maijke Janss bij staende houwelijck beseten ende bij Maijken Janss der voorss twee kinderen moeder voorde ene helft metter doot geruijmt heeft. Alhier voor recht aengebrocht desen 31e meert 1678.

Fol. 120v

            Contract van aenneminge

Op huijden desen 12e october 1678 compareerde voor schepenen des dorps Groot Waspick in eijgene persoone Adriaen Janss Cuijper woonende jegenwoordig tot Rotterdam ende verclaerden dat hij het kint van Aeltje Janss Cuijper sijne suster zaliger naer hem nemen genaemt Jansje dochter vande voorss Aeltje Janss Cuijper.

Fol. 121r

            Acte van borghtoght

Op huijden desen 14e october compareerden Huijbert Peters Zeijlmans wonende alhier tot Waspick den welcken verclaerden tot generale waerborghen te stellen gelijck hij tot waerborgen stelt mits desen tot behoeven van Peter Brent sijnen persoon mitsgaders alle goederen soo have als erve, present ende toecomende, gene vandien uijtgesondert, soo waer ofte tot wat plaetse deselve gelegen ofte bevonden souden mogen worden ende dat voor alle bekende ende onbekende schulden die bij tijt ende wijlen wegens de aenneminge van sijne vier voorkinderen die hij verweckt heeft bij Marike Corneliss Rijcken soude mogen ontstaen.

Fol. 121v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Dingna Peter Otgens bij namen Adriaen Huijbertss de Bruijn, Adriaentje Huijbertss de Bruijn gaessisteert met Mels Zeijlmans, heemraet alhier, Arien Adriaenss als man ende voocht van Peterken Huijbertss de Bruijn, Anneke de Bruijn, Hendrick Huijbertss Schoenmakers als man ende voocht van Jenneke Huijbertss de Bruijn ende Cornelis Hendrickss Schoenmakers als man ende vooght van Aertjen Huijbertss de Bruijn. Alle kinderen ende erffgenamen voorss. Deselve alhier gedeelt ende voor recht aengebroacht der eersten december 1678.

Fol. 122v

Staet ende inventaris van de goederen soo haeffelijck als erffelijck, inkomende ende uijtgaende schulden bij Maijken Huijbertss Berrevoets naergelaten weuwe van Willem Corneliss Swart tsamen bij staende houwelijck besten ende gepossideert hebbende ende bij den voornoemden Willem Corneliss Swart meter doot geruijmt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht desen 18e januarij 1679

Fol. 124r

Op huijden desen 18e januarij 1679 comparerde voor ons schout ende heemraden van Groot Waspick ondergenoemt in eijgene persoonen Maijken Huijbertss Berrevoets geassisteert met Adriaen Janss de Ruijter. De welcke verclaerden ende bekende rechtelijck voor recht aengenomen te hebben van Anthonij Corneliss Swart als vaderlijcken oom enden aengestelden bloetvoocht hare vier minderjarige kinderen die sij verweckt heeft bij den voorgemelten Willem Corneliss Swart bij namen Adriaentje, Cornelis, Huijbert ende Peter Willemss Swart. Alle kinderen vanden voorss Willem Swarten.

Fol. 125r

Staet ende inventaris van alle de haeffelijcke als erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Aeltjen Aertss Schouten weduwe wijlen ende geblevene boedelhoudster van Jan Jacobss Timmerman, geweest houwelijcke luijden, ende bij desselfs weduwe voorss metter door ontruijmt ende naergelaten. Ende deselve alhier rechtelijck aengebrocht ende opgeteckent den 21e januarij 1679.

Fol. 126r

Dit naervolgende is tgene de weeskinderen bij deelinge, bij blint lot, ten deelen gevallen is als volght:

Fol. 127r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Cornelis Jasperss Buijs ende Huijbertjen Peter Jochemss zaliger, haere vader ende moeder respective bij namen Japer Corneliss Buijs, Cornelis Janss van Gils als speciale last ende procuratie hebbende van Huijbert Corneliss Buijs, deselve gepasseert voor den notaris Melchior Gerrits ende seeckere getuijgen binnen Geertruijdenberch residerende van date den 14e april 1676, schout ende heemraden alhier gebleken voorgelesen ende alvorens mede geregistreert, ende Peter Corneliss Buijs. Ende dat van alsulcke goederen als haren vader ende moeder haer naergelaten ende metter geruijmt hebben. Mitsgaders seeckere acker hen mede aengecomen van hunnen grootvader Peter Jochemss Berthoutss. Ende deselve heden alhier voor recht aengebrocht desen 4e februarij 1679.

Fol. 128r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Adriaen Huijbertss Berrevoets weduwenaer van Truijken Coenen ter eenre Peter Janss Genen als man ende vooght van Adriaentje Adriaenss Berrevoets ende Grietjen Adriaen Berrevoets geassisteert met Mels Zeijlmans haren gecoren voocht is desen, tsamen kinderen ende erffgenamen van Truijcken Coenen ter andere zijde. Ende dat van alsulcke goederen als den voornoemden Adriaen Huijbertss Berrevoets ende Truijken Coenen tsamen in houwelijck beseten hebben ende bij Truijken Coenen metter doot geruijmt ende naergelaten is. Alhier voor recht aengebrocht desen 13e februarij 1679.

Fol. 128v

Scheijdinge ende erffsmaeldeelinge tusschen Peter Janss Geenen als man ende vooght van Adriaentje Adriaenss Berrevoets ende Grietjen Adriaen Berrevoets geassisteert met Mels Zeijlmans, heemraet alhier, haren gecoren voocht is desen. Ende dat van alsulcke goederen dewelcke haer uijt den hoofden van Truijken Coenen haren moeder op heden tegens haren vader Adriaen Huijbertsen Berrevoets ten deele gevallen sijnde. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 13e februarij 1679.

Fol. 129v

Staet ende inventaris vande haeffelijcke als erffelijcke goederen mitsgaeders de meuble goederen, gout, silver, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden die Hendrick Jochemss Schoenmakers ende Anneke Janss Buijs tsamen bij staende houwelijck beseten hebbende ende nu bij den voornoemden Hendrick Jochemss Schoenmakers metter doot ontruijmt ende naergelaten. Ende alhier voor recht aengebrocht ende opgeteckent door Anneke Janss Buijs weuwe wijlen Hendrick Jochemss voornoemt ende Cornelis Hendrickss Schoenmakers haere soone respective. In qualite als vooghden van Mariken Hendricxss Schoenmakers haere dochterken ende suster respectivelijck, out ontrent (niets ingevuld) jaren. Desen 16e februarij 1679.

Fol. 132r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Anneke Janss Buijs weduwe wijlen Hendrick Jochemss Schoenmakers geassisteert met Thomas Zeijlmans, secretaris, ter eenre ende Cornelis Hendrickss Schoenmakers voor hem selven als mede in qualite als voocht van sijne onmondige suster Mariken Hendrickss Schoenmakers tsamen voor de andere helft. Ende dat van alsulcke goederen de welcke Hendrick Jochemss Schoenmakers ende Anneke Janss Buijs tsamen bij staende houwelijck beseten ende gepossideert hebben ende den voorgemelten Hendrick Schoenmakers metter doot ontruijmt. Alhier voor recht aengebrocht desen 16e februarij 1679.

Fol. 133v

Scheijdinge ende erffsmaeldeelinge tusschen Cornelis Hendrickss Schoenmakers mitgaeders schout ende heemraden ondergenoemt voor ende ten behoeve van Mariken Hendrickss Schoenmakers voorss minderjarige dochter vermits den vooght bij de generale delinge genomineert in desen met en is gequalificeert. Ende dat van alsulcke goederen als den voornoemden Cornelis ende Mariken Hendrickss Schoenmakers te samen uijt den hoofden van haren vader bij erfdeelinge tegens haer lieden moeder te deelen gevallen sijnde in date den 16e februarij. Ende deselve alhier voor recht aengebrocht op date den 16e februarij 1679.

Fol. 134v

            Acte van aenneminge

Op huijden desen 16e februarij 1679 compareerde voor ons schout ende heemraden van Groot Waspick ondergenoemt in eijgene persoonen Anneke Janss Buijs geassisteert met den secretaris Zeijlmans. De welcke verclaerden ende bekenden rechtelijck voor recht aengenomen te hebben van Cornelis Hendrickss Schoenmakers haeren soon als gestelde vooght van haer onmondige kint die sij verweckt heeft bij Hendrick Jochemss Schoenmakers met namen Mariken Hendrickss Schoenmakers.

Fol. 135ar

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Jan Jacobss Timmerman ende Aeltjen Aertss Schouten sijne huijsvrouw zaliger met namen Anneke Peterss Brouwer weduwe wijlen Aert Janss Timmerman, voor een achtste part inde goederen van Jan Jacobss Timmerman, Jan Jacobss als man ende voocht van Anneke Aertss Timmerman, Jan, Adriaentje, Jacomijntje, Dingentje, Adriaen, Maijken, Cornelis, Aeltjen ende Peterken Aertss Timmerman alle kinderen van Aert Janss Timmerman geassisteert met Frans Peterss Brouwer ende mede in qualite als toesiender voor drie vierde parten, Jan Jans Timmermans ende Jochem Peterss Zeijlmans, schout ende secretaris van Hendrik Luijten Ambagt als getrout hebbende Adriaentje Janss Timmermans ende Jan Claess weduwenaer van Anneken Jans Timmerman inder qualiteijt als vader ende toesiender voocht van Arien, Jacob ende Aeltje Jans waer moeder van was Anneken Jans Timmerman. Nakinderen ende erffgenamen in helen bedde vanden voornoemden Jan Jacobss Timmerman ende Aeltje Aertss Schouten ter eenre ende Adriaen Jan Thijs voorsoone vande voornoemde Aeltje Aertse Schouten die sij verweckt heeft bij den meergemelte Jan Thijs. Alhier voor recht aengebrocht desen 14e meert 1679.

Fol. 136v

Staet ende inventaris van alle de erffgoederen haef, imboel, gereden gelden, proffijtelijcke ende onproffijtelijcke schulden de welcke Johan Zeijlmans ende Gieltje Willemss de Greef tsamen staende houwelijck beseten hebben gehadt ende metter doot geruijmt bij Johan Zeijlmans. Mitsgaeders seeckere goederen der voorss Johan Zeijlmans gelegateert ende gemaeckt bij den wel edel geboren heer Johannis Eduwart van Hoogenlanden volgens den testamente daer van gepasseert voorden notaris Hendricxk Verbeck van Coesvelt ende seeckere getuige in Sgravenhage residerende ende den selven gepasseert in dato den 20e februarij 1676. Ende deselve overgebrocht bij Gieltje Willemss de Greeff weduwe wijlen den meergemelte Johan Zeijlmans in dato den 13e april 1679.

Fol. 138v

            Acte van aenneminge

Op huijden desen 13e april 1679 compareerde Gieltje Willemss de Greeff weduwe wijlen Johan Zeijlmans zaliger woonende alhier tot Waspick geassisteert met Aert Corneliss Rijcken haren swager ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen hare ses onmondige kinderen verweckt bij den voornoemden Johan Zeijlmans ende dat van Thomas Zeijlmans, secretaris alhier, als recht bestorven bloetvoocht der voorss kinderen.

Fol. 139r

Staet ende inventaris van de erffgoederen als meuble goedren dewelcke Jan Janss Camp ende Dingetje Adriaenss Teeuwen tsamen bij staende houwelijck beseten ende gepossideert hebbende ende bij de voornoemde Jan Janss Camp zaliger metter doot geruijmt. Alhier voor recht aengebrocht desen 26e april 1679

Fol. 140r

            Acte van aenneminge

Op huijden desen 26e april 1679 compareerde voor ons schout ende heemraden van Groot Waspick ondergenoemt in eijgene persoonen Dingetjen Adriaenss Teeuwen weduwe wijlen Jan Janss Camp geassisteert met Mels Gerritss Boudewijns haren iegenwoordige ende tweede man de welcke verclaerden ende bekenden rechtelijck voor recht aengenomen te hebben van Mathijs Janss Camp als oom ende voocht van haer twee onmondige weeskinderen die sij verweckt heeft bij Jan Janss Camp haren eersten man zaliger voorss.

Fol. 140v

Compareerde ter secretarije van Groot Waspick Cornelis Aertss weduwenaer wijlen Mariken Jans de Bont ter eenre ende Aeltge Cornelis Camp weduwe wijlen Jan Huijbertsen de Bont ter andere sijde. Ende verclaerde minnelijck ende finalijck bij forme van uijtcoop geaccordeert te sijn nopende ‘t … ende recht dat den eersten comparant was makende ende nomine uxoris pretenderende ende competerende op de versterfte ende naerlatenschap van gemelten Jan Huijberts de Bont sijn saliger huijsvrouwe vaeder in desen manieren te weten dat sij Aeltge Cornelis Camp voor uijtcoop van gemelten Cornelis Aertss nu aenstonts ende gereet hadde belooft te betalen de somme van een hondert ende seventigh carolus guldens alles welcke somme hij Cornelis Aertsen mits desen bekende ontfangen te hebben ende daer van voldaen te sijn door handen vande voorschreven weduwe Jan Huijbertsen de Bont.

Fol. 141r

Scheijdinge ende erfdeelinge aengebrocht voor heemraden van Groot Waspick bij ende tusschen Peter Jansen als getrout hebbende Aeltge Tonis van Hasselt voor de gerechte vierde part ter eenre ende Mariken ende Janneken Tonis van Hasselt mitsgaders Cornelis Huijberts Haensbergen als getrout hebbende Adriaentje Tonis van Hasselt voor de resterende drie vierde parten ter andere sijde. Te samen kinderen ende erffgenamen van Tonis Jansen van Hasselt ende Lijsken Ariens van Gijsel der condividenten ouders saliger alhier tot Waspick overleden. Wegens soodanige goederen als bij gemelte der comparanten ouders naergelaten sijn, als volght:

10-12-1679

Fol. 143r

Scheijdinge ende erfdeelinge aengebrocht voor schouth ende heemraden van Groot Waspick bij ende tusschen Wouter Verheijden als in houwelijck hebbende Teuntje Ariens ter eenre mitsgaders Mathijs Willems Huijgen in qualite als vooght ende Peter Bastiaense als toesiender van Willem Arienss ter andere sijde. Wegens soodanige goederen als deselve Wouter Verheijden nomine uxoris ende Willem Ariens van Adriaen Willem Huijgen ende Lijsken Gerits hunne ouders aenbestorven sijn. Ende sijn deselve goederen naerdat die in twee egale parten of lothen ende (sooveel doenelijck gestelt werden) naer trecking der lothen blindelijck te deele bevallen als volght:

22-12-1779

Fol. 145r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Gijsbrecht Jansen Coninx voor d’eene helft ende Aert Jansen Joren als in houwelijck hebbende Adriaentje Jans Coninx mitsgaders Maijke Jans Coninx ende Huijbrecht Gijsbrechtsen Coninx in qualite als vooght ende Mels Thomas Seijlmans als toesiender van Jacob Jansen Coninx samen voor de andere helft. Ende dat van seeckere delle gelegen aen de twee wielen in xj½ Hoeven, tusschen d’erffenis Coenraet Jansen Smit gelegen ten westen, de weduwe van Jan Henrixe Schoenmakers cum suis gelegen ten oosten. Streckende vanden ambachte van Groot Waspick uijtten noorden, suijden in ter halver Her straete toe. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 23e december 1679.

Fol. 145v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Aert Jansen Joren als in houwelijck hebbende Adriaentje Janss Conincx, Maeijke Janss Coninx ende Huijbrecht Gijsbrechtss Coninx in qualite als vooght ende Mels Thomas Seijlmans in qualite als toesiender van Jacob Janss Coninx. Ende dat van seeckere goederen de welcke haer voorgemelte kinderen uijtten hoofden van haren vader ende moeder tegens haere respective broeders te deele gevallen sijn in dato den 12e februarij 167o. Alhier voor recht aengebrocht desen 23e december 1679.

Fol. 147r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de gelijcke condividenten en erfgenamen van Melis Hendrickss Schoenmaeckers bij namen Huijbert Hendrickss Schoenmaeckers voor sijn selven ende in qualite als vooght vande drie kinderen van saliger Willemke Hendricx Schoenmaeckers, Aert Dingemans, sone van Dingeman Hendricxss Schoenmaeckers, Anneke Janss Buijs weduwe Hendrick Jochemss Schoenmaeckers, Cornelis Handrickss Schoenmaeckers voor hem selven als hem mede sterckmaeckende voor sijn suster Maeijken Hendricxss Schoenmaeckers waer vader van was Handrick Jochems Schoenmaeckers, Jan, Jochem ende Aeltge Peterss Coenen waer moeder van was Teunken Jochemss Schoenmaeckers ende Lijntge Adriaenss van Hasselt naergelaten dochter van Anneke Jochemse Schoenmaeckers, Cornelis Peterss Vermeulen als man ende voocht van Maeijken Jochemss Schoenmaeckers, Lambert ende Dingeman Dirckss Schoenmaeckers, Huijbert Driess getrout met Anneke Dircxss Schoenmaeckers, Jan Janss Coenen als getrout hebbende gehadt Anneke Handricxs Schoenmaeckers, Dirck Corsten van Pas, Jan Corsten soo voor sig selven ende als last ende procuratie hebbende van Tonis Corsten ende intervenierende voor Dingeman Corsten van pas waer moeder van was Adriaentje Handricxs Schoenmaeckers, Anneke, Handrick ende Adriaen Janss Schoenmaeckers in dier qualiteijt alle erfgenamen vanden voorss Melis (Melis) Hendrickss. Alhier voor recht aengebrocht desen xxiiije januarij 1680.

Fol. 150r

Scheijdinge ende erfdeelinge aengebrocht voor schout ende heemraden van Groot Waspick bij ende tusschen d’erfgenamen van Grietie Janss weduwe van wijlen Melis Hendrickss bij namen Jan, Wouter, Arien ende Cornelis mitsgaders hun ‘tsamen sterckmaeckende voor Anneke Cornelis Ruijckhaver. Alle kinderen van Cornelis Janss Ruijckhaver samen voor een derde part, Jan Dingemans, Steven Franss als man ende vooght van Grietie Dingemans, Cornelis Melsen als man ende vooght van Maijke Dingemans ende Leentie Dingemans. Kinderen van Dingeman Janss mede voor een derde mitsgaders Lijntge Dingemans halve suster van Grietke Jans als op testamente mede voor een derde part. In dier qualite erfgenamen van Grietie Janss alhier tot Waspick overleden desen 24e januarij 1680.

Fol. 151r

Op huijden desen 24e junij 1680 compareerde voor heemraden ondergeschreven des dorps Groot Waspick Dingetje Janss weduwe wijlen Meerten Aertss Turck zaliger woonende alhier tot Waspick voorss ter eenre ende Adriaen Meertens Turck haren zoon ter andere zijde. De welcke comparanten verclaerden metten anderen op heden suijver gereckent ende geliquideeert te hebben, nopende de coop van een vullen merrie met een een jarigh peert, wagen, ploegh, echt ende alle de toebehoorten.

Fol. 152r

Staet ende inventaris vande erffelijcke, haefelijcke ende meuble goederen de welcke naergelaten ende metter doot ontruijmt sijn bij Adriaen Dircx Cammeraet ende Heijltje Dircx. Alhier voor recht aengebrocht den 2e meij 1680.

Fol. 153r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de kinderen ende erfgenamen van Adriaen Dirxs Cammeraet ende Heijltje Dircken saliger bij namen Huijbert Bastiaensen Heer als man ende vooght van Lijsken Adriaens, Huijbert Jansen als wettelijck gestelde vooght ende Joachim Gijsberts als vader ende toesiender vande vier kinderen van Neeltje Adriaens, Seger Cleijssen als oom ende bestorven bloetvooght ende Huijbert Bastiaensen als toesiender vande vijf kinderen van Jan Cleijssen saliger waer moeder van was Huijbertje Adriaens ende Lambert Dirxs als man ende vooght van Anneke Adriaens. Ende dat van alsulcke erfgoederen als de voornoemde Adriaen Dirxs ende Heijltje Dirxs samen huwelijx luijden beseten ende metter door geruijmt hebben. Alhier voor recht aengebrocht desen 2e meij 1680, als volght:

Fol. 155r

Op huijden desen 30e september 1680 compareerden ten register van Groot Waspick Aeltje Cornelis Camp weduwe van Jan Huijbertsen de Bont als geblevene boedelhoudster ter eenre ende Adriaentje Huijgen ter andere sijde, te kennen gevende sij comparanten dies alsoo eenige dispoten waren ge…veert over de vrije inwooninge in een huijs bij de voornoemde eerste comparante onlanghs gecoght vande kinderen van Huijgh Petersen ende erfgenamen van Dingentje Jochem Aerden ende deselve vrije inwooninge aen de tweede comparante daerinne voor haer leven ende langer niet gelegateert bij Dingentje Jochemen voorss haere grootmoeder.

Fol. 156r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Dingeman Peeterss ende Alidt Meertenss Camp zaliger met namen Jan Cornelissen Crul woonende tot Oosterhout als man ende voocht van Fransijntje Dingemans, Dingena Dingemans, woonende tot Geertruijdenbergh, Peeter Janss Brouwer als wettigen voocht ende Mathijs Corneliss Camp als toesiender vande drie onmondige weeskinderen met namen Peeter, Meerten ende Jan Dingemans tsamen indier qualiteijt als erffgenamen ende broeders ende susters voorss. Deselve alhier voor recht aengebrocht desen 16e april 1682.

Fol. 158v

            Accoort

Op huijden desen 25e september 1681 compareerden voor Geerit Zeijlmans, schout, ende heemraden ondergeschreven des dorps Groot Waspick Jenneken Peeters Schaep ende Jan Peeters Schaep als toesiende voocht vande drie onmondige kinderen van Dierck Melsen van Driel zaliger woonende alhier tot Waspick ter eenre ende de vijff kinderen van Mels Dircxsen van Driel met namen Jop Melsen van Driel, Baijen Melsen van Driel, Mels Melsen van Driel, Adriaentjen Melsen van Driel, Janne Melsen van Driel de voorss kinderen omen ende meijen ter andere seijden. De welcke comparanten op huijden sijn overcomen ende geaccordeert van alle den imboel die bij de voorss kinderen grootvader ende grootmoeder sijn naergelaten ende de voorss kinderen ende weduwe tsamen voor een sevende paert sijn compiterende.

Fol. 159r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erffgenamen van Mels Dircxsen van Driel ende Leijntje Janssen Reool met namen Jop Melsen van Driel, Baijen Melsen van Driel, Mels Melsen van Driel, Adriaentjen Melsen van Driel, Janneken Melsen van Driel. Ende het paert van haere broeder Peeter Melsen van Driel hebbe sij voorss vijff broeders ende susters gecooft vande weduwe haeren moeder voorss soo dat de voorss vijff kinderen van Mels Dircxsen van Driel deses pert sijn compiterende uijt de voorss boedel volgens de opdrachte daer toe gepasseert voor schout ende heemraden op den 31e junij 1681 ter eenre ende Anneken Peeters Schaep weduwe wijlen Dirck Melsen van Driel zaliger ende Jan Peeters Schaep als toesinde voocht vande drie onmondige kinderen van Dirck Melsen van Driel ende Anneken Peeters Schaep haere moeder ider voor een helft in het sevende paert vande voorss boedel. Ende dat van alsulcke goederen als den voorss Mels Dircxsen van Driel ende Heijltje Janssen Reol tesamen houwelijcke luijden besette ende metter doot geruijmt hebben. Alhier voor recht aengebrocht ende gedeelt desen 24e september 1681, als volght:

Fol. 160r

Staet ende inventaris gemaeckt van de goederen soo haeffelijcke als erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden bij Cornelis Jans de Bont naergelaten weewenaer van Adriaentje Baessen tsamen bij staende huewelijck beseten ende gepossideert hebben ende bij de voornoemde Adriaentje Baessen metter doot ontruijmt ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht desen 1e januarij 1682.

Fol. 161r

            Acte van aennemninge

Op huijden desen 21e meij 1682 compareerde voor schout ende heemraden hier ondergeschreven des dorps Groot Waspick den eersamen Cornelis Janssen de Bondt weduwenaer van zaliger Adriaentje Baessen ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen sijn onmondige weeskint verweckt bij Adriaentjen Baessen voorss ende dat van Nijs Janssen als oom ende gerechte bestorven bloetvoocht met Adriaen Corneliss Buijs als toesiender in desen.

Fol. 161v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erfgenamen van Jacob Hendricx ende Elsken Geerits zaliger met namen Hendrik Jacops, Adriaen Jacops, Meeus Jacops, Jan Jacops, ende Adriaen Claess als gekooren vocht in desen van Cornelis Jacops ende Mariken Jacops ende Adriaentje Jacops als getrout hebbende Jan Aerts haren gecooren vocht in desen die bekent van desen naervolgende goederen, in dese deelinge gementioneert, te renuntieren ende over te geven aen zijne voornoemde swager ende swagerin voornoemt. Alsoo hij Jan Aerts voornoemt zijn houwelijck goet ende andere … daer tegen heeft genoten ende alle kinderen ende erfgenamen voorss. Deselve alhier gedeelt ende aengebrocht desen lesten februarij anno 1682.

Fol. 163v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen ende erfgenamen van Huijbert Hendricx zaliger met namen Hendrick Huijbertsen ende Huijbert Pauwelssen als man ende vocht van Mariken Huijbertssen. 18-4-1682.

Fol.165r

Staet ende inventaris vande goederen haeffelijck ende erffelijck, imboel mitsgaders incomende ende uijtgaende schulden de welcke Thomas Jacops weduwenaer van (niets ingevuld) metter doot ontruijmt ende naergelaten sijnde. Alhier voorden schout ende schepenen ondergeschreven opgeteckent.

Fol. 166v

Erffhuijsedulle van Thomas Jacops voornoemt gehopuden den 6e april 1682.

Fol. 166v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen (niets ingevuld)

Eerstelijck soo is Coenraet Adriaensen Baes geloot, gecavelt ende beërffdeelt op

Item hiertegens soo is Cornelis Camp geloot, gecavelt ende beërffdeelt op

Item ten eersten soo is Theodorus van Campen geloot, gecavelt ende beërffdeelt op

Item inden eersten hier tegens soo sijn Maria ende Cornelia Vissers geloot, gecavelt ende beërffdeelt op

Fol. 169r

Staet ende inventaris soo haeffelijck als erffelijck, inboel mietsgaders incomende ende uijtgaende schulden bij Jan Aerde naergelaten weduwenaer van Berbel Peterss Boeff tsamen bij staende houwelijck beseten hebben ende gepossideert ende metter doot ontruijmt bij de voorss Berbel Peeterss Boeff ende naergelaten. Alhier voor recht aengebrocht desen 4e januarij 1683

Fol. 170r

Op huijden desen 4e januarij 1683 compareerde voor schout ende heemraden hier ondergeschreven des dorps Groot Waspick den eersamen Jan Aerden weduwenaer van zaliger Berbel Peeters Boeff ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen sijne twee onmondige weeskinderen verweckt bij Berbel Peeters Boeff voorss ende dat van Steven Wouters Boeff als oom ende bestorven bloetvoocht in desen.

Fol. 170v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Cornelis Hendricx Schoenmakers ende sijn moeder Anneken Jansen Buijs van desen naervolgende goederen.

Fol. 171v

Staet ende inventaris (niets ingevuld)

Fol. 174r

Opteeckeningh der parapieren ? die hier alhier ter secrarije sijn overgelevert bij Gijsbert de Ruijter die sijne vader zaliger Adriaen de Ruijter als notaris in sijn leven heeft gepasseert ende sijn dese navolgende:

Fol. 179r

Staet ende inventaris gemaeckt op den 22e october 1683 met de schout ende Aert Rijcken en Hendrick van Tilborgh tot Jan Giellen

Fol. 180r

Compareerde ter secretarije tot Groot Waspick voor schout ende gerechten Frans Commerssen vander Laer, Adriaen Pouwelus vander Valcken, Domus ? Hendrickus vander Hoeve, predicant tot Cappel, in qualiteijt als executeurs vanden boedel en testament van Catalijn Ariaens van Liesvelt zaliger lasts weduwe van Merten Tijssen van Campen gemaeckt en gedateert in Dordrecht den 22e februarij 1682 bij Govaert de Weth openbaere notaris bijden hoove van Hollant geadmiteert resiederende in Dordtrecht voornoemt. 9 en 10 nov 1683 en jan 1684. Er wordt een erfdeling gemaakt.

Erfgenamen: Anneken Jochums Poets, Frans Commeren van de Laer wednr Adriaentje Jochums Poets, Adriaen Pauwels Valck X Catelijn Jochums Poets, Adriaen Josten Poets, Dingena Josten Poets, kinderen van Joost Jochums Poets, Engeltje Willems Plucknoot dochter van Heijltje Jochums Poets

Fol. 181v

Huijden den 1e junij ? 1684 compareerde voor Gerrit Seijlmans, schout, Aert Rijcken ende Hendrik van Tilburgh, schepenen, Geertruijt van Groeninghe ende verclaerde bij desen te indemneren kosteloos ende schadeloos te houden Antonis Seijlmans ende Roelof Rokus Rutten van soodanige proc. Als sij op heeden gepasseert hebben om voor heenen vanaf bos over te geven seker vierdepart van een huijs (huijs) etc.

Datum ut supra.

Fol. 181v

Staet ende inventaris van alle de goederen soo have als erve ende imboel bij Adriaentje [Gijsberts] weduwe Thomas Gijsbertse [Wouters] Zeijlmans ende haere mondige kinderen opgegeven omme de onmondige daer naer te reguleren. Actum desen 25e october 1683.

Fol. 184r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Hendrick van Tilborgh ende Gijsbert de Ruijter vande stede van Adriaen de Ruijter. Soo van het huijs, hooff ende ackerlant daer aen behoorende soo ende gelijck als hier naer volght. 27-12-1693.

Fol. 187r

Scheijdinge ende erfdeelinge tusschen de weduwe (ende) van Huijbert Jansen Hoevenaer ende haer onmondige kinderen die sij verweckt heeft bij den voornoemden Hoevenaer. Soo ende gelijck als volght. 27-12-1683.

In den eerste is Dingentken Peeter Brouwers wed van Huijbert gedeelt etc.

Fol. 189v

Staet ende inventaris van de goederen naergelaten bij Willemken Bastiaensen weduwe van Dingeman opgegeven bij de kinderen en is als volght. Desen 29e junij 1684.

Fol. 190v

Schijdinge erffenisse tusschen den drie kinderen van Aert Adriaenschen Bommelaer ende Dingentjen Jan Teeuwen met namen Gijsbert de Ruijter als man ende vooght van Jenneken Aertsen Bommelaer ende Adriaen Hendricksen Meulder als man ende voocht van Maeijken Aertssen Bommelaer ende Adriaen Bommelaer. Alle kinderen van Aert Bommelaeren ende Dingentjen Jan Teeuwen voorss. Ende dat in manieren hier naer beschreven. 5-2-1684.

Fol. 191r

Op huijden desen 2e mert 1684 soo wil de weduwe van Toomas Wouters Seijlmans en haere onmondige kinderen ende Anthonis Wouters Seijlmans als vooght vande onmondige kinderen van Thoomas Wouters voorrs met toestaen van Gijsbert Eelemans als toesiender vande voors wesen ten over vande schout ende overstaen van heemraden alhier houden een eerfhuijs ende int openbaer voor allen man ten besten oirbaer ende profijt vande voornoemde erfgenamen vercoopen een seer schoon veullemerrie met kaldraegende koeijen.

Fol. 193v

Staet ende inventaris overgebrocht bij Peeter Aerden voor schout ende gerechten desen 2e meert 1684 van het sterffhuijs ontruijmt bij Berbel Diercken Lapper sijn huijsvrouw soo ende gelijck als volght.

Fol. 195r

Schijdinge ende erfdeelinge tusschen de weduwe Toomas Wouters Seijlmans ende haer kinderen opde maniere hier naer beschreven.

Fol. 196v

Op huijden desen 13e jannewarij 1685 compareerde ter secretarije van Groot Waspick ter presentie van Mels Zeijlmans ende Aert Rijcken, heemraden, Peeter Zeijlmans, onsse tegenwoordigen secretaris ter eenre ende Gieltje Wilms de Greeff weduwe Johan Zeijlmans ter ander seijde. Ende verclaerde de voornoemde comparant voor ons heemraden voorss als dat sij met den anderen hebben geaccordeert als dat de voornoemde secretaris sal hebben ende behouden in volle eijgendom de stede daer de voorss weduwe op woont met het hooftken aende schol waertegens de voornoemde weduwe sal hebben in vollen eijgendom de stede daer de voornoemde secretaris tegenwoordich op woont.

Fol. 197ar

Staet ende inventaris van alle de goederen soo haevelijcke, ervelijcke, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Jacop Abramsen ende Marike Jacops de Bruijn staende houwelijck besetten hebben ende met der doot ontruijmt bij Jacop Abrams voorss. Daer omme dese voorss goederen ter secretarije overgebrocht tot naerrichtingh vande wesen desen 22 apriel 1684.

Fol 197bv

Op huijden desen 22e apriel 1684 compareerden voor ons schout ende heemraeden van Groot Waspick ondergenomineert de eersame Marieken Jacops de Bruijn sijnde geassisteert met haeren vader Jacop Huijberden de Bruijn ende heeft wettelijck aengenomen sulcx sij doet bij desen van Cornelis Abrahams als bloetvoocht vande onmondighe kinderen die de voorss Maria heeft verweckt bij Jacob Abrahams haren overleden man zaliger met namen Adriaena, ende Johanna Jacops die sij Maria Jacops de Bruijn belooft te alimenteren etc.

Fol. 197cv

Op huijden desen 3e februarij 1685 compareerden ten secretarije van Groot Waspick ter presentie ende ten overstaen van Gerrit Zeijlmans, schout, Mels Zeijlmans ende Peeter Janssen Brouwers, heemraeden Dielis Aertsen van Thichel ende Berbel Andriessen Wevers, houwelijckse luijden. De welcke verclaerde door ende te niet te doen sulcken testament als thusschen hen beijden is gepasseert voor Adriaen Janssen de Ruijter ende seeckere getuijgen in datte den je augustus deses jaers 1676 ende voorders herroepen sij comparanten voorss diet contrackt ende alle anders contracten thusschen hen beijde gemaeckt ende doet deselve doot ende te niet ofte sij nodt gepasseert en waeren. Actum desen je februarij 1685.

Fol. 197cv

Op huijden desen 13e juni 1698 soo sijn met alle minne ende vrintschap veraccordeert Leijsbet Aerts ende de wesen ende Huijbertje Adriaensen Timmermans voor haer selleven ende voor haer andere susters over soodanighe pretensie als sij hadden te pretenderen op Dielis Adriaenssen van Thiechel wegens de goederen van Adriaen van Thichel soonen van Thonis.

Fol. 198r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Willem Jacobs ten eenre ende sijne kinderen die hij verweckt heeft bij Marijken Willems Broeck ter andere sijde. Soo van erffgoederen, haeff, meuble, in- ende uijtgaende schulden. Ende is als volght:

Fol. 199r

Smaldeelinge tusschen de kinderen en erffgenamen van Willem Jacobs ende Maijken Willems te weten Peeter Wouterss als getrout hebbende Janneken Willems, Hendrick Willems als getrout hebbende Adriaentje Willems, Maria Willems, Jacobus, Willem en Jan Willemsen. Ende dat als volght:

Fol. 200r

Ten dage voorss compareerde den selven Willem Jacobs ter eenre ende Theunis Jan Peeters woonende tot Dongen als vooght vande twee onmondige weeskinderen van Eijken Janssen die sij verweckt heeft bijden voorss Willem Jacobs ende heeft den voorss vooght bij t consent van schout ende gerechte veraccordeert over haere moederlijcke goederen in desen manieren.

Fol 200r

Ten dage voorss compareerde Willem Jacobs ter eenre ende Jan Anthonis Snijders als vooght vande drije onmondige weeskinderen van Willem Thonis Snijders die hij verweckt heeft bij Eijcken Jansen ter andere sijde. Ende dat over de vaderlijcke ende moederlijcke goederen.

Fol. 200v

Staet ende inventaris tussen de kinderen, d’erfgenamen van Zeger Wouter Zeijlmans ende desselffs weduwe die bijden voorss Zeijlmans sijn achtergelaten ende metter doot ontruijmt. Soo ende gelijck als volght:

Fol. 202r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de weduwe ende kinderen van Seger Wouters Zeijlmans vande goederen, actien ende credieten, in- ende uijtgaende schulden soo als ‘tselve bijde voornoemde Seger Seijlmans ende sijne weduwe Judich Jan Vassen is naergelaten. En dat met Theunis Wouters Seijlmans als vooght, Huijbrecht Jan Vassen als toesiender. Ende is de deelinge gepasseert als volght:

Fol. 203r

Den eedt gepresenteert bij Jochem Aerts Vermeijs als gestelde bloetvoocht vande naergelaten weeskinderen van sijnen broeder Dirck Vermeijs die hij heeft naergelaten ende verweckt bij Neeltjen Teunis Otjens. Desen 14e december 1684.

Fol 203v

Staet ende inventaris gemaeckt bijden schout Mels Seijlmans ende Aert Reijcken heemraden, ende bijde weduwe Dirck Vermeijs selver opgegeven den 14e december 1684.

Fol. 206r

Ten dage voorss compareerde Neeltje Otgens ende heeft rechtelijck aengenomen haer ses kinderen verweckt bij Dierck Aertssen Vermeijs vanden vooght.

Fol. 206r

Staet ende inverntaris vande haeffelijcke als erfgoederen mitsgaders de meubelen goederen, gout, zillever, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden die Anneken Tuenissen Zeijlmans ende Frans Adriaensen Boeser bij staende huewelijck besetten hebben ende bij de voornoemde Anneke Toniss Zeijlmans metter doot ontruijmt ende naergelatten ende alhier voor recht aengebrocht ende opgeteckent bij Frans Bastiaensen Boeser desen 21e februarij 1685.

Fol. 208r

Ten dagen voorss heeft Frans Boeser van Thonis Theunissen Zeijlmans als voocht ende Jan Boeser als toesiender sijn onmondige kint aengenomen ten mondighen dage ofte houwelijcke staet toe tonderhouden.

Fol. 208v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Theunis Wouters Zeijlmans weduwenaer van Maeijken Thonissen Kuijl ende hare kinderen met namen Frans Bastiaensen Boeser als in huewelijck gehadt hebbende Anneken Theunis Zeijlmans, Jan Theunissen Zeijlmans, Cornelis Thunissen Zeijlmans. Van alle erff ende haeffelijcke goederen soo als tselve geweest is bijt overlijden vanden voorss Maijken Thunissen Kuijl. Ende is als volght:

Fol. 210v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Adriaentje van Clootwijck weduwe ende boedelhouster van zaliger Johan Zeijlmans, in zijn leven schout tot Waspick, ende haer kinderen met namen Gerart Zeijlmans, schout, Adriaen, Dierck, Dingena, Anna ende Wouter Janssen Zeijlmans, alle kinderen ende erffgenamen van Johan Zeijlmans ende Adriaentje van Clootwijck voorss.

Fol. 212v

Huijden desen 13e april 1685 compareerden voor ons ondergeschreven schepenen in Groot Waspick den eersamen Gerraerdt Zeijlmans, schout alhier, ter eenre ende Dierck, Dingena ende Anna ende Wouter Zeijlmans ter andere zeijde ende gecooren hebbende tot haeren voogden in desen Johan de Jongh ende Adriaen van Clootwijck. Ende verclaerden bijde parthijen rechtelijck bij desen gedelt te hebben gelijck sij deelen bij dese.

Fol. 213r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Aliken ? Peeters weduwe Wouter Aertsen ende haere kinderen die sij verweckt heeft bijde voornoemde Wouter Aertsen voorss met namen Peeter ende Jan Wouters Verschueren ende Johan van Tichel in huewelijck hebbende Adriaentje Wouters Verschuren, alle kinderen voorss hebben gedelt ende alhier voor recht aengebrocht desen 13e apriel 1685.

Fol. 214r

Op huijden desen 13 meert 1685 compareerden ter secretarije van Groot Waspick Dielis Adriaensen van Tichel ende Adriaen Anthonissen vander Linden, sijnen schoonzoone, ende verclaeren met minne ende vrintschappen met maelcanderen veraccordeeert te wesen van alculcke pretentie als den voornoemden Adriaen vander Linden op sijn schoonvader was eijsschende te wetten eens ses ende dertich gulden voor sijn vaderlijcke goederen ende daerenboven noch dertich gulden, alle volgens de rollen ende dinghtaelen ? des dorps Groot Waspick. Ende beloofde den voorss van Tichel de voorss somme te betaelen ende den voorss vander Linden als hij gecomen sal wesen tot sijner mondigen dagen ofte houwelijcke ofte geapprobeerden staedt.

Fol. 214v

Op huijden desen 26e apriel 1685 compareerden ter register van Groot Waspick Anthonis Peeters Ockers ende Lambert Freijssen als erffgenamen Meerten Adriaensen van Gesel als volcomen last hebbende van Maeijken Wouters wed Merten van Gesel ende Lambrecht Peeters Theuwen als soone van Huijpken Mertens en Peeter Theuwen ende soo … de voorss vrinden ende weduwe dat de voorss Lambert Peeters Theuwen is gegravert ? bij het testament van Merten van Gesel ende Maeijken Wouters ende hebben …halve niet comen naerlatten omme de voorss Lambrecht Peeters eenighhen bij slagh te doen, soo hebben wij den selve boven sijn makaghi ? noch vereert ter somme van vijftich gulden.

Fol. 215r

Staedt ende inventaris van alle haeffelijcke als erffelijcke goederen, imboel ende huijsraet, inkomende ende uijtgaende schulden bij Cornelis Aerden weduwenaer van Mariken (niets ingevuld) staende houwelijck besetten hebben ende metter doot ontruijmt bij Mariken (niets ingevuld) voorss daer omme dese naervolgende goederen ter secretarije overgebrocht tot naerrichtinghe vande wesen, desen 16e apriel 1685.

Fol. 215v

Ten dage voorss compareerde Cornelis Aerden ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen sijne drie onmondighe kinderen verweckt bij Marieken Joriessen ? ende dat van Jan Janssen Eijpelaer als voocht ende Jan Aerden als toesiender.

Fol. 216v

Staet en inventaris vande naervolgende goederen die metder doot sijn ontruijmt bij Lentijen Dingemans ende opgegeven bij Steven Franssen desen 16e april 1685. Soo ende gelijck als volght in presentie van Geerit Seijlmans, schout, Mels Seijlmans ende Adriaen van Clootweijck, heemraden.

Fol. 217r

Staedt ende inventaris vande naervolgende goederen die met der doot sijn ontruijmt bij Leesken Diercken ende nu bij Willem Jacop Jan Tijssen haeren man opgegeven is als volght desen 19e jannewarij 1686.

Fol. 218r

Ten dage voorschreven compareerdem Willem Jacob Jan Thijssen ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen sijne onmondige kinderen die hij verweckt heeft aen Lesken Diercken.

Fol. 218v

Staedt ende opteckeninghe gedaen tot Gerrit Matijssen Otgens weduwenaer van Leijsbeth Peeters Nobel op den eersten meij 1686 bij Gerrit Zeijlmans, schout, ende Aert Rijcken ende Coenraet Adriaensen Baes, heemrade.

Fol. 221r

Op huijden desen 8e meij 1686 soo willen Gerrit Matijssen Otgens ende de gelijcke kinderen ende erffgenamen van Leijsbeth Peeters Nobel zaliger met consent ende ten overstaen vande heer schout ende heemrade alhier houden een erffhuijs ende int openbaer voor alle man ten meesten oirbaer ende proffijt vande voorss Otgens ende de verdere erffgenamen vercoopen alderhanden imbooel van stoellen, bancken, beesten ende alles wat sij erffgenamen te berden sullen gelieven te brenghen ende dat achter volgende de conditie ende voorwaerden hier naerbeschreven.

Fol. 223r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Gerrit Matijssen Otgens ende d’eerffgenamen van Leijsbeth verweckt bij (niets ingevuld)

Fol. 223v

Staedt ende inventaris van alle de haeffelijcke als erffelijcke goederen, incomende ende uijtgaende schulden de welcke Seijcke Adriaens Verschueren weduwe Adriaen Janssen Theeuwen geweesene huewelijcke luijden ende nu bij desselfs weduwe voorss met der doot geruijmt ende naergelaten. Ende deselve alhier rechtelijck aengebrocht ende opgeteckent tot naerrichtingh van de wesen, desen 17e october 1686.

Fol. 228r

Scheijdinghe ende erffdeelinghe tusschen de erffgenamen van Adriaen Janssen Theuwen, Seijcken Adriaenssen Verschueren zaliger met namen Adriaen Adriaensen Teuwen, Jan Adriaensen Teuwen, Wouter Anthonissen Snijder in huewelijck hebbende Maeijken Adriaensen Teuwen ende Adriaen Aertsen als voocht ende Gerrit van Giels als toesiender vande onmondighe verweckt bij Jenneken Adriaensen Teuwen ende Cornelis Cornelissen in huewelijck hebbende Hendriena Adriaensen Theuwen ende Mathijs Cornelissen Camp als voocht van twee onmondighe kinderen van Jan Janssen Kamp zaliger ende Mels Boudewijns voor hem selven ende mede als toesiender vande selve kinderen. Alle kinderen ende erffgenamen van Adriaen Jan Theuwen ende Seijken Adriaensen Verschueren. Gedaen ende gepasseert desen 9e jannewarij 1687.

Fol. 231v

Staedt ende inventaries soo van haeffelijcke als erffelijcke goederen die Huijbert Aertsen Schep ende Jenneken Janssen sijne huijsvrouw te samen hebben beseten ende gepossideert ende metter doot ontruijmt bij Huijbert Adriaen Schep voorss. Dese rechtelijck opgeteckent desen 14e februarij 1687 in presentie vanden voocht Jan Adriaensen Schep ende ten overstaen van Gerrit Zeijlmans, schout, ende Aert Rijcken ende relateert Adriaen van Pas sijnen confrater.

Fol. 234r

            Contract van aenneminghe

Op huijden desen 26e apriel 1687 compareerden Jacop Adriaensen Dolck woonende alhier tot Waspick de welcke verclaerde voor schout ende schepenen ondergeschreven aengenomen te hebben Lesken Wouters Zeijlmans sijne moeder geassisteert met Gerrit Zeijlmans, schout, haeren gecooren voocht indesen.

Fol. 234v

Op huijden desem 7e november 1687 compareerden ter secretarije van Groot Waspick Wouter Adriaen Corsten ende Corstiaen Vassen de welcke verclaerden door mindelijcke accoordt met malkanderen overkomen te wesen omme te voldoen soodanighen wiilecor inhoudende vijffhondert gulden met een jaer verlopen interest van vijfthien gulden die Adriaen Peeters Paep tot haeren lasten is hebbende over coope van het half huijs met de gerechticheijt van Bollekens in het ackerlant volgens veste ende willekor daer van sijnde van date den 8e december 1674.

Fol. 235r

Scheijdinghe ende erffdeelinghe tusschen Cornelis Embrechts ende Johan Embrechts vanden Bergh ende Jan Willemsen Cloot, broeders ende swagers respective. Alle erffgenamen van Embrecht Cornelis vanden Bergh ende Heijltje Wilbortsen, echteluijden. Ende dat haer moederlijcke goederen. Ende alhier voor recht aengebrocht desem 9e meert 1688.

Fol. 236r

Staedt ende inventaris vande haeffelijcke als erffelijcke goederen mitsgaders de meubelen goederen, gout, siellever, gemunt ende ongemunt, incomende ende uijtgaende schulden, die Adriaen Mertens van Gesel ende Freijsken Adriaensen tsamen staende huewelijck besetten hebben ende bijden voorss Adriaen Mertens metter doot ontruijmt ende naergelatten. Ende alhier voor recht aengebrocht ende opgeteckent door Freijsken Adriaensen weduwe wijlen Adriaen Mertens van Gesel voorss ende int bijwesen van Cornelis Janssen Zeeuw als voocht ende Willem Adriaensen Potmacker als toesiender, 30-4-1688.

Fol. 238r

Staedt ende inventaris vande goederen die bij staende huwelijck zijn besetten bij Jacop Tijssen Camp ende Peternella Janssen, huewelijkse luijden. Soo van erff goederen als haeffelijck, imboel ende nu metter doot ontruijmt bij Peter Janssen de Graeeff. Hier rechtelijck voor recht aengebrocht ende opgeteckent in presentie van Jesper Cleijssen de Greeff als voocht ende Huijbert Bastiaensen Heeren als toesiender vande onmondighe kinderen van Jan Cleijssen de Greeff tot naerrichtinghe vande wesen. Actum desen 5e apriel 1688.

Fol. 240v

Staedt ende inventaris vande goederen soo haeve als ervelijcke die metter doot sijn ontruijmt ende achtergelaetten sijn bij Judich Janssen Vassen huijsvrouwe van Willem Jacops. Ende dese opteckeninghe gedaen ofte opgevinghe bij Willem Jacops, den 10e meij 1688 in presentie ende ten overstaen van Gerrit Zeijlmans, schout, ende Adriaen van Pas ende Huijbert Vos, heemraden.

Fol. 247r

Op huijden desen achtsten meij 1688 compareerden voor ons ondergeschreven schout ende gerechten des dorps Groot Waspick den eersamen Willem Jacobss als weduwenaer van Judick Janss Vassen de welcke verclaerde veraccordeert ende bewesen te hebben aende kinderen van Zeger Wouterss Zeijlmans die hij in echten verweckt heeft aen Judick Janss Vassen. Ende dat voor hare vaders goederen volgens de aenneminge van date den 14e october 1684.

Fol. 247v

Op huijden desen 18e meij 1688 soo heeft Willem Aerts Mouthaen aengenomen van Thonis Wouterss Zeijlmans als voocht ende Huijbert Janss Vassen als toesiender van het onmondich weeskint van Zeeger Wouters Zeijlmans dat hij verweckt heeft bij Judick Janss Vassen, genaemt Wouter Zegers Zeijlmans.

Fol. 248v

Op huijden desen 19e meij 1688 soo wil Willem Jacobss ten overstaen van schout ende heemraden alhier houden een erffhuijs ende int openbaer voor allen man ten meest oirbaer ende proffijt vanden voornoemdsen Willem Jacobss alder handen imboel van stoelen, bancken, peerden, beesten ende alles wat hij te berden sal gelieven te brengen. Ende dat achtervolgende de conditie ende voorwaerden hier naer beschreven.

Fol. 249v

Op huijden desen lesten meij 1688 soo willen Denijs Janss van Hasselt als voocht vande weeskinderen van Willem Hendrickxss van Wagenbergh met consent ende ten overstaen van schout ende gerechten alhier houden een erffhuijs ende int openbaer voor allen man alder handen huijsraet van stoelen, bancken ende koper en tin ende deeckens ende alles wat hij verder te berde sal gelieven te brengen. Ende dat achtervolgende de conditie ende voorwaerden hier naer beschreven.

Fol 251r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen van Dingeman Seeterss vande goederen hier naer gespeciviseert. Ende sijn als volght:

naer gespeciviseert. Ende sijn als volght:

Johan Crul X Francijntje Dingemans

Peeter Dingemans

De voogd Peeter Jans Voos?

Johan Dingeman

1-2-1689

Fol. 252r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de kinderen van Mels Dircxss van Driel ende Leijntjen Janss Rijool met namen Jop Melss van Driel, Baeijen Melss van Driel ende Mels Melss van Driel ende Francois Bastiaenss Boeser die in huwelijck is hebbende Janneken Melss van Driel. Ende dat van alsucke goederen als sij tsamen beseten hebben naerde de doodt van haer ouders. Alhier voor recht aengebrocht ende gedeelt desen 2e februarij 1689. Ende sijn als volght:

Fol. 254v

Staedt ende inventaris gemaeckt opden 4e junij 1688 bij Willem Corneliss Hulst ende Jenneken Corneliss Rijcken ende metter doodt ontruijmt bij Jenneken Corneliss Rijcken, echte luijden, opgeteeckent alle de goederen tot naerrichtinge vande wesen ten overstaen van Geerit Zeijlmans, schout, Mels Zeijlmans ende Peeter Janss Brouwer, heemraden. Desen datum voorss.

Fol. 259r

Eerstelijck is de wesen ten delen gevallen:

Fol. 259v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de vier kinderen van Bastiaen Franss Boeser ende Gieltje Janss Fiers met namen Jan Bastiaenss Boeser, Peeter ende Frans Boeser ende Adriaen van Clootwijck die in huwelijck is hebbende Grietje Bastiaenss Boeser. Alle kinderen ende erffgenamen van Bastiaen Franss Boeser ende Gieltje Jans Fiers voorss. Ende dat van hare vaderlijcke goederen haer bij aenneminge gelooft. Alhier voor recht aengebrocht desen 8e junij 1688.

Fol. 261r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Adriaen Corneliss Buijs als in huwelijck gehadt hebbende Neesken Bastiaenss Boeser ende de gelijcke kinderen ende erffgenamen van Bastiaen Franss ende Geltjen Janss Fiers, echte luijden. Ende metder doot ontruijmt bij Bastiaen Franss Boeser voorss. Alhier voor recht aengebrocht den 8e junij 1688.

Fol. 262v

Op huijden desen 23e junij 1688 soo wille Geerit Hendrikxss Boeser als voocht ende Aert Rijcken als toesiender vande weesen van Jenneken Corneliss Rijcken met consent ende ten overstaen van schout ende gerechten alhier houden eenen erffhuijs ende int openbaer voor alle man ten meesten oirbaer ende proffijt vande voornoemde weesen vercoopen alderhanden imboel soo van stoelen, bancken, potten, ketels ende verders alles wat sij te berde sullen gelieve te brengen. Ende dat achtervolgende conditie ende voorwaerde hier naerbeschreven.

Fol. 264v

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Hendrick van Tilburgh ende de erffgenamen van Geerit Cornelis Swart met namen Cornelis Gerritss Swart voor sijn selven ende procuratie hebbende van Maria Gerritss Swart ende Jochem Swart ende Johan Gerritss Swart hier selffs present ende Corstiaen van Iperen die in houwelijck is hebbende Anna Gerritss Swart ende Theuntje Gerritss Swart hier niet present, daer de andere gelijcke erffgenamen voor sijn rato caverende. Ende is als volght gedaen ende gepasseert desen 28e februarij 1689.

Fol. 265v

Op huijden desen 9e mert 1689 compareerden voor ons schout ende heemraden van Groot Waspick ondergenoemt in eijgene persoone Gijsbert Janss Konincx ende heeft rechtelijck voor recht aengenomen van Gerrit Zeijlmans, schout, oppervoocht, sijne drie onmondige weeskinderen die hij in echte verweckt heeft aen Wouterken Vass Taellen, sijn eerste vrouw zaliger.

Fol. 266av

Contract van uijtkoop thusschen Mels Gerritsen Boudewijns ende de kinderen van Jan Janssen Kamp.

Op huijden desen 10e mert 1689 compareerden voor schout ende gerechten van Groot Waspick den eersame ende seer discreten Mels Gerritsen Boudewijns die in huwelijck is hebbende Dingena Adriaensen Theuwen weduwe Jan Janssen Camp ter eenre ende den voochdt ende toesiender van de twee onmondige wesen van Jan Janssen Camp zaliger ter andere seijde. Ende verclaerde met alle ende vrintschappen te sijn veraccordt op manieren hier naerbeschreven te wetten dat Mels Gerritsen Boedewijns ende haere moeder tesamen sullen hebben het erff del vande kinderen haere grootvader Adriaen Jan Matheus.

Fol. 267r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen Adriaentje van Clootwijck weduwe Johan Zeijlmans, in sijn leven schout tot Waspick, ende haere kinderen ten andere seijde met namen Gerrit Zeijlmans, schout mede als voocht van Wouter Zeijlmans sijne broeder, Adriaen van Clootwijck voor hem selven, Dierck, Dingena, Anna ende Wouter Zeijlmans, alle kinderen ende erffgenamen van Johan Zeijlmans, schout ende Adrientje van Clootwijck voorss.

Fol 268v

Staet ende inventaris vande naergelaten goederen van Mathijs Janss Camp zaliger ende Berbel Wouterss Boeff zaliger van alle haeffelijcke ende erffelijcke goederen bij de voocht ende toesiender rechtelijck opgegeven tot naerrichtinge vande weesen. Desen 7e meij 1689 ten overstaen van Geerit Zeijlmans, schout, Mels Zeijlmans ende Peeter Janss Brouwer, heemraden.

Fol. 271r

Hier volght de deelinge vanden imboel ende haeff vande kinderen erffgenamen van Mathijs Janss Kamp zaliger.

Eerstelijck soo is Frans Mathijss Kamp

Item hiertegens soo is Johan Mathijss Camp

Item hiertegens soo is Maeijken Mathijss Camp

Cornelis hier tegens

Item hiertegens soo is Wouter Mathijssen Camp

Item hiertegens soo is Theuntje Mathijssen Camp

Item hiertegens soo is Nesken Mathijssen Kamp

Item hiertegens soo is Gerrit Mathijssen Camp

Fol. 272r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de lijck kinderen van Matijss Janssen Camp ende is gedelt in acht kluchten ofte lotten. Soo als hier naer volght:

Fol. 273r

Scheijdinge ende erffdeelinge tusschen de gelijcke kinderen ende erffgenamen van Huijbert Peeterss Zeijlmans ende Adriaentjen Janssen Buijs saliger bij namen Jan Huijbertsen Zeijlmans voor sijn selven ende mede als voocht vande kinderen van Wouter Huijbertsen Zeijlmans, Willem Huijberden Zeijlmans, Elizabeth Huijbertsen Zeijlmans, Peeter Huijbertsen Zeijlmans ende Adriaen Huijbertsen Zeijlmans. Alle kinderen ende erffgenamen voorss. Deselve alhier voor recht overgebrocht desen 2e meert 1690.

Eerstelijk soo is Johan Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdelt op seven geerden hoij ende weijlant gelegen in den polder van Groot Waspick thusschen erffenissen van de weduwe Thomas Peeters Zeijlmans, in sijn leven secretaris alhier gelegen cum suis oost ende Peeter Janssen de Jongh cum suis gelegen weest. Streckende uijt den suijden van den Kaeij sloot noirdewaerts in ter halver ouder Maesen toe

Item alnoch soo is den voornoemde Johan Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdeelt op het gerechte 24en paert inde grootte grijne tiendt tot Raemsdonk ende moet uijtrijcken tot proffijt van gemeenen boedel vijftich gulden.

In de kantlijn:

Bekenne ick ondergeschreven ontfangen te hebben uijt handen van Jan Huijbertsen Zeijlmans de somme van vijftig gulden van desen neffenstaende uijtreijckinge die hij inde gemeenen boedel most uitreijcken ende bedancken hem van sijn goede betallingen. Actum desen 4e meij 1690.

Ende gelove ick hier mijne reckeningen te doen binnen der tijt van nu in 3 weken. Desen datum als boven. Peeter Zeijlmans.

Item hiertegens soo is Elisabeth Huijberden Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdelt op ses geerde hoij ende weijlant gelegen in de polder van Groot Waspick aende uijt kaa, gelegen onverdelt in een stuck van 12 geerde met Huijbert en Jesper Buijs. Gelegen tusschen erffenisse van Cornelis de Bont cum suis gelegen oost ende Mels Thomas Zeijlmans gelegen west. Streckende uijt de zuijden van de Kaeij sloot noirdewaerts in ter halver oude Maese toe. Ende moet uijtrijcken tot proffijt van den boel 100 gulden. De casatie staet ande inde …

In de kantlijn:

Bekenne ick ondergeschreve ontfanghen te hebben uijt handen van Elisabeth Huijberden Zeijlmans de somma van hondert gulden die sij most uijtrijcken aen den gemenen boedel waer voor ick gehouden blijven reckeninghe van te doen binnen den tijt van drie wecken. Actum desen 4en meij 1690. Peeter Seijlmans

Item inden eersten soo is den voorss Willem Huijberden Zeijlmans toe bewesen voor sijn huewelijckx goet eenen acker zaeijlant gelegen in de Geer thusschen erffenissen vande erffgenamen van Thonis Jan Theuwen gelegen noirden ende de stege van juffrouw de Jongh gelegen zuijden. Streckende uijt den westen van den Geer sloot oostewaerts in tot de erve van Pouwelus Freijssen toe.

Item hier tegens soo is Willem Huijberden Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdeelt op ses geerden hoij ende weijlant, gelegen inden polder van Groot Waspik thusschen erffenissen van Mels Diercksen cum suis gelegen oost ende de voornoemde Elisabeth Zeijlmans cum suis gelegen west. Streckende uijt den zuijden van de Kaeij sloot noirdewaerts in ter halver Oude Maesen ofte Scheij sloot toe.

Item alnoch soo is den voors Willem Zeijlmans geloodt gecavelt ende beërfdelt op alle het ackerlant op de Heij aende suijde kant vant waghe spoer onder Kappel. Oost Jan Corstiaensen ende west den wal.

Item alnoch ten tweeden soo is de voorss Willem Huijberden Zeijlmans geloot gecavelt ende beërfdelt op een paerceltjen moergront, groot ontrent 2 hont gelegen onder Sgravelduijn Cappel in den Endenest thusschen erffenisse van Merten Mutsaert cum suis noirden.

Item alnoch soo is de voorss Willem Huijberden Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërffdelt op een moerken gelegen op den weesten cant van Vroukens vaert thussen erffenissen vanden schout ende secretaris gelegen oost ende west.

Item alnoch soo is de voornoemde Willem Huijberden Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërffdelt op het 16e paert in Jan Zegers thiendeken onder Raemsdonck.

Item hier tegens soo is Jan Huijbertsen Zeijlmans als voocht van de wesen van Wouter Huijbertsen Zeijlmans ende Jan van der Hoeven als toesienden van de voornoemde wesen ten behoeven vande wesen voorss geloot gecavelt ende beërfdelt op vijff geerden lants gelegen inden in Cleijn Waspick gemeen met Hendrick van Giels, in thien gerde gelegen thusschen erffenissen van Peeter van Son cum suis gelegen weest ende Peeter en Adriaen Huijberden Zeijlmans met acht geerde samen int selve stuck gelegen oost. Streckende uijt den zuijden van Sgravelduijn Cappel noordewaerts in tot juffrou weijde toe.

Item alnoch soo is den voornoemden voocht en toesienden ten behoeven des voorschreve weesen gelodt gecavelt ende beërftdelt op ontrent een hont ackerlant gelegen opde Heij onder Cappel aenden noordekant vant wagespoer.

Item alnoch soo is de voornoemde vocht ende toesiender ten behoeven vande wesen geloodt gecavelt ende beërfdelt op een moer veldeken gelegen inde Mollebanck onder Cappel met het dijckstal daer toe behoorende.

Item hiertegens soo is Peeter Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdelt op vier geerde hoij ende weijlans gelegen in Cleijn Waspick, in acht geerde, onverdelt met Adriaen Huijberden Zeijlmans gelegen tusschen erffenissen van Hendrick van Giels cum suis gelegen west ende den Armen van Waspick cum suis gelegen oost. Streckende uijt den zuijden van Sgravelduijn Cappel noordtwaerts in tot Juffrou weijde toe

Item alnoch soo is Peeter Huijbertss Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdelt op het halve huijs hooff ende halve werff gestaen ende gelegen aen Vroukens vaert, in Groot Waspik, gelegen thusschen erffenissen van Jan de … cum suis gelegen west ende Willem Huijberden Zeijlmans gelegen oost. Streckende uijt den noirden van den dijck aff zuijdwwaerts in tot de erve van Adriaen Adriaensen van Hasselt toe.

Item alnoch soo is Peeter Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende geërfdeelt op eenen halven acker zaeijlant gelegen bij Crotten in Sgravelduin Groot Waspick thusschen erffenissen van de erffgenamen Crotten gelegen noirde ende de erftgenamen Jan Jacop Vader gelegen zuijde. Streckende uijt den weesten van de erven van Gerrit Vassen aff oostewaerts in tot den halven Geer sloot toe.

Item alnoch ten vierden soo is Peeter Huijbertsen Zeijlmans geloodt gecavelt ende beërfdeelt op een binnen delleken gelegen op den oosten kant van Vroukensvaert tusschen erffenissen Willem Huijberden Zeijlmans gelegen zuijden ende Adriaen Peeterss Paep gelegen noirden. Streckende uijt den weesten van der halver Vroukensvaert oostewaerts in tot de erve van Willem Huijberden Zeijlmans toe. Ende moet tot egalisatie aen den gemeenen boedel uijt rijcken 160 gulden.

In de kantlijn: Item alnoch soo bekenne wij gelijcke erffgenamen dat Peeter Huijberden Zeijlmans in sijne reckeninghe heeft voor ontfanck verantwordt op den 3en meert 1691 de somma van 160 gulden die hier neffen staedt gespecificeert ergo geroijeert ende gecassert desen datum voors in presentie van mij secretaris P. Zeijlmans, 1691

Jan Huijbrecht Selmans, Adriaen Seijlmans, J. vander Hoeven, Elisabeth Sijlmans, Willem Huijbrechts Seeijlmans.

Item alnoch soo is den voornoemde Peeter Huijbertsen Zeijlmans aengewesen voor sijn …lijcke goet een buitendelle gelegen onder Sgravelduijn Cappel thusschen erfenissen van Jan Adriaensen van Hasselt gelegen weest, de bogijnen van Waelwijck gelegen oost. Streckende uijt den zuijden van der halver Her straedt noirdewaerts in tot de heerlijkheijt van Cleijn Waspick toe.

Item hiertegens soo is Adriaen Huijbertss Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdeelt op vier geerde hoij ende weijlant gelegen in Cleijn Waspick, onverdelt met Peeter Huijbertss voorss in de acht geerde eggende ende erende als vooren.

Item alnoch soo is den voornoemde Adriaen Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdeelt op het halff huijs ende den halven hooff ende den halven werff, gemeen met Peeter Huijbertss voorss gelegen in sijn regenotten als bij Peeter Huijberts post staedt gestepelert.

Item alnoch soo is den voornoemden Adriaen Huijbertsen Zeijlmans gelodt gecavelt ende beërfdeelt op eenen halven acker zaeijlant gelegen onder Waspick bij Crootten ende die alsoo als hij in sijn lemietscheijdinghe bij de post van Peeter Huijberden Zeijlmans staedt uijtgedruckt.

Aldus sijn paerthijen ende condievente erffgenamen voors deen tot des anders proffijt alhier rechtelijck op verteijt ende vertegen soo als recht is behoudelijck dat een ider voor sijn looten ende gedelte sal onderhouden alle wegen, stegen, dijcken, straetten, schouwen en contributie, s’Heeren cijsen ende andere naebueren rechten. Elck tot het sijn behoorende sonder nochtans dat deen op den anderen sijn loote eenighe actie ofte pretentie meer is hebbende ofte behoudende als voorss staedt maer renuntierende den eenen tot behoeff vanden anderen. Ende is noch wel expresseliick geconditieoneert ende besprockende dat sij malkanderen sullen helpen waeren ende ontlasten secker proces al        ….        aange.. wegens den Endeneest ofte eenige andere onrechte ofte omslaghen die schier ofte merghe op eenige der voors goederen mochte werden aengeslagen wegens den Endeneest. Waer voren wij alle sijn verbindende onse persoonen ende goederen egen ter werelt uijtgesondert. Alles sonder froude. Ende des in oirconde desen 2en mert 1690 ter presentie ende ten over van Gerrit Zeijlmans, schout, Johan de Bruijn ende Aert Bommelaer, heemrade.

Fol. 275v

Staet ende inventaris van alle sulcke goederen als Adriaentjen Janss Buijs weduwe Huijbert Peeterss Zeijlmans in haer leeven heeft beseten ende gepossideert zijn. Alhier voor recht opgeteeckent op den eersten meert 1690.

Fol. 278v

Memorie van het gelt vande weeskinderen van Wouter Huijbertsen Zeijlmans ende deselve haer bevallen uijt den boedel van zaliger Adriaentjen Buijs ende nu bij … gebrocht sal vercooft werden als volght:

Fol. 279r

Staet ende inventaris soo van haeffelijcke als erffelijcke goederen die Wouter Huijbertsen Zeijlmans en Maeijken Dierckx vander Hoeven, echte luijden, samen beseten hebben ende nu metter door ontruijmt bij Wouter Huijberden Zeijlmans. Alhier voor recht aengebrocht  en opgeteckent int bijwesen vanden voocht ende den toesiender Johan vander Hoeven toesiender ende Jan Huijberden Zeijlmans voocht vande wesen voorss desen 11e meert 1690.

Fol. 280v

            Aenneminghe Maeijken Dierck haer kinderen

Op huijden den iien mert 1690 soo heeft Maeijken Diercken vander Hoeven aen genomen hare seven onmondige kinderen.

Willemijntje is de outste dochter.

Fol. 280v

Scheijdinghe ende erffdeelinghe tusschen Johan Boeser ende Peeter Boeser van soodanige perseelen van goederen als haer volgens testament van haere moeder zaliger te deelle gevallen is. Ende hier volgens testament gestiepeleert sijn als volght:

Los vel 1

Ick ondergeschreven Vas Peeterschen de Hoogh die in huewelijck is hebbende Leijsbeth Dierckxschen Vermeijs bekenne ontfanghen te hebben van Wouter Backx mijn schoenvader ter somme van vijfftich gulden over mijn vrouwe vaders goet ende versoecken aende secretaris Peeter Zeijlmans het selleven op de aenneminghe ter register te casseren alsoo ick ten vollen daer van ben voldaen. Acktum Waspick desen 29e apriel 1702.

Los vel 2

Compareerden ter secretarijen des dops Groot Waspick den eersamen Corestiejaen van Ieperen die in huewelijck is hebbende Anna Gerritsen Swart ende Johan Gerritsen Swart woonende op Swijnderecht ende … op den zo… respecktieve de welcke verclaerde te constietietueren ende machtich te macken sulcke sij doen bij desen Cornelis Gerritsen Swart haeren swager ende broeder ende omme alle haer saecken gaede te slaen ende rexpektieve omme eenen procureur te stellen uijt haer constituants naeme ende haeren wegen omme gaede te slaen soo danige saecke als sij genodtsaeckt sijn te desten doen tegens de erfgenamen van Cornelis Stevense Swart ofte wel tegens Henderick van Tilborghh ende Anthonie Cornelis Swart. Ende voorts in nomenebus adhetes oti ?? onder verbant van haer luijder persoon ende goederen. Toirconde bij ons onderteckent desen 29e februarij 1689 ende was onderteckent.

Los vel 3

Goede vrint Peeter Sijlmans, secretaris, ick geef ue vrij consendt om de 25 gulden te kasseren die kompeterende waren van mijne broeder Peeter Bastiaensen Boeser over de smaldelinge van onse vaderlijcke goederen. Daer ick ten danck van voldaen ben. Actum desen 9e october 1688.

Stan Bastiaensen Boeser, 1688

Los vel 4

Mijn Heer,

Alsoo mijn swager Jan Willemse aen mijn ondergeschreven de uijtreijckinge die mijn was competeerende van mijn vaders en moeders goet ten danck heeft voldaen. Daerom versoecken seer vrindelijck die schriftuer daer van gemackt gelieft te casseren. Dit doende sult mijn vrintschap daer blijven, mijn heer uw ootmoedige dinaer.

Jan Embrechts vanden Bergh

Breda den 9e janwaerij 1700.

Los vel 5

Ontfangen bij mijn Cornelis van Tilborgh wegens mijn suster Janneken Adriaens van Tilborgh vuijt handen van Frans Corneliss Swart in qualiteijt als voocht vande kinderen van Peeter Cornelis Swartde somme van hondert dertich gulden … stuijvers 8 penningen … … … … … Peeter Swart eens verschuldicht ..uijtrecijckinge van sijn moederlijcke goederen ende belovende van Steven Swart volgens register ende … provisioneel bij wethouderen … … in date dem iije martij 1683 gepronun…deert, gereserveert de costen vande procedure. Actum desen iije martij 1683, Cornelis van Tilborgh. In presentie van mij, G. Seijlmans, schout.

Los vel 6

Ontfangen bij mijn Cornelis van Tilborgh wegens mijn suster Janneken Adriaens van Tilborgh vuijt hande huijsvrouw van Frans Corneliss Swart de somme van hondert gulden metten intrest van dien. Volgens de provisione comdemnatie sub date den iije martij 1683. … lasten van sijn privee gepronun…deert, gereserveert de costen vande proceduren. Actum desen xiije martij 1683, Cornelis van Tilborgh. In presentie van mij, G. Seijlmans, schout.

Los vel 7

Ontfangen bij mij ondergeschreven als last hebbende van mijn suster Janneken Ariens van Tilborgh weduwe wijlen Steven Cornelissen Swart door handen van Hendrick van Tilborgh ende Anthonij Cornelissen Swart de somme van drie hondert ende drie gulden op reeckeninge ende minderinge vanden provisioneele vonnisse bij schout ende heemraden van Groot Waspick opden 3 meert lestleden ten laste van deselfde gedecideert ende op de … costen daerom geresen. Toirconde geteckent 2 april 1683. Cornelis van Tilborgh.

Los vel 8

Den uijtkoop vande kinderen van Jan Janssen Camp van het goet van Adri Jan Matheus haer aenbestorven is als volght:

De 2 kinderen van Jan Janss Camp sullen hebben voor haer grootvaders portie tegens haer compiteerende een somme van twee hondert vijff en twintigh gulden met een wagenschotten lkasken. Waer voor de erffgoederen ende alles wat haer verder compiteerende beviel op mels Boudewijns ende haere moeder. Dit is geschiet en geaccordeert bij de voogden ter presentie Aert Rijcken en Huijbert Vos, den ter tijt heemraden. Maer bij naerlatigheijt van d’een off d’ander niet te rechte gebrocht.

Los vel 9

            1672 ende 1673

… … Elisabet Zeijlmans … … … huijsen tot lasten van Coenraet Adriaenss Baes  ende …brecht Zeijlmans in qualite als … stadthouder, heemraden … zijn hooch edele den heer van Waspick mitsgaders andere persoone de welcke sijn hooch edele heer daer toe geauthoriseert hadden verteert hebben int beridden ? den kerck … voorden jare 1672 en 1763.

Den 15e december 1671 bij domini Barendrecht dat hij met den secretaris ? quamen sprecken consumeerden de kerck                                                                                                                              6 stuijvers

Den 15e dito domine vande Graeff dat hij metten secretaris quamen sprecken consumeerende de kerck            12 stuijvers

Dito aldoen bij Janneken Malsen de predickant wel rauen den predickant van Breuckum en Kerckwijck den schout van Vlijmen soen mitsgaders Johan Zeijlmans ende algene die vande voornoemde heeren waren versogt met een schrijvinge vande heer van Waspick  bij recomindatie vanden persoon vanden gemelten predickant van Breukum ende Kerckwijk uit vernachten metten voorman ende sijn peert, het hooij ende haver verteert in cost, wijn ende bier tsamen voor twee dagen                                                                            10 gulden 14 stuijvers

etc